door Guus van Betten in ’t Pallieterke .

Maandag rinkelde de schoolbel weer, maar niet iedereen verscheen op het appel. Er zijn opnieuw tal van leerkrachten te weinig om alle vacatures in te vullen. Vooral in het middelbaar onderwijs is de situatie zorgwekkend. De oorzaken zijn velerlei en, de maatregelen van de Vlaamse regering ten spijt, het probleem wordt alleen maar erger.

De krant De Tijd analyseerde gegevens van arbeidsbemiddelaar VDAB en kwam tot de conclusie dat het lerarentekort bij de start van dit schooljaar groter dan ooit is. Sinds het artikel verscheen, zijn er zelfs nog vacatures bijgekomen. Inmiddels gaat het om 3.420 openstaande betrekkingen, een stijging van 7 procent tegenover vorig jaar. Twee derde van de scholen is nu nog op zoek naar een leerkracht voor hun secundaire afdelingen. Waar die vijf jaar geleden nog op zoek waren naar 632 leerkrachten, zijn dat er bij de start van dit schooljaar ruim drie keer meer.

Een Europees en stedelijk fenomeen

Het lerarentekort speelt ook onze buurlanden parten. In Frankrijk is het lerarentekort acuut in stedelijke gebieden zoals Île-de-France. In de streek rond Parijs blijven jaarlijks honderden vacatures niet ingevuld. In Duitsland stelt het probleem zich vooral in Oost-Duitse deelstaten en stedelijke gebieden. In Nederland speelt het lerarentekort met name in de Randstad. Het afgelopen schooljaar startten de vijf grootste steden met een tekort van 18 procent, terwijl dat in de rest van Nederland slechts 8 procent was.

Stedelijke gebieden hebben de grootste moeite met het vinden van leraren

Ook in Franstalig België is het wegwerken van het lerarentekort de topprioriteit van de nieuwe minister van Onderwijs, Valérie Glatigny (MR). In Brussel, Charleroi en Luik is de nood het hoogst. Telkens opnieuw blijken het stedelijke gebieden te zijn die de grootste moeite hebben met het vinden van leraren. Dat is in Vlaanderen niet anders. De vraag is er groter, de leerlingen zijn diverser en de grotere concurrentie tussen scholen maakt het moeilijker om gekwalificeerde leerkrachten aan te trekken en te behouden.

steden hebben een diverser schoolpubliek

Waarom leraren de school verlaten

De oorzaken van het lerarentekort zijn gelijkaardig : er is de vergrijzing van het lerarenkorps, relatief lage salarissen, beperkte doorgroeimogelijkheden, administratieve werkdruk en werkonzekerheid. Tel daar nog sommige dolgedraaide leerlingen bij die hun leerkrachten beroven van alle naïeve illusies die ze tijdens hun opleiding nog koesterden en het plaatje wordt duidelijk. Volgens een OESO-studie worden er nergens meer leerkrachten slachtoffer van verbale intimidatie door leerlingen dan in Vlaanderen.

Ook demografische factoren spelen mee, vooral in de steden, met een grote toestroom van allochtonen die ‘extra onderwijsnoden’ met zich meebrengen. Sommige ouders doen ook hun duit in het zakje doordat ze zich niet de moeite getroosten hun eigen kroost mores te leren, C-attesten aanvechten of kwade e-mails sturen wanneer hun kind strafstudie krijgt. Daardoor voelen onderwijzers zich niet gewaardeerd en zoeken ze andere oorden op.

De specifieke profielen waarnaar scholen op zoek zijn, zijn op de private arbeidsmarkt goud waard

Veel leerkrachten zijn al uitgeblust nog voor ze goed en wel begonnen zijn. Een derde van de startende leerkrachten haakt binnen de vijf jaar af. Die uitstroom is in het middelbaar onderwijs en in scholen met veel diversiteit veruit het grootst. Er zijn meer dan genoeg Vlamingen met een lerarendiploma om alle vacatures in te vullen, maar veel van hen krijg je met geen stokken meer voor een klas.

Veel vacatures, geen werkzekerheid

Wie zelf eens naar de website van VDAB surft, ziet meteen dat de aangeboden jobs niet bepaald duurzaam zijn en daardoor weinig aantrekkelijk voor kandidaten die op zoek zijn naar werkzekerheid en stabiliteit. De meerderheid van de vacatures betreft tijdelijke opdrachten, die in het beste geval tot het einde van het schooljaar lopen, maar vaak nog korter zijn. Het gaat dan om vervangingen van zwangere of opgebrande onderwijzers. Slechts 10 procent van de vacatures gaat over een vaste job. Dat heeft alles te maken met het systeem van de vaste benoemingen, een onverdedigbare praktijk die ervoor zorgt dat scholen meestal geen vaste aanstellingen kunnen aanbieden. Een vastbenoemde kan op elk moment zijn plaats terug opeisen, ook na jarenlange afwezigheid.

