© ’t Pallieterke.

Het kan vlug keren in de politiek. De voorbije maanden leek het erop dat de N-VA en Vlaams Belang bij de volgende verkiezingen vooral van elkaar vliegen gingen afvangen en het totaal aantal V-stemmen stabiel zou blijven, rond 38 procent. Maar plots lijkt 40 procent opnieuw haalbaar. Dat is niet onbelangrijk voor de regeringsvorming volgend jaar.

De zelfverklaarde Wetstraat-watchers hadden het de voorbije weken over een paniekreactie bij de N-VA toen de partij van Bart De Wever binnen de federale regering de druk bleef opvoeren rond het Marrakeshpact. Sinds de verkiezingen van 14 oktober wordt de partij opgejaagd door het Vlaams Belang en daarom zou de N-VA op de val van de regering-Michel aansturen. Maar tegelijk ook afstevenen op een onvermijdelijke nederlaag bij de parlementsverkiezingen. Politicoloog én belgicistisch militant Dave Sinardet had het zelfs over een “existentiële crisis” bij de N-VA. Carl Devos van de Universiteit Gent hield het hoofd koel; hij riep op om af te wachten. Hij zou wel eens gelijk kunnen krijgen.

De crisis binnen de regering-Michel I en de opstart van Michel II of de Marrakeshcoalitie (we gebruiken deze term consequent alleen al omdat Bart Brinckman van De Standaard wil dat de pers het net niet doet) leek al na een paar dagen op een draaideurkomedie. Eerst zou er geen vertrouwensstemming zijn in de Kamer, en dan weer wel. De regering zou gewoon de lopende dossiers afwerken, maar plots komt Kris Peeters (CD&V) af met het voorstel om “nieuwe accenten te leggen”. Met een regering die ocharme 31 procent van de stemmen vertegenwoordigt ?

Enfin, een kakofonie van jewelste. De sterke communicator die N-VA-voorzitter De Wever is, kon alles in het belachelijke trekken. En meteen wijzen op de absurde structuren van België. De regering-Di Rupo had geen meerderheid in Vlaanderen, de regering-Michel had geen meerderheid in Wallonië en de Marrakeshcoalitie heeft nergens een meerderheid.

Het Vlaams Belang werft kiezers

Kortom, de opstapeling van Belgisch surrealisme heeft gemaakt dat de N-VA opnieuw de perceptie mee heeft. Ook al heeft het kabinet van ex-staatssecretaris Theo Francken danig geknoeid met de opvolging van het Marrakeshverdrag.

Dat de Vlaams-nationalisten het uiteindelijk zo hard gespeeld hebben, waardoor de regering-Michel I de facto overkop is gegaan, heeft wellicht wat te maken met de al bij al gunstige peiling die Het Laatste Nieuws en VTM eind vorige week publiceerden. En inderdaad, peilingen zijn onzin, maar ze zijn in de huidige politiek belangrijke elementen van de perceptieoorlog. En zie, de peiling leert dat stemmenverlies van de N-VA niet voor 100 procent gelijk staat met winst voor het Vlaams Belang.

Bij de Kamerverkiezingen van 2014 haalde de N-VA 32,4 procent van de stemmen, het Vlaams Belang 5,8 procent. In de laatste peiling zakt de N-VA naar 28 procent, een verlies van 4,4 procent. Het Vlaams Belang stijgt naar 11,7 procent, een winst van net geen 6 procent. Besluit : de N-VA stelpt het bloeden (recent haalde ze in de peilingen nog 25 procent) en het Vlaams Belang haalt ook stemmen van elders binnen. Misschien nog altijd van ontevreden oude socialistische kiezers die het gehad hebben met multikul, globalisme en open grenzen. Johan vande Lanotte, afscheidnemend burgemeester van Oostende, vertelde in interviews dat hij bij huisbezoeken aan trouwe rode kiezers merkte dat het migratieprobleem een grote bron van ergernis is.

De recente peiling toont meteen aan dat de V-partijen de wind in de zeilen hebben. Ze zouden nu uitkomen op net geen 40 procent van de Vlaamse stemmen. Neem daar nog bij Jean-Marie Dedecker (LDD), die is aangesproken om als onafhankelijke op de West-Vlaamse N-VA-Kamerlijst te staan. De N-VA staat ten westen van de Leie te zwak. Dat zou al snel een paar procent van de totale stemmen kunnen opleveren.

N-VA ‘incontournable’ in 2019 ?

Een versterking van de V-partijen is niet zonder belang met het oog op de coalitievorming in 2019. Iedereen gaat ervan uit dat de federale formatie zeer lang zal aanslepen. En dat dus eerst regionale meerderheden zullen worden gevormd. Bij de N-VA voelen ze dat ze wel degelijk hun graantje kunnen meepikken van een campagne die rond migratie en identiteit draait. Het zou de manier zijn om enerzijds de schade te beperken en anderzijds het Vlaams Belang groot genoeg te maken, zodat de mogelijke coalities op Vlaams niveau eerder beperkt zijn. Zeker als de PVDA de kiesdrempel haalt en drie tot vijf Vlaams Parlementsleden kan leveren.

Volgens omzettingen van de resultaten van de peilingen naar aantallen zetels in het Vlaams Parlement, zou een anti-N-VA-coalitie enkel mogelijk zijn als de traditionele partijen samenwerken met Groen. Dat is niet utopisch, maar politiek ligt dat toch zeer moeilijk. N-VA wordt dus bijna incontournable. Al zou ze wel met minstens twee partijen moeten samenwerken. Wat Bart De Wever zal willen vermijden, om vanuit een sterke uitgangspositie te proberen federaal in te breken. De bevoorrechte piste zou een coalitie van N-VA en Open Vld zijn. Maar die zou zes tot zeven zetels tekortkomen voor de Vlaamse meerderheid van 60 zetels. Een moeilijk te overbruggen kloof, al is tussen nu en 26 mei 2019 nog veel mogelijk.

Foto’s (c) Gazet van Hove.