Criminaliteit met cultuurgoederen is meer dan kunstdiefstal

Kunstcel politie opgedoekt

Enkele weken geleden werd de Cel Kunstdiefstallen bij de Federale Politie definitief opgedoekt. Volgens minister Jambon is kunstdiefstal een diefstal als alle andere, die ook door niet-gespecialiseerde speurders kan worden opgelost. Daarmee volgt België een Europese trend waarbij kunstdiefstal als minder belangrijk wordt beschouwd. Men gaat daarbij voorbij aan het feit dat criminaliteit met cultuurgoederen wel wat ruimer is dan het stelen en terug aan de man brengen van een kunstwerk. Criminaliteit met cultuurgoederen heeft ook te maken met oplichting, namaak, vervalsing, witwaspraktijken en financiering van terrorisme.

AK47

De Cel Kunstdiefstallen bij de Federale Politie bestond al jaren uit niet meer dan twee personen. Hun voornaamste taak was het beheren van een gegevensbank (Artist) waarin alle in België gestolen kunstwerken waren opgeslagen. Slechts enkele politiemensen hadden toegang tot deze databank. Niet zo efficiënt op het eerste zicht, aangezien gestolen voorwerpen best worden gesignaleerd aan een ruim publiek om de kans op terugvinden te vergroten. Uit onze speurtocht op het internet blijkt dat slechts één afdeling van de Federale Politie (Oudenaarde) een webstek bouwde in een poging om afbeeldingen van gestolen kunst en antiek te verspreiden onder het publiek. Met het Project Brouwer, genoemd naar de Oudenaardse kunstschilder Adriaan Brouwer, probeerde men ook de medewerking te krijgen van de regionale kunst- en antiekhandel om iedereen te sensibiliseren om waardevolle voorwerpen te laten fotograferen en registreren. Naar verluidt verdampte het project echter met het verdwijnen (pensioen of mutatie) van de betrokken politiemensen. Afdelingen van de Federale Politie van Brussel en Antwerpen zouden gelijkaardige initiatieven hebben genomen, maar daarvan is niets terug te vinden. Gestolen kunst wordt nu voornamelijk gesignaleerd via Interpol en private gegevensbanken zoals het Art Loss Register en het Museum Security Network.

Kunstkring De Geelhand

Afpersing

De diefstal van “De rechtvaardige rechters”, het paneel van Het Lam Gods dat in 1934 werd gestolen uit de Sint-Baafskathedraal in Gent, behoort nog steeds tot de meest mysterieuze en belangrijkste kunstdiefstallen ter wereld. Tal van boekjes zijn geschreven over de mogelijke locatie van het paneel en de mogelijke dader(s). Alle opsporingen bleven tot op vandaag vruchteloos. Zelfs indien het paneel nog bestaat, is het zeer de vraag in welke toestand het zich bevindt. Volgens het ‘Art Loss Register’ zijn kerken en musea ook nu nog samen goed voor meer dan twintig procent van de kunstdiefstallen. Meer dan de helft van cultuurgoederen wordt echter nog steeds gestolen bij particulieren. Het gaat daarbij veelal om stukken die nog verhandelbaar zijn. Echte topstukken kunnen criminelen niet meer kwijt, maar ze worden soms gebruikt om musea of verzekeringsmaatschappijen af te persen, zoals het geval was met twee doeken van William Turner, die in 1994 door de toenmalige Joegoslavische maffia uit de Kunsthalle Shirn in Frankfurt werden gestolen. De doeken konden in 2002 gerecupereerd worden na lange en dubieuze onderhandelingen via de advocaat van de verdachten. Volgens Interpol zijn wereldwijd nog steeds ongeveer 350.000 schilderijen vermist, waarvan een belangrijk deel werd geroofd tijdens de oorlogsjaren.

