Academische zitting, Lier, zaterdag 16 april 2016

Toespraak door Karl Drabbe, historicus

P1020544

“Dames en heren, vrienden en vriendinnen van en in het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds

U denkt dat wij vandaag honderd jaar Vlaams & Neutraal Ziekenfonds vieren. Waarom niet, het stond toch zo op de uitnodiging ? En u ziet het toch ook achter mij geprojecteerd ? Toch vieren we vandaag veel meer dan een eeuwfeest.

We vieren vandaag evenzeer :

208 jaar Sint-Franciscus Bijstand  

158 jaar Maatschappij voor Onderlinge Bijstand der Kleermakers (2 november)

151 jaar De Voerlieden

125 jaar Onzijdige Mutualiteit Steunt Elkander, ook erkend als Onzijdige Ziekenbond De Vereenigde Werklieden

54 jaar Hulp en Bijstand

46 jaar West-Flandria

39 jaar Ic Dien

39 jaar Sint-Cecilia (in Sint-Genesius-Rode)

37 jaar Vlamat, VZ Eén, VZ Brabant

26 jaar Verbond van Onafhankelijke Ziekenfondsen (in Lier) en Verbond van Vlaamse Ziekenfondsen (in Mechelen)

10 jaar Vlaams & Neutraal Ziekenfonds van vandaag, sinds de fusie van Lier en Mechelen.

En toch. Vandaag viert datzelfde VNZ zijn honderdste verjaardag. Eén feestzitting en één receptie zijn voldoende. Voor de gevolgen van meer dan één feest zou het ziekenfonds niet kunnen instaan, heb ik me laten vertellen.

P1020549 

Op 24 oktober 1926 organiseert het ‘Wettig Erkend Verbond der Liersche Ziekenkassen “TAK Lier”’ een plechtigheid ter gelegenheid van zijn tienjarig bestaan. Op 18 juni 1933 vierde Sint-Franciscus-Bijstand zijn 125-jarig bestaan. De programma’s van beide jubelvieringen zagen er ongeveer hetzelfde uit.

10u30 : mis voor de overledenen in de Sint-Gommaruskerk waar dat ieder verzocht is tegenwoordig te zijn

Leden van de ziekenfondsen werden in die tijd trouwens verplicht aanwezig te zijn op vieringen, feesten, herdenkingen en optochten, op straffe van een geldboete.

11u00 : bijeenkomst der muziek- en mutualiteitsmaatschappijen, op de Kardinaal Mercierplaats

In 1934 waren er mutualiteiten vertegenwoordigd van over het hele land, Vlaams en Franstalig. De meesten waren aangesloten bij de neutrale landsbond. Vele brandweerkorpsen. Maar evengoed de Werkerspensioenkas uit Gent en de Société Royale L’Etoile, Société de secours mutuels entre garçons, restaurateurs et limonadiers.

Vervolgens : uithaling van het kunstvaandel bij den voorzitter

Er was een bijzondere vlag gemaakt voor het tienjarig bestaan in 1926. Die vlag ligt nog steeds in de administratieve hoofdzetel van Lier.

Vervolgens : Optocht door de stad

Met de vlaggen van de eigen mutualiteit en de zusterverenigingen en van de vele andere ‘maatschappijen’ die present tekenden.

Feestzitting ten lokale Vredenberg

Om 13u30, Democratisch Feestmaal

Het verraste me enigszins, maar in het interbellum heetten die feestjes en feestmalen allen ‘democratisch’. Wat duidt op de sociale instelling van het ziekenfonds. Voor wie het interesseert, de pot schafte in 1934 krachtig vleeschnat, vervolgens schelvis met aardappelen en botersaus, daarna ossenspier met groe(n)ten en kalfsrol met salade, gebak en fruit.

Hulde aan de Stichters van het Verbond

’s Avonds na het vuurwerk, bal met verrassingen.

Dames en heren, de eucharistieviering en de vlaggenoptocht zijn negentig jaar na datum achterwege gelaten. Het bal met verrassingen is op 29 mei vervangen door een ledendag in Mechelen met een een gezinszoektocht met leuke prijzen en optredens van The Bandits en The Romeo’s. Een feestelijke vlag heeft de plaats geruimd voor een immense luchtballon, u allen ongetwijfeld bekend.

 P1000316

Waarom vieren we vandaag een eeuwfeest, en niet de 208e verjaardag van ons ziekenfonds ?

Dat vraagt tekst en uitleg. En inbeeldingsvermogen. Ik neem u graag mee naar het begin van de negentiende eeuw. Van België was nog geen sprake, Napoleon was hier nog baas en besliste dat jaar om het aantal postbodes in Brussel op te voeren van 12 naar 15. In deze regio was de Boerenkrijg een levendige herinnering. U herinnert zich allemaal nog vanop de schoolbanken dat de Zuidelijke Nederlanden, na Groot-Brittannië de eerste geïndustrialiseerde natie was in de geschiedenis. Daarvoor al, in het pre- en proto-industriële tijdperk, in het ancien régime, waren er al kiemen van ziekenfondsen.

