Wat is in 2019 de rol van N-VA-goudhaantje Theo Francken ? Volgens sommigen volgt hij Bart De Wever op als partijvoorzitter. Anderen zien hem in een nieuwe topfunctie in de federale regering, pakweg op Binnenlandse Zaken. Of moeten we eerder kijken naar het Martelarenplein ? Huidig minister-president Geert Bourgeois wordt in juli 2019 68 jaar. Waarom zou zijn oud-kabinetsmedewerker hem niet opvolgen ?

De populairste N-VA-politici situeren zich in de federale regering. Minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon en staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken prijken steevast bovenaan de lijst van bekendste politici, ook ten zuiden van de taalgrens.

Vlaamse regering in de schaduw

Het succes van de federale excellenties steekt schril af tegen dat van de ministers in de Vlaamse regering, voor de nationalisten van de N-VA toch een cruciaal beleidsniveau.

Minister-president Bourgeois is niet iemand die veel aandacht besteedt aan zijn plaats in de populariteitspolls. Maar feit is dat de N-VA-excellenties op Vlaams niveau wat in de schaduw blijven, Ben Weyts uitgezonderd misschien. Liesbeth Homans is net niet spoorloos verdwenen. En Vlaams minister van werk Phillippe Muyters heeft niet bepaald een onuitwisbare indruk gelaten. Het lijkt erop dat deze legislatuur wel eens de laatste zou kunnen zijn voor de voormalige Voka-topman.

Meteen rijst de vraag : wie zal in 2019 voor de nodige schwung in de Vlaamse regering zorgen ? De kans dat de N-VA op dat niveau wordt uitgerangeerd, is zeer klein. Haar aanwezigheid in het Vlaams Parlement is zeer dominant en dat zal niet snel veranderen.

Door de voorsprong van deze partij op de nummer twee (de CD&V wellicht) wordt de grootste partij in de verdeling van de zetels via het systeem-D’hondt bevoordeeld. Een N-VA die rond 30 procent scoort in 2019, daar zal men in het Vlaams Parlement niet omheen kunnen.

Dus zullen de Vlaams-nationalisten opnieuw de minister-president mogen leveren. Wordt dat Geert Bourgeois ? De West-Vlaming wordt in 2019 68 jaar. Aan het einde van de volgende legislatuur is hij 73 jaar.

Iedereen moet langer werken, horen we de politici zeggen, maar de kans is reëel dat Bourgeois niet voor een tweede mandaat gaat. Hij kan eventueel afscheid nemen als voorzitter van het Vlaams Parlement, want in 2019 eindigt de nationale carrière van Jan Peumans.

Lange tijd zag het ernaar uit dat Liesbeth Homans de nieuwe minister-president zou worden. Zij maakte in 2014 al kans, maar ze is de voorbije maanden steeds minder zichtbaar geworden. En op haar departement, Binnenlands beleid, maakt ze niet echt een sterke indruk. Net als de hele Vlaamse regering, die eerder een ambtenarenregering lijkt.

Ben Weyts

Niet minder dan minister

Als daar verandering in moet komen, dan zal de volgende minister-president elders moeten worden gezocht. En dan komen we bij de federale regering en Theo Francken uit. Zou de Vlaams-Brabander de overstap naar het Vlaams niveau wagen ?

De Morgen alludeerde erop in haar editie van maandag. Francken kent het Vlaams beleid zeer goed. In een vorig leven was hij kabinetsmedewerker van Geert Bourgeois. Francken stond bekend om zijn dossierkennis. Vaak wordt vergeten dat hij een master in de pedagogie op zak heeft. De N-VA loopt al een paar jaar storm tegen het verlagend onderwijsbeleid van de CD&V. Kan men in 2019 onder Francken die trend keren ?

Theo Francken op het Martelarenplein zou de Vlaamse regering een nieuwe impuls geven. Hij zou wellicht een aantal nieuwe mensen in de regering opnemen. Van Vlaams fractieleider Matthias Diependaele is geweten dat een ministerschap lonkt.

Het minister-presidentschap zou ook een promotie zijn voor Francken, die zijn populariteit graag verzilverd wil zien. Het zou de N-VA tevens van een mogelijk probleem verlossen bij de volgende regeringsonderhandelingen op federaal niveau. Want het is duidelijk dat Theo Francken daar in 2019 geen genoegen meer kan nemen met een functie als staatssecretaris. De man uit Lubbeek gaat op dat niveau voor niet minder dan een ministerschap, bij voorkeur van Binnenlandse Zaken of Defensie. Vraag is hoe de andere partijen daarop zullen reageren. Uiteraard is het de partijvoorzitter die de beslissing neemt, maar het gebeurt wel eens dat er vanuit andere politieke formaties bedenkingen worden geformuleerd over de aanstelling van een excellentie.

Voorzitterschap

Theo Francken aan het hoofd van de Vlaamse regering zou betekenen dat De Wever op zoek moet naar een andere partijvoorzitter. Want niemand ziet hem na 2019 nog voortdoen. Dan toch Theo Francken ?

Vaak wordt gezegd dat zijn impulsiviteit een probleem zou zijn. Maar is het niet net aan de partijvoorzitter om af en toe wat straffe uitspraken te doen ? De N-VA kan natuurlijk kiezen om een voorzitter aan te duiden die eerder een manager is. Maar dat is in Vlaanderen geen traditie, tenzij de partij de eerste minister levert. Enkel dan kan de voorzitter wat in de schaduw staan.

Het is duidelijk : de discussie over de opvolging van De Wever wordt dé uitdaging voor de N-VA. Alternatieven voor Francken lijken niet voorhanden, of het zou een Peter De Roover of een Jan Jambon moeten zijn.

Maar zonder in ‘jeunisme’ te vervallen : moet een partij als de N-VA het niet eerder bij een dertiger of een veertiger zoeken ?

© ’t Pallieterke , weekblad

Foto’s (c) Gazet van Hove.