Kunstkring De Geelhand

Kunstgenocide

Momenteel richt de ‘International Council of Museums’ vooral de aandacht op de kunst- en cultuurobjecten die op grootschalige wijze worden geroofd en illegaal verhandeld uit onstabiele en armere landen. De UNESCO spreekt over een ware kunstgenocide, gepleegd door enerzijds grafschenners, tempelplunderaars en terroristen, en anderzijds verzekeraars, antiquairs en veilinghuizen. Het is bijvoorbeeld algemeen bekend dat de illegale handel in cultuurgoederen een groot deel van de inkomsten vormt van Islamitische Staat. ICOM is daarom gestart met het opstellen, per kwetsbaar gebied, van zogenaamde ‘Red Lists’ met bedreigde kunstwerken en archeologisch waardevolle stukken. De rode lijsten worden via Interpol verspreid naar douane, politie, musea, kunsthandelaars en veilinghuizen. Men hoopt op die manier illegale uitvoer en verkoop te voorkomen. De stukken die op de lijsten voorkomen zijn niet noodzakelijk gestolen, maar ze illustreren wel per land of regio in welke stukken criminele organisaties interesse hebben. Voor zover wij konden nagaan, bestaan er momenteel rode lijsten voor veertien landen of regio’s. Op kop zien wij uiteraard landen zoals Irak, Afghanistan, Syrië, … Maar ook kunstwerken en archeologische stukken uit China, Cambodja, Mexico, Latijns-Amerika en Afrika worden als kwetsbaar en bedreigd beschouwd. Aankoop ervan kan altijd gepaard gaan met ongewilde financiering van terrorisme.

Geld dollars

Oplichting

De vraag naar topstukken en historisch waardevolle stukken blijft groot. Wie daarvan niet overtuigd is, kan elk jaar in maart de TEFAF-beurs in Maastricht bezoeken. De vraag overtreft soms het aanbod, en dat leidt dan tot een ander aspect van criminaliteit rond cultuurgoederen: namaak en vervalsing. Bekend is de uitspraak van wijlen René Huyghe, curator van het departement schilderijen van het Louvre, dat de Franse landschapsschilder Jean-Baptiste Camille Corot (1796-1875) ongeveer 3.000 schilderijen heeft gemaakt waarvan er 10.000 naar Amerika zijn verkocht. Ook Afrikaanse maskers en terracottabeelden blijken goed te liggen in de markt van de vervalsers. Nogal wat liefhebbers zijn de gelukkige bezitter van een duur betaald kunstwerk dat in feite volledig waardeloos is. Nauw verwant met vervalsing en namaak is oplichting: de dader verkoopt iets aan het slachtoffer voor wat het in werkelijkheid niet is. Voor politiediensten is het bijkomend probleem met oplichting dat de slachtoffers niet gemakkelijk of zeer laattijdig klacht indienen, uit schaamte of uit angst voor de fiscus. Volgens onze informatie hebben de laatste jaren zich nogal wat rijke (!) Vlamingen laten inpakken door gewiekste Franse woonwagenbewoners (zigeuners of ‘gitans’ is blijkbaar politiek niet meer correct) die het land afstruinden met kunst en/of antiek in jade en ivoor. Vele slachtoffers kochten voor honderdduizenden euro’s waardeloze voorwerpen in het vooruitzicht van een beloofde doorverkoop, voor aanzienlijke winst, aan een zogezegde deskundige of Saoedische prins, die uiteraard nooit kwam opdagen. De buit van een oplichting bedroeg volgens onze bronnen gemiddeld 300.000 euro. Onder de slachtoffers toch wat mensen met geld en maatschappelijk aanzien, die op die manier ook een mogelijkheid zagen om centjes wit te wassen. Kunst kopen en verkopen is een aardig middel om geld dat het daglicht niet mag zien wit te wassen. Vandaar dat al dan niet gestolen topwerken nogal eens opdoken in de burchten van Midden-Amerikaanse drugbaronnen. Ze werden gebruikt als betalingsmiddel of als waarborg bij drugtransacties.

politie logo

FBI

Kunstdiefstal vertegenwoordigt bijgevolg maar een beperkt segment van de criminaliteit rond cultuurgoederen. Er zijn veel raakpunten met georganiseerde criminaliteit, financiering van terrorisme, financiële en andere misdrijven. In die zin lijkt het opdoeken van de gespecialiseerde cel bij de Federale Politie vrij logisch. Nochtans zal de kunst-en-antiekwereld daarmee een belangrijk aanspreekpunt missen op politieniveau. Wat als er werkelijk specialisten noodzakelijk zijn? De Amerikaanse FBI heeft in 2004 reeds een ‘Art Crime Team’ opgericht. Dat team beheert de nationale gegevensbank van gestolen cultuurgoederen, maar is vanuit het hoofdkwartier in Washington D.C. wereldwijd inzetbaar voor bijstand in onderzoek naar misdrijven rond cultuurgoederen. Sinds haar oprichting recupereerde de eenheid 2.650 stukken met een gezamenlijke waarde van meer dan 150 miljoen dollar. Misschien kan Jambon die eenheid eens bellen als bijstand en specialisten echt noodzakelijk zijn.

 

RIRO

In

pallieterke
weekblad – verschijnt donderdag

Foto’s © Reporters.