P1000330 

In oude, bruine cafés vind je hier en daar nog een houten kastje met gleufjes om er kleingeld, muntstukken in te stoppen. Heel soms staan er nog namen bij die gleufjes. Misschien is er een café waar de kast nog wordt gebruikt. In de meeste gevallen is het een versiering die weinig opvalt tussen metalen bordjes die Vlaamse bieren en Britse ales aanprijzen. Ook wie al eens naar Beieren of Oostenrijk reist, kan in oude Gasthöfe zulke kastjes vinden.

Die kastjes, dames en heren, zijn de voorbode van het VNZ van vandaag. Aan de muur van het stamcafé staken de leden van een of ander genootschap, op regelmatige basis wat geld in een kast. Werd een van de leden ziek, dan werd de kast geopend, en kreeg het lid er wat geld uit. Vrijwillige solidariteit. En transparant. Want een ‘schrijver’, een secretaris zouden we vandaag zeggen, hield in een bijdragenboek, nauwgezet bij wie er zijn bijdragen had betaald. En wie wat had ontvangen. Overigens werd de kas nog extra gespijsd door de opbrengst van de pot van het wekelijks kaartspel.

Het principe gaat in feite terug op de middeleeuwse gilden en ambachten. Niet iedereen kon zomaar lid worden van een gilde. Het woord ‘corporatistisch’, met de betekenis van afgeschermd en beschermd, gaat erop terug. Zo’n middeleeuwse gilde groepeerde de betalende leden van dezelfde beroepsgroep. Binnen zo’n gilde was iedereen solidair met elkaar. In goede en kwade dagen.

Geld euro's 

Als in 1808 in Lier een ziekenbus der kleermakers wordt opgericht, volgen al snel borstelmakers, en instrumentenmakers, die aansluiting vinden. De maatschappij voor onderlinge bijstand kiest de naam van Fransiscus van Assisi, patroon van de kleermakers. De Voerlieden, voerders van paarden- en ossenkarren en koetsiers richtten wat later, in hetzelfde Lier, hun ziekenbus op. Ziekenbus, u begrijpt ondertussen waar het woord vandaan komt. Wekelijks ging de ‘knaap’, zoals de latere ziekenfondsbode toen werd genoemd, bij de leden – de confreirs – langs met een blikken bus, waarin de leden hun bijdragen staken.

Elke zondag in de late namiddag, kwamen de bestuursleden van de ziekenbus samen in een café in Lier. De schrijver, de secretaris dus, hield nauwgezet inkomsten en uitgaven bij. In de verslagboeken lees je ook wie ziek was, wie overleden en de namen van de nieuwe leden. Er werd besproken wie een aanvraag deed voor bijkomende financiële hulp en of die daar in aanmerking voor kwam.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog drong de Duitse bezetter aan op fusies van de bestaande ziekenfondsen. Het noopte de beide maatschappijen voor onderlinge bijstand Sint-Franciscus-Bijstand en De Voerlieden tot een fusie omdat ‘het getal der arbeidende leden is echter te klein in ieder mutualiteit om terug in werking te treden’. Ook Steunt Elkander uit Mechelen fuseerde. We schrijven 10 april 1916. De kiem van het huidige VNZ is gelegd. Voortaan heette de mutualiteit voluit ‘Gewestelijke Tak Lier van het Algemeen Verbond der Vlaamsche Mutualistische Verenigingen van België’. Vier jaar later wordt de mutualiteitsvereniging herdoopt tot ‘Verbond van Onafhankelijke Ziekenfondsen’. In de volksmond luidt het echter kort en bondig : Tak Lier.

VNZ Constandt 

Tijdens het interbellum sluiten hier ook nog de Jonge Crispynisten bij aan en ‘Broeder- en Zustermin’ uit Mechelen. Maar evenzeer haken de Voerlieden af in 1934, een jaar na de grote feesten in Lier. Ze vragen de scheidingsprocedure aan. Dat lijdt tot hevige heen-en-weer verwijten, achterklap en een heuse campagne van Tak Lier tegen de scheurmakers, met strooibiljetten, pamfletten en affiches. Tak Lier drukt de afscheurende leden op het hart bij haar te blijven, omdat die ‘gedurende de oorlogsjaren en de tegenwoordige crisistijden altijd bewijzen gegeven heeft en nog geeft van haar standvastigheid’.

