Het wetsontwerp over de familienamen haalt de lachers op zijn hand met de dubbele naam. Maar zit het probleem niet veel dieper? Is chaos te verantwoorden in naam van de vrije keuze en de gelijkheid tussen man en vrouw?

Alles verandert, niets blijft hetzelfde. Maar moeten we dat ook goed vinden ? Is iets beter omdat het altijd zo geweest is? Of is iets slecht omdat het nieuw is? Of net omgekeerd? Is elke vernieuwing een verbetering?

Een zelfde overweging kan je maken bij de nieuwe wet op de familienaam, familienamen lijkt preciezer. Wie het zou moeten weten, beweert dat we onze familienamen al op dezelfde manier regelen sinds de dertiende eeuw, sinds de eerste stadsrechten in de Nederlanden, sinds het ontstaan van de eerste universiteiten, sinds de Magna Carta in Engeland de eerste stappen naar democratie aankondigde, sinds mensenheugenis zeg maar. De bedoeling van zo’n familienaam is/was aan te duiden bij welke … familie je behoorde. Dat is makkelijker dan ‘Simon van Roste Pier van Chris van Jean de metser’ neen, dat werd gewoon Bauwens. Een beetje orde scheppen zeg maar en dat werd gedaan via de naam van de vader. Noem het gerust de patriarchale samenleving. Een ander noemt het een duidelijk engagement van de vader naar het kind, het uitspreken van een gehechtheid en bekommernis. De vrouw baart het kind en is ontegensprekelijk de moeder, de vader verbindt zich door de naam, mogen we dat zo zeggen ? Ach laat maar, dat was blijkbaar fout. Tja het is een man die het zegt.

 

-son en -dottir

Een beetje orde scheppen, kwestie van te weten wie waar thuishoort. Kan dat enkel via de naam van de vader ? Neen. In IJsland doen ze dat al eeuwen anders. Daar krijgt een kind de naam van –alweer- de vader, hoewel soms ook de moeder (maar dat is eerder uitzondering). Pieter Christanson zou ik daar heten, ‘Christian’ is mijn eerbiedwaardige vader ‘-son’ is dan ‘zoon van’. Toch iets beter dan Roste Pier van … . Het heeft ook hier bestaan. De Vlaamse naam ‘Jansen’ met alle mogelijke varianten, bijvoorbeeld, is een vervorming van ‘Janszoon’. Was ik een Petra geweest dan was dat ‘Christiansdottir’, dottir staat voor dochter, maar zover was u waarschijnlijk al. IJslanders spreken elkaar standaard aan met de voornaam. Om maar aan te geven dat de manier waarop wij dingen benoemen ook onze kijk op de wereld beïnvloedt. Met uitzondering van God en de president wordt tussen de IJslanders ge-je en –jouwt.

veel voorkomende familienamenAl bestaat de mogelijkheid om van de traditionele naamgeving af te stappen. Sommige IJslandse families hebben een familienaam aangenomen. Denk maar aan de voetballer Eidor Gudjohnsen, zoon van gewezen voetballer Arnor Gudjohnsen, IJslanders met een familienaam. Elk systeem heeft uitzonderingen.

 

Spanje

In Spanje bestaat de dubbele achternaam ook. Je krijgt er als kind de familienaam van je vader en van je moeder, vaak met een ‘y’ tussen (in Catalonië een ‘i’), ‘en’, maar dat hoeft niet. Misschien kent u wel de wielrenner ‘Alejandro Valverde Belmonte’ of ‘Alberto Contador Velasco’ of de voetballer ‘Carles Puyol Saforcada’. Zoals de sportminnende lezer wel zal opmerken worden die familienamen in de vaderlandse sportverslaggeving steevast afgekort tot de vaderlijke eerste helft. Er zijn ook uitzonderingen, wat te denken van Pablo Ruiz y Picasso, zijn moedertje zal fier geweest zijn op de naam die iedereen wereldwijd kent. Hoe zit dat nu als die Spaanse heren en dames kinderen krijgen? Dan komen de ‘eerste’ namen van vader en van moeder samen in de naam van het kind. Geen tien mogelijkheden dus.

De nieuwe wet brengt geen orde, maar is een wettelijke georganiseerde chaos.

 

Orde

Het is dus een kwestie van orde op zaken te houden. Het is, zoals zo vaak, een afspraak onder mensen, hoe regelen we dat op een ordentelijke en voor iedereen aanvaardbare manier. En ja, dan kan je afspreken dat een kind als familienaam de naam van de vader én de moeder mag/moet krijgen. En dan moet je ook ordentelijk regelen hoe dat een generatie verder gaat, want vier familienamen is misschien wat te veel. En hier schuilt het probleem in het nieuwe Belgische voorstel. Kinderen van ouders met een dubbele achternaam zullen keuze hebben uit tien mogelijkheden. Dit wetsontwerp brengt geen orde, maar is een wettelijk georganiseerde chaos. Het kan dat er geen lijn meer in te trekken valt.

CD&V stemde voor de dubbele naam, maar tegen de rest van het ontwerp en de amendementen. Dus als wij kunnen tellen heeft dat onderdeel van de wet… geen meerderheid in Vlaanderen. CD&V, N-VA en Vlaams Belang zijn tegen, dat is 27+17+12 = 56 op de 88 Nederlandstalige Kamerleden. O.k., het was nog niet plenair, maar behoudens ongelukken zal dat in de plenaire stemming zo zijn. Het is maar dat u het weet. Hoe zat dat ook weer met een progressief beleid in België dankzij Franstalige politieke partijen ? Ik weet niet of die twee wisselmeerderheden de CD&V echt warm maken voor een Di Rupo II, maar dat is een andere zaak.

 

Vrije keuze

Waarom is die hele familienamen zaak zo’n politiek opbod waard ? Allemaal omwille van het argument ‘er moet keuze zijn’. Is dat zo ? Moet er altijd voor alles keuze zijn ? Waarom ? Ah, in dit geval omwille van de discriminatie tussen man en vrouw. Voila. Man en vrouw moeten gelijk zijn, willen of niet, kunnen of niet. Enkel scherpslijpers vallen over het onderscheid tussen gelijkheid en gelijkwaardigheid. Het wetsontwerp heet ook ten volle ‘Wetsontwerp tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek met het oog op de invoering van de gelijkheid tussen mannen en vrouwen bij de wijze van naamsoverdracht aan het kind en aan de geadopteerde.’ In de media was te lezen dat minister Turtelboom, die duidelijk naam wil maken met dit wetsontwerp, veronderstelt dat de overgrote meerderheid van de mensen de traditionele naamgeving zal volgen, maar … de keuze moet er zijn. Die hele wet is dus het gevolg van een dubbel dogma (een leerstelling die als onbetwistbaar wordt beschouwd-PB) van zich progressief noemende partijen : het dogma van de vrije keuze en van de gelijkheid tussen man en vrouw. Die vrije keuze was ook al de mantra bij de discussie over de aanpassing van de wetgeving over de euthanasie. Dankzij een Franstalige meerderheid.

Wordt het met die nieuwe wet op de familienaam nu allemaal beter ? Sta me toe om daar neen op te antwoorden en ook de grote stap voorwaarts in vrouwenrechten is er niet door een wettelijk georganiseerde namenchaos. Soms vraag ik me af wat ze na ons zullen denken over deze tijd. Welke naam ze zullen geven aan deze tijd.

Pieter Bauwens – Hoofdredacteur Doorbraak – www.doorbraak.be