door Angélique Vanderstraeten in ’t Pallieterke .

Het staat zo goed als vast dat de volgende federale regering de werkloosheidsuitkeringen in de tijd zal beperken. Daarmee verdwijnt een anomalie in de sociale zekerheid en het arbeidsmarktbeleid, en komt België in lijn met het gros van de andere EU-landen. Het was dan ook vreemd dat arbeidsmarktexpert Stijn Baert (Universiteit Gent) begin deze maand plots stelde dat het te laat is om die maatregel in te voeren. Hij vergist zich.

De Gentse arbeidseconoom Stijn Baert zegt vaak verstandige dingen. Maar de manier waarop hij zich in het debat rond de hervorming van het systeem van de werkloosheidsuitkeringen gemengd heeft, doet de wenkbrauwen fronsen. Waarover gaat het precies ? Welnu, ook al bevinden de federale regeringsonderhandelingen zich nu nog in een vroege fase, het staat al bijna voor 100 procent vast dat België de werkloosheidsuitkeringen zal beperken in de tijd. Daarmee zou het aansluiten bij het gros van de andere EU-landen, waar de uitkering na twee of drie jaar wordt stopgezet indien men geen baan vindt. Arbeidsmarktexperts pleiten daar al lang voor : het is een signaal aan de werklozen dat men niet voor eeuwig in dat systeem kan blijven zitten. Tien jaar geleden slaagde de centrumrechtse Zweedse regering er niet in die maatregel door te voeren. Voor cd&v en de Franstalige liberalen van MR lag dat nog te gevoelig. Nu zijn die partijen er voorstander van. Idem voor Vooruit, dat op sociaaleconomisch vlak naar het centrum opschuift, en voor Les Engagés. De Franstalige centristen beseffen dat die ingreep nodig is om meer Walen aan het werk te krijgen.

meer Walen aan het werk krijgen !

Degressiviteit en langdurig zieken

Nu die consensus gegroeid is, gooit Stijn Baert met een aantal opvallende standpunten roet in het eten. Hij vindt dat het tegenwoordig geen zin meer heeft om te praten over eindige werkloosheidsuitkeringen. Hij is eerder voorstander van sneller dalende uitkeringen (degressiviteit zoals dat heet). Tegelijk wijst hij erop dat het legioen langdurig zieken met 500.000 een stuk groter is dan de groep werklozen (280.000). Lees : men zou beter aandacht hebben voor de eerste groep.

Baert slaat hier de bal meermaals mis. Ten eerste is het debat over de degressiviteit van de uitkeringen niet echt relevant meer. Ten tijde van de regering-Di Rupo (2011-2014) werd al een systeem ingevoerd om die uitkeringen sneller te doen dalen. Het klopt ook dat je in België kan geschorst worden als je niet voldoende naar een nieuwe baan zoekt, maar dat betekent het tijdelijke verlies van een uitkering. Zeggen dat de beperking van de werkloosheid in de tijd niet relevant is, is gewoon fout. De doorstroming naar werk ligt in België in Europees perspectief te laag. De oorzaak daarvan ligt onder andere bij de te uitgebreide werkloosheidshangmat. Een element dat de Gentse arbeidseconoom vergeet, is dat die eindigheid van de uitkering eindelijk een duidelijk onderscheid maakt tussen werkloosheid en bijstand, en er dus wel degelijk sprake is van een structurele scheiding van de twee systemen.

Ander opvallend voorstel van Baert is dat de uitkeringen aan het begin van de werkloosheid hoger mogen zijn om dan snel te dalen. Daar is iets voor te zeggen, maar zoals onder andere arbeidsmarktspecialist Jan Denys (Ranstad) stelt : het is hier eigenlijk niet een of-of-, maar een en-en-debat. Je kan het systeem van degressiviteit aanpassen en tegelijk de uitkeringen in de tijd beperken. Ook deel van het en-endebat : je moet zowel focussen op de activering van werklozen als op de langdurig zieken. Het één sluit het andere niet uit.

Politieke feeling

Baert lanceerde zijn voorstel begin juli en we mogen van geluk spreken dat zijn ‘verstoring’ van het debat over de eindige werkloosheidsuitkering niet direct publiek werd overgenomen door een kopstuk van de onderhandelende partijen. Want dan bestond het risico dat de hervorming van tafel werd geveegd. Stijn Baert is een slimme academicus, maar hij komt al te graag in de schijnwerpers én mist de nodige politieke feeling.

Dat werd recenter nog eens bevestigd toen bekend raakte dat de vakbonden bij het met sluiting bedreigde Audi Vorst begonnen te pleiten voor brugpensioen op 60 jaar. Er volgde op sociale media al snel een verontwaardigde reactie van Baert die fulmineerde tegen dat brugpensioen en er zowaar een bedreiging voor de welvaartsstaat in ziet. Ook hier doet de uithaal van de arbeidseconoom de wenkbrauwen fronsen. Het brugpensioen is uiteraard een anomalie. Het brugpensioen of SWT (stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag) is door opeenvolgende verstrengingen aan het uitdoven. De voorbije acht jaar is het aantal bruggepensioneerden gedaald van 120.000 naar 20.000. Het is al lang niet meer mogelijk dat mensen op hun 55ste of zelfs 50ste in het systeem stappen zoals 20 tot 30 jaar geleden. Dat er straks nog een paar bijkomen na een sluiting van Audi, is te betreuren, maar het zullen zowat de laatste bruggepensioneerden zijn. Die ‘case’ verdient dan ook weinig aandacht. Of toch niet meer aandacht dan nodig.

foto’s (c) Gazet van Hove .