Niet onbelangrijk detail : de primaire kas ‘De Voerlieden’ sluit in 1960 terug aan bij Tak Lier. Vier jaar later daarin gevolgd door de primaire kas ‘Hulp en Bijstand’, vooral gericht op zelfstandigen en werkgevers, en de primaire kassen Boerenfront – nomen est omen – en Steunt Elkander uit Mechelen.

Zoals er componenten bijkwamen, verdwenen er evenzeer afdelingen. Wie de verslagboeken erop naslaat, kan wel – van vergadering tot vergadering – afleiden wat er allemaal is gebeurd. Maar naar het waarom van de afsplitsingen, is het vooral raden. Geschillen over financiële bijdragen allicht niet, want in de verslag- en de bijdragenboeken werd netjes de boekhouding van de ziekenbussen bijgehouden en vond ik geen onregelmatigheden. Persoonlijke geschillen ? Het zou best kunnen. Ideologische tegenstellingen lijkt me erg sterk, want elke afdeling stond voor onafhankelijkheid en neutraliteit. ‘Onzijdigheid,’ heette dat toen. Reden ook dat de primaire kassen samen bij de neutrale landsbond aansloten en – ondanks hun toch christelijke, kerkelijke aanhankelijkheid – ver wegbleven van wat vandaag de CM zijn, de verzuilde Christelijke Mutualiteiten.

 P1020485

Naast de neutrale poot, sterk uitgebouwd in Lier – waar vandaag zelfs meer 20 % van de bevolking is aangesloten – en met een zijtak in Mechelen, bestaat het VNZ uit een Vlaamse tak. Niet dat Tak Lier geen Vlaamse kleuren droeg. Maar minder expliciet, minder uitgesproken dan wat ‘Mechelen’ zou worden. ‘Mechelen’ dat stond voor de fusie van Vlaamsgezinde primaire kassen in 1991.

Vele van die Vlaamsgezinde primaire kassen werden in de jaren 60 en – vooral – 70 opgericht in de marge van de Volksunie. Er was toen maar één Vlaams-nationale partij, en vooral in de jaren 70, onder invloed van de net opgerichte Vereniging voor Vlaamse Ziekenfondsen, kreeg die partij wel aandacht voor het reilen en zeilen in de ziekenfondssector in het bijzonder en de organisatie en de financiering van de sociale zekerheid in het algemeen.

Het bracht de aangesloten primaire kassen ertoe om naast een ‘neutraal’ verhaal – los van de partijpolitiek, lijnrecht dus tegenover CM, Socialistische en Liberale mutualiteiten – om naast dat neutraal verhaal dus ook een Vlaams verhaal uit te tekenen. De VVZ overwoog nog even om een Vlaams-nationale landsbond uit te werken, zoals er tijdens het interbellum een was. Maar ze besliste dan toch maar om in de neutrale en onafhankelijke landsbonden te blijven en een los-vast samenwerkingsverbond uit te bouwen op ideologische basis. Pragmatiek won het op radicaliteit.

Die Vlaamse primaire kassen zorgden willens nillens voor lokale verankering van de Volksunie. Er mocht dan geen officiële band zijn, persoonlijk was ze vaak wel. Wie geëngageerd was in een Vlaamse primaire kas, was dat haast in de regel ook in de Volksunie. Het voor de Vlaamse Beweging zo verscheurende Egmontpact strooit daar – behalve misschien in  Antwerpen – zelfs nog niet te veel roet in het eten.

P1020532 

Het Vlaamse verhaal dat de ziekenfondsen ontwikkelden, zo zie je jaar na jaar uit lezing van de hoofdartikels in de tijdschriften van Vlamat en Ic Dien Info bijvoorbeeld, evolueert in de jaren 1980 stilaan tot een discours dat de transfers in de sociale zekerheid centraal begint te stellen. Eerst nog schoorvoetend. In Vlamat, het tijdschriftje van het gelijknamige ziekenfonds uit Antwerpen, lezen we in kwartaal 4 van 1981 een aanklacht van de ‘Franse geneeskunde’ die ‘zoveel duurder’ is. En dat ‘De Vlamingen meebetalen voor de veel duurdere geneeskunde van en voor de Franstaligen.’ Het artikel besluit dat de sociale zekerheid moet gefederaliseerd worden, ‘of minstens toch het gezondheidsbeleid’. In 1983 luidt het al sterker dat het ‘ons streven (is) om de ziekteverzekering in haar geheel te splitsen, en dit vanaf de basis – de primaire kassen – tot aan de top van de piramide – het RIZIV.’ Veel cijfers kwamen er in die pleidooien nog niet te pas. Dat komt later pas, en zeker sinds februari 1993 als het jonge Verbond van Vlaamse Ziekenfondsen promotie maakt met de vandaag nog steeds gebruikte slogan ‘Splits zélf de sociale zekerheid, word lid van het Vlaams ziekenfonds. (Tussen haakjes : op een Volksuniecongres van 1971 werd al aangeklaagd dat minstens 8 miljard BEF van Vlaanderen naar Wallonië ging via de Rijksmaatschappelijke zekerheid. Behalve dat de cijfers astronomisch zijn toegenomen – beste Eric Ponette – is er nog niets veranderd.) Daarmee, zo merkt toenmalig directeur Emiel Vanlangendonck op, is ‘ons ziekenfonds de enige actor in het sociale veld die duidelijk opteert voor een splitsing van de Sociale zekerheid’.

