bank
De banksector zit volop in een transitie, en zoekt allerlei middelen om haar rendabiliteit op te vijzelen. Fuseren of overnemen, is er één van.
foto : © Crelan
www.doorbraak.be – door  Paul Becue

Het was een tijdje geleden, maar nu komt er opnieuw beweging in het Belgische bankenlandschap. Crelan slorpt AXA Bank op, en de nieuwe entiteit wordt de vijfde grootste in België met 8% van de spaardeposito’s. De nieuwe bank wordt voorafgegaan door BNP Paribas Fortis (eerste met 24% van de spaardeposito’s), KBC (18%), ING (14%) en Belfius (12%). De bank die in handen van familiale aandeelhouders is, Argenta, staat op de zesde plaats (8%). Enkel deze laatste en KBC zijn onafhankelijke banken. Belfius behoort immers voor 100% toe aan de Belgische staat, ING is Nederlands, en BNP Paribas Fortis is Frans. De nieuwe entiteit is ook onafhankelijk en heeft een coöperatieve structuur. En dit kunnen we alleen maar toejuichen: een beslissingscentrum in België heeft tal van voordelen.

Rendabiliteit

Afbeeldingsresultaat voor axa assuranceAXA Bank is in handen van de grote Franse verzekeringsgroep AXA, die in 1999 de oude Belgische dame Royal Belge had overgenomen. Deze groep bezat al de Ippa Bank, maar doordat in 1999 AXA ook de Antwerpse Anhyp-bank overnam, werden de twee in 2000 gefusioneerd tot AXA Bank. Als kleine bank is het niet gemakkelijk te concurreren tegen de grotere spelers. De rendabiliteit leed eronder, en het afgelopen jaar kwamen er berichten over de afvloeïng van 650 werknemers, en dat men zou snoeien in het kantorennetwerk. AXA wilde haar bankactiviteit afstoten, en zich concentreren op haar kernactiviteit, verzekeringen. Terwijl op het einde van de 20ste eeuw overal bankverzekeringsgroepen werden ingericht, blijkt men daar nu meer en meer op terug te komen. Er zijn diverse redenen voor. Een daarvan is dat de reglementaire solvabiliteitsvereisten van banken (Bazel II/III) en verzekeraars (Solvabiliteit II) sterk van elkaar verschillen.

Landbouwkrediet

Crelan is de opvolger van het vroegere Landbouwkrediet, dat in 2011 de Centea bank overnam van KBC. KBC was in de nasleep van de financiële crisis immers verplicht onderdelen te verkopen. Het Franse Crédit Agricole bezat toen 50% van Crelan, maar de Belgische coöperatieve aandeelhouders van Crelan namen in 2015 deze 50% over.

De nieuwe entiteit is zo het resultaat van talrijke manipulaties over de laatste 20 jaar. De grote uitdaging voor beide bestaat erin de rendabiliteit op te krikken. Beide halen slechts een rendement op het eigen vermogen van 4%. Bij KBC bijvoorbeeld, is dat vier keer zo hoog op 16%. Er is dus werk aan de winkel. Men kan er dus vanuit gaan dat men sterk zal snoeien in het kantorennetwerk en het personeelsbestand, die beiden praktisch verdubbeld zijn met het samengaan. Zo bezit de nieuwe groep nu 1141 kantoren in België. In welke mate men die gaat reduceren is nog koffiedik kijken.

Om die reden was de aankondiging van het samengaan op vrijdag 25 oktober 2019 geen verrassing. De banksector heeft het immers heel moeilijk door de lage rentestand, en daaraan gekoppeld de lagere rentemarges. Overtollige deposito’s kunnen bij de Europese Centrale Bank (ECB) slechts geplaatst worden tegen een negatieve rente. Dit wil zeggen dat de bank de ECB voor deposito’s geld moet betalen, in plaats van te krijgen. Het is de omgekeerde wereld, zoals we die nu al enige tijd kennen. Experts zeggen dat de lage rentestand nog zeker vijf jaar kan voortduren. Het Japanse doemscenario van lage economische groei en een deflatoir klimaat duikt ook in Europa op.

Digitalisering

Een andere uitdaging voor de banksector is de digitalisering, en de oprichting van talrijke Fintechs die zelf banktaken op een efficiënte manier willen en kunnen aanbieden.Er is dus minder bancair personeel nodig, en banken worden gedwongen hun businessmodel te herzien.

Voor kleinere banken is dat des te moeilijker daar ze niet zo veel schaalvoordelen hebben. Crelan verdubbelt nu in omvang, en kan daar dus op inspelen. Het heeft in elke geval met de overname een cadeau gekregen. De overnameprijs bedraagt immers slechts 540 miljoen euro, terwijl het eigen vermogen van AXA Bank 1,2 miljard euro bedroeg. AXA moet dus een minwaarde van 600 miljoen euro slikken, wat veelbetekenend is.

Verzekeringen

Ook op verzekeringsvlak brengt de transactie wijzigingen met zich mee. Crelan was immers een belangrijk distributiekanaal voor de verzekeringsproducten van Fidea. Dit behoorde vroeger tot de KBC-groep, maar werd in 2015 overgenomen door de Chinese groep Anbang. Deze geraakte in de problemen door een agressieve acquisitepolitiek, en werd door de Chinese regering gedwongen haar overzeese bezittingen af te stoten. De Bank Nagelmackers, de oudste in België, bevindt zich trouwens in dezelfde situatie met hetzelfde Anbang als aandeelhouder. Maar Fidea werd in juli 2019 verkocht aan de Zwitsere verzekeraar Baloise, onder andere met de hoop om zo de huisleverancier van Crelan te worden. Maar doordat de nieuwe bank een langetermijnsamenwerking met verzekeraar AXA afsluit, is Baloise de grote verliezer van deze deal.

Uitdagingen

Dit dossier is dus een mooi schoolvoorbeeld van de talrijke wijzigingen die het bankenlandschap de laatste 20 jaar heeft ondergaan, alsook van de toenemende Chinese invloed. En het is zeker nog niet gedaan. De banksector zit volop in een transitie, en zoekt allerlei middelen om haar rendabiliteit op te vijzelen. De klant profiteert voorlopig van de lage rente en het feit dat met de digitalisering allerlei nieuwe spelers opduiken. Maar die klant heeft ook belang bij een sterke banksector, en moet niet het onderste uit de kan willen. We hebben tien jaar geleden gezien tot wat een zwakke banksector kan leiden. De overheden zijn toen noodgedwongen en met succes fors tussenbeide gekomen om via zware schulden de sector te behoeden van het faillissement. De economie kreeg echter klappen, en de rentes daalden tot een historisch dieptepnt om die economie te ondersteunen. Tegelijkertijd deed dit de banken pijn.

Een sterke banksector is noodzakelijk voor de economie. In België valt dit nog mee, maar in andere landen is het een ander paar mouwen. In Duitsland hebben Commerzbank en Deutsche bank het hard te verduren, terwijl in Italië de sector ook het water aan de lippen staat. Het aantal niet-performante leningen bereikt een maximum. Het bankmanagement gaat hier niet steeds vrijuit.

Een ding is zeker: een crisis zoals tien jaar geleden kunnen we ons niet permitteren. De schuldgraad van diverse landen is al heel hoog, en de monetaire politiek kan niet veel flexibeler worden. Alle wapens werden reeds uit handen gegeven. Dit mag men niet uit het oog verliezen.

Paul Becue

Foto’s (c) Gazet van Hove.