Het netto belastbare inkomen van de Belg bedroeg in 2011 gemiddeld 16.106 euro. Vlaanderen blijft de rijkste regio, maar in Wallonië neemt het inkomen wel sneller toe. Het Oost-Vlaamse Sint-Martens-Latem is de rijkste gemeente van België wat het gemiddeld inkomen van haar ingezetenen betreft (24.278 euro). De Pint, ook in de buurt van Gent, staat op nummer twee (23.066 euro). Hove staat als eerste Antwerpse gemeente op de zevende plaats.

Uit de gegevens van de Federale Overheidsdienst Economie (FOD Economie) blijkt dat de inkomsten in 2011 met gemiddeld 3,3 procent zijn toegenomen in vergelijking met het jaar 2010. Op vijf jaar tijd (tussen 2006 en 2011) gaat het zelfs om een stijging met 14,0 procent.

In Vlaanderen ligt het gemiddeld inkomen nog altijd het hoogst, met een bedrag van 17.146 euro. In Wallonië (15.277 euro) en Brussel (12.885 euro) komt dat bedrag niet boven het Belgische gemiddelde uit. De Walen zagen hun inkomen het snelst stijgen; in vijf jaar tijd zelfs met 15,3 %. De Vlaamse inkomens stegen ‘maar’ met 14,4 %. In de hoofdstad stegen de inkomens het minste, slechts met 8,1 %. Brussel zit niet alleen met de laagste inkomens, maar ziet de kloof met zowel Vlaanderen als Wallonië steeds dieper worden. In Brussel wonen een groot aantal laag geschoolde vreemdelingen die niet tot moeilijk integreerbaar zijn in het economische leven. De armste gemeente van het hele land ligt dan ook in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, nl. Sint-Joost-ten-Noode met een gemiddeld inkomen van 8.047 euro.

Geld euro's

Hove eerste in de provincie

Het gemiddelde inkomen van de Hovenaar bedraagt volgens de FOD Economie 21.863 euro, het hoogste van de provincie, net voor Aartselaar (21.226 euro) en Edegem (20.645 euro). In de stad Antwerpen liggen de inkomens een stuk lager, nl. 14.455 euro. Dit is een goede 2.500 euro minder dan het Vlaamse gemiddelde. Grootssteden scoren steeds lager wegens de aanwezigheid van grote groepen minderbedeelden, van zowel autochtone als allochtone afkomst. De laatste decennia kende Antwerpen een ‘witte’ stadsvlucht van de meer gegoeden naar de groene randgemeenten. Hove profiteert hier volop van.

Onze zuidelijke buurgemeente Lint zag op vijf jaar tijd het gemiddelde inkomen van zijn ingezetenen stijgen van 16.232 euro (2006) naar 19.453 (2011), of een stijging van 19,84 %. Dit terwijl de gemiddelde toename in de regio maar 14,5 % bedraagt. In Lint zijn er met verschillende verkavelingen veel goed verdienende tweeverdieners bijgekomen.

De gemeente Ranst zag de inkomens van zijn ingezetenen op vijf jaar zelfs met 20,29 % stijgen : van 15.894 euro in 2006 naar 19.119 euro in 2011.

In Boechout stegen de inkomens van 16.664 naar 19.373 euro (+ 16,26 %), in Kontich van 17.125 euro naar 19.901 euro (+ 16,21 %) en de minste stijging was te vinden bij onze noorderburen in de stad Mortsel van 16.943 euro naar 18.533 euro (+ 9,38 %).

De armste inwoners van de Antwerpse zuidrand zijn de inwoners van Boom, met een gemiddeld inkomen van 15.500 euro.

Verkaveling “Veldkant 3”
Verkaveling “Veldkant 3”

Door de schaarste van de beschikbare gronden is zowel de bouwgrond als de prijs van de woningen in Hove hoog. Dit trekt een bepaald kapitaalkrachtig publiek aan die zich dat kunnen veroorloven.

Wat ook meespeelt voor Hove is de groene en rustige leefomgeving . Bepaalde maatschappelijke groepen willen ‘erbij’ horen, met alle uitgaansmogelijkheden in de horeca en op sportief vlak. Hove kent daarbij weinig ‘gekleurde’ vreemdelingen en de hier aanwezige burgers met een buitenlands paspoort behoren ook tot de hogere maatschappelijke groepen. Van overlast van vreemdelingen is er in Hove weinig te merken.

Wie hier wel voor overlast zorgen zijn de rondtrekkende inbrekersgroepen van meestal Oost-Europese afkomst. Zij teisteren onze gemeente op geregelde tijdstippen, nu zeker tijdens de donkere periodes. Gelukkig doet de politiezone HEKLA het nodige om dat geboefte hier buiten te houden en vaak met succes.

De jaarlijkse publicatie van de inkomstenstatistieken van de FOD Economie worden ook gelezen door het grotendeels buitenlandse geboefte. Het is de vraag of deze publicatie voor Hove zo’n meerwaarde heeft. In de Antwerpse noordrand (Kapellen, Brasschaat, Schilde, Schoten) staan er vele honderden grote villa’s die de Hovese ettelijke malen overtreffen. De bewoners hiervan moeten al over een aanzienlijk inkomen beschikken om alleen al de jaarlijkse energiekosten te betalen. Het is zeer de vraag of deze noordelijke villabewoners niet over meer fiscale spitstechnologiën beschikken dan de doorsnee Hovenaars ? Anders zou de rangschikking van de FOD Economie er wel eens anders kunnen uitzien.