 P1020511

Die Vlaamsgezinde primaire kassen die mee tot de constituanten horen van het huidige VNZ zijn West-Flandria uit Kortrijk, opgericht door onder anderen Frans Devos die ook de Vereniging van Vlaamse Ziekenfondsen leidde, en Miel Bourgeois, vader van de huidige minister-president. West-Flandria was op zich al een overkoepeling van enkele Vlaamsgezinde en Daensistische ziekenkassen uit de regio van Zuid-West-Vlaanderen. De anderen primaire kassen zijn Ic Dien uit Mechelen, Leuven en Turnhout, VLAMAT uit Antwerpen, waar Hugo Coveliers voorzitter was, en Vlaams ziekenfonds één uit Overijse.

Die drie laatstgenoemden vormden in 1990 een nieuw verbond: het Verbond van Vlaamse Ziekenfondsen. Meteen het laatste volwaardige ziekenfonds dat erkend werd voor de grote hervorming onder minister van sociale zaken Philippe Busquin, die minimumaantallen oplegde en zo tot een vereenvoudiging van het ziekenfondswezen kwam in dit land.

Met het VVZ in Mechelen en het NZ in Lier zijn anno 1990 twee volwaardige ziekenfondsen die binnen de Landsbond van Neutrale Mutualiteiten steeds meer samenwerking zoeken, tot een fusie in 2006. Maar dat is een ander verhaal.

VNZ logo 

Een tweetal maanden geleden zat ik met mijn neus in het archief van het VNZ. Vooral in Lier vond ik heel wat originele documenten. De oudste gaan terug tot de jaren 1880.

Wie trouwens in Lier de administratieve zetel binnenwandelt, ziet links vooraan in de inkomhal enkele ‘kartels’. Versieringen bovenop de vlaggenstokken. Prachtig gerestaureerd, zinnebeelden ze, net als de goed bewaarde vlaggen, de stichtende verenigingen van wat later het vrij onafhankelijk ziekenfonds Tak Lier is geworden.

In Mechelen mocht ik rekenen op de gastvrijheid en begeleiding van algemeen directeur Jürgen Constandt. Administratief directeur Diane Van Balen hielp me in Lier en op commercieel directeur Erik Stoffelen kon ik ook op de vooravond van het paasweekend rekenen om me nog een paar laatste documenten te bezorgen. Hen allen dank ik van harte voor hun hulp bij het samenstellen van Blakend van gezondheid, de jubileumbrochure die u straks allemaal mee naar huis krijgt.

VNZ Hospiplus 

Dames en heren. Ik wil eindigen met een persoonlijke noot. Ik ben zelf zowat geboren in het ziekenfonds waarvan we vandaag samen de honderdste verjaardag vieren. Eén van de vele voorlopers, de primaire kas Vlaams Ziekenfonds één uit Vlaams-Brabant is de habitat waarin ik ben opgegroeid. Mijn moeder was immers in Grimbergen vrijwilliger voor dat ziekenfonds. Thuis werd er elke donderdag, later elke woensdagavond, kantoor gehouden. Mensen – allemaal uit de marge van de Volksunie, later van de heropgerichte Vlaamse Volksbeweging – kwamen langs met hun lidboekje en hun doktersbriefjes en gingen weer naar huis met hun centen en een hoger alcoholpromille in hun bloed. Want het was ook een brede vriendengroep, die aansluiting vond bij het ziekenfonds, en ook langskwam voor een goed gesprek onder Vlaamse vrienden.

Ik ben dus in het ziekenfonds geboren, en zeker getogen. En hoewel mensen vandaag shoppen tussen ziekenfondsen, en de tijd voorbij is dat mensen in Vlaanderen heel hun leven in één zuil doorbrengen – van de wieg tot het graf – hoop ik dat laatste te kunnen beleven in datzelfde VNZ. Alleen ben ik van plan nog heel lang te leven, en verwacht en hoop dus hetzelfde van het VNZ. Ik wens het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds daarom nog veel – heel veel – gezonde jaren.

Dank u wel.”

P1010751
Karl Drabbe

 

Foto’s © Gazet van Hove