Militairen mogen niet deelnemen aan parlementsverkiezingen. De zeer strikte regels die er voor zorgen dat bijna geen enkele (beroeps)militair een lokaal politiek mandaat opneemt, blijven wat ze zijn. Dat is het besluit nadat de federale meerderheidspartijen in de plenaire vergadering van de Kamer van volksvertegenwoordigers een wetsvoorstel van volksvertegenwoordiger Bert Maertens uit Izegem wegstemden. Met het wetsvoorstel wou Maertens de politieke rechten van militairen vergroten.Dit is bijzonder jammer. Mijn wetsvoorstel wilde dezelfde regeling als voor de federale ambtenaren aannemen. Maar voor deze meerderheid zijn militairen tweederangsburgers.”

P1030339

Vandaag is geen enkele militair schepen of burgemeester. Er zijn ook geen of nauwelijks militairen die gemeenteraadslid zijn. Dat is ook niet te verwonderen : het ministerie van Landsverdediging (Defensie) herleidt met een reeks beperkingen de politieke rechten van militairen als dusdanig tot het enkel mogen uitbrengen van een stem bij verkiezingen. Zelf kandideren op een lijst wordt door deze heel strikte regeling in de praktijk quasi onmogelijk. Het betrokken kamerlid wou daar met een wetswijziging verandering in brengen, zodat ook militairen, net als ambtenaren, de mogelijkheid krijgen om zich in te zetten voor de lokale gemeenschap als gemeenteraadslid, provincieraadslid, schepen of – waarom niet – burgemeester of parlementslid. Het gaat hier uiteindelijk toch over een groep van zo’n 35.000 mensen die allemaal belastingen betalen en hun loon is tot de laatste euro door de fiscus gekend. Gelet op het vele veld- en buitenwerk dat de meeste militairen dagelijks uitvoeren, zijn ze zeker op de hoogte van alles wat er in de maatschappij beweegt. Meer dan vele bureaucraten die op hun werk enkel de weg van hun bureeltje naar de prikklok, het koffiemachine en het toilet kennen.

P1010550

De meerderheidspartijen van de regering Di Rupo denken er echter anders over. “Ze hebben wel geen valabele argumenten. Het enige inhoudelijk punt van kritiek op mijn voorstel is de vrees voor het wegvallen van de neutraliteit van de militairen. Maar daar heeft het toch absoluut niets mee te maken! Het gaat over het kunnen uitoefenen van een fundamenteel recht in een democratische samenleving. Bedoelt de meerderheid misschien dat ambtenaren, die wél politieke mandaten kunnen opnemen, niet 100 procent neutraal moeten zijn tijdens de uitoefening van hun job ?” aldus Bert Maertens.

De West-Vlaamse volksvertegenwoordiger betreurt dit. “Het is echt een gemiste kans. De aanwezigheid van militairen, niet in functie uiteraard, in het parlement of als schepen of burgemeester, zou een verrijking zijn van de werking van deze politieke niveaus en een meerwaarde voor de politiek in het algemeen. Net zoals dat het geval is met de aanwezigheid in het parlement van artsen, juristen, bedrijfsleiders, enzovoort“, besluit hij.