door Theo Lansloot  – www.doorbrbaak.be .

Door de economische crisis steeg de werkloosheid in de EU onder jongeren tussen 15 en 24 jaar van 15% in 2008 tot 24% begin 2013.

In 2013 hebben de lidstaten voor de aanpak van de jeugdwerkloosheid overeenstemming bereikt over de ‘Jongerengarantie’. De bedoeling daarvan is om alle jongeren onder 25, waar ook in de EU, een goed werkaanbod, nieuwe opleiding, plaats in het leerlingstelsel of stage te bieden binnen vier maanden nadat zij werkloos raken of met school stoppen.

Eveneens in 2013, werd het ‘Jongerenwerkgelegenheidsinitiatief’ in het leven geroepen. Dit is een van de belangrijkste financieringsinstrumenten van de EU om de Jongerengarantie om te zetten in praktische maatregelen.

Beide regelingen richten zich op jongeren die geen onderwijs en geen opleiding volgen en geen werk hebben, inclusief langdurig werklozen of niet-ingeschreven werkzoekenden.

Om het doel van de Jongerengarantie te ondersteunen en de kwaliteit van de leerling-plaatsen in Europa te verbeteren, werd op 2 juli 2013 het platform ‘Europese Alliantie voor leerling-plaatsen’ gelanceerd.

sinds januari 2014 zestien miljoen jongeren in de garantieregelingen voor jongeren opgenomen

 Volgens de Europese Commissie zijn sinds januari 2014 zestien miljoen jongeren in de garantieregelingen voor jongeren opgenomen en is met behulp van het Jongerenwerkgelegenheidsinitiatief directe steun verleend aan meer dan 1,6 miljoen jongeren.

Jeugdwerkloosheid in Europa

Het jeugdwerkloosheidspercentage in de EU bedroeg 16,5% in oktober 2017. Lidstaten met de hoogste percentages waren Griekenland (40,2%), Spanje (38,2%) en Italië (34,7%). De laagste percentages werden geregistreerd in Duitsland (6,6%), Tsjechië (7,2%) en Nederland (7,9%). Voor België bedroeg in september 2017 het percentage 22,7%.

In een verslag van de EU-werkgelegenheidscommissie dat op 4 december 2017 werd aangenomen, benadrukken de leden het belang van het Jongerenwerkgelegenheidsinitiatief en de Jongerengarantie. Tegelijk pleiten ze voor verdere verbeteringen en betere monitoring om de resultaten goed te beoordelen. De Sloveense rapporteur Romana Tomc (EVP) onderstreepte de noodzaak dat ook de lidstaten met efficiënte maatregelen op nationaal niveau hun rol spelen. Het Europees Parlement heeft in 2018 voor het initiatief 116,7 miljoen euro extra financiering uitgetrokken.

Op 1 en 2 juni dit jaar vindt in het Europees Parlement in Straatburg het ‘Europese Jongerenevenement’ (EYE) plaats. Onderwijs en werkgelegenheid staan er hoog op de agenda. Duizenden jongeren van 16 tot 30 jaar uit heel Europa zullen dan hun visie op de toekomst van de EU bespreken

Helga Stevens

In de EP-Commissie Tewerkstelling en Sociale Zaken zit Helga Stevens (N-VA). Op 4 oktober 2016 stelde de ECR-fractie haar voor als kandidaat-voorzitter van het Europees Parlement. Zij heeft het toen niet gehaald. Op 9 november 2017 koos de gezaghebbende nieuwssite Politico haar tot een van de meest invloedrijke vrouwen in de Europese politiek.

In de Commissie Tewerkstelling en Sociale Zaken houdt Stevens zich in het bijzonder bezig met werkloosheid in de EU.

dat het verstandiger is om de lidstaten en regio’s aan te zetten om zelf een beleid op poten te zetten

In een persmededeling eergisteren (18 januari) vraagt zij aandacht voor het voornemen van het Europees Parlement om het tijdelijk Jongerenwerkgelegenheidsinitiatief om te vormen tot een permanent subsidie-instrument. Zij en haar partij oordelen dat dit een slecht idee is. Zij beklemtoont dat de oorzaken van de jeugdwerkloosheid in de EU-lidstaten sterk verschillen. Daarom is zij van oordeel dat het verstandiger is om de lidstaten en regio’s aan te zetten om zelf een beleid op poten te zetten ter bestrijding van de jeugdwerkloosheid dat meer op de eigen arbeidsmarkt is afgestemd.

Een EU-aanpak is, volgens Stevens, niet alleen onmogelijk maar de betrokken regio’s zullen daardoor minder geneigd zijn het huidige beleid aan te passen. Stevens wijst als voorbeeld naar het Brussels Gewest, dat in het kader van het Jongerenwerkloosheidsinitiatief geldelijke EU-steun ontvangt. Bijgevolg verdwijnen jongeren die in opleidingsprojecten geplaatst worden uit de Brusselse werkloosheidsstatistieken. Het Gewest wordt echter niet verplicht structurele hervormingen door te voeren om voortaan tot minder jeugdwerkloosheid te komen. Op termijn lost dit helemaal niets op.

In Vlaanderen daarentegen daalde in 2017 de jeugdwerkloosheid met 9 ,1% en dit zonder Europees geld.

Foto’s © Gazet van Hove.