door Tom Lallemand in palnws.be .
Minder dan 3 op 10 vrouwen met een niet-Europese nationaliteit in ons land werkt. Daarmee is ons land de slechtste leerling van de Europese klas. “Migratiebeleid faalt qua instroom, erkenning én terugkeer”, aldus arbeidseconoom Stijn Baert.
Nieuwe cijfers van het Europese statistiekbureau Eurostat over de werkzaamheidsgraad onder vrouwen met niet-EU-nationaliteit scheppen geen fraai beeld over de tewerkstelling van niet-EU-vrouwen in België. Ons land scoort met afstand het slechtste van alle EU-lidstaten.
Amper 29% van de vrouwen in België die een nationaliteit hebben van een land buiten de Europese Unie heeft een job. Zweden is het op één na slechtst scorende land met 39%. In de meeste andere EU-lidstaten schommelt de werkzaamheidsgraad bij vrouwen met niet-EU-nationaliteit rond de 50%.
Arbeidseconoom Stijn Baert deelde de cijfers op sociale media en wijst naar het gebrekkige migratiebeleid als oorzaak van de slechte Belgische cijfers. “Slechts 3 op 10 vrouwen met niet-Europese nationaliteit werken. Geen enkel EU-land doet slechter. Migratiebeleid faalt qua instroom (weinig complementair met arbeidsmarkt), erkenning (traag) én terugkeer (voor wie niet erkend raakt)”, aldus Baert.