Daar komt bij dat de helft van de vacatures over deeltijds werk gaat. Het gebrek aan voltijdse aanstellingen treft vooral het secundair onderwijs. Wie daar een vaste, voltijdse betrekking zoekt, ziet op de website van VDAB niet meer dan 37 openstaande vacatures staan, verspreid over heel Vlaanderen. Waar men eigenlijk naar op zoek is, zijn barmhartige samaritanen die Vlaanderen willen doorkruisen om in verschillende scholen telkens kortstondig les te geven. In het onderwijs bestaat bovendien geen kilometervergoeding voor woon-werkverkeer, dus die arme stakkers moeten ook nog betalen om voor de klas te kunnen staan. Binnenkort krijgen ze er misschien nog een slimme kilometerheffing bij.

Sint-Gummaruscollege

Specifieke vakken

Van een langetermijnperspectief is voor de meeste sollicitanten dus geen sprake. Vanzelfsprekend trekken die vacatures dan ook amper gegadigden aan. Zeker wanneer er tezelfdertijd een algemene krapte op de arbeidsmarkt heerst. Zo kwamen er vijf jaar geleden gemiddeld drie kandidaten af op een vacature en zijn scholen dit jaar al blij wanneer er één belangstellende bij hen op de stoep staat. Die begeerlijke profielen kunnen vaak niet de juiste geloofsbrieven voorleggen, maar scholen hebben niet langer te kiezen. Een blanco strafregister is in veel gevallen al voldoende om in september aan de slag te kunnen gaan.

Wat ook meespeelt, is dat het vooral om een aantal specifieke vakken gaat, namelijk wiskunde, natuurwetenschappen, talen en techniek. Wie de vacatures van nabij bekijkt, ziet dat er voor zogenaamde B-vakken, zoals aardrijkskunde of geschiedenis, nauwelijks vacante plaatsen zijn. De specifieke profielen waarnaar scholen op zoek zijn, zijn op de private arbeidsmarkt goud waard. Ze kunnen daar meer verdienen en worden er niet gefilmd, uitgescholden of erger door balorige leerlingen.

Nood aan ambitieuze leerkrachten

Het lerarentekort is niet de enige crisis die bezworen moet worden. Daarmee samenhangend zet zich ook al jaren een daling van de onderwijskwaliteit door. Studies focussen vooral op taal en wiskunde, maar een gebrekkige kennis van het Nederlands ondergraaft de kwaliteit van alle lessen die in die onderwijstaal gegeven worden. Die uitdaging het hoofd bieden, kan alleen slagen met ambitieuze vakexperten voor de klas. Net die lieden voelen zich niet aangesproken door de beperkte doorgroeimogelijkheden in het onderwijs. Ambitie wordt er in het beste geval beloond met een schouderklopje, niet met een promotie of loonsverhoging.

Een evidente oplossing werd aangedragen door Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA). De Vlaamse regering lanceerde vorig schooljaar de mogelijkheid om leraar-specialisten aan te stellen. Die kunnen jaarlijks tot 5.700 euro bruto extra verdienen. Vrijwel meteen weerklonken jaloerse en afgunstige kreten uit de leraarskamers. Vakbonden en directies vreesden voor spanningen in het lerarenkorps en wezen die nieuwe mogelijkheid daarom van de hand. Veel onderwijsinstellingen verkiezen blijkbaar een lerarentekort boven loondifferentiatie. Soms is het louter filosoferen over maatregelen al voldoende om protest uit te lokken. Zo kreeg een ‘Commissie van Wijzen’ de opdracht om oplossingen te bedenken die door de volgende Vlaamse regering in overweging konden genomen worden. Nog voor de inkt van haar rapport droog was, trokken duizenden leerkrachten in verschillende steden de straat op om hun ongenoegen kenbaar te maken.

Ben Weyts

Weyts kan tij niet genoeg keren

De afgelopen jaren werden er tal van maatregelen uitgerold om het gat dicht te rijden, waarbij vooral ingezet werd op zij-instromers. Met meer anciënniteit en extra verloning werden geïnteresseerden aangemoedigd om de overstap naar het onderwijs te maken. Daarnaast versoepelde de regering de regels voor het inzetten van gastdocenten uit het bedrijfsleven in de klas. Om te vermijden dat starters al na enkele jaren op de vlucht slaan, kregen alle scholen extra middelen om beginnende leerkrachten beter te begeleiden. Dat leidde tot een stijging van het aantal inschrijvingen in de lerarenopleidingen en een recordaantal zij-instromers. Zelfs gepensioneerde leerkrachten werden aangesproken door flexi-jobben in het onderwijs toe te staan. Hoewel het onderwijspersoneelsbestand de voorbije jaren een recordhoogte bereikte, geldt dat evenzeer voor het lerarentekort. Daar zitten de verschillende onderwijsnetten voor iets tussen, die vaak op een steenworp van elkaar dezelfde opleidingen aanbieden in plaats van hun aanbod op elkaar af te stemmen. Om het onderwijsaanbod te rationaliseren, verstrengde minister Weyts vorig jaar de programmatienorm voor nieuwe richtingen. Sindsdien moeten scholen die een nieuwe richting aanbieden minstens vijf leerlingen hebben in plaats van één.

In de gelekte onderhandelingsnota over onderwijs zouden nieuwe extralegale voordelen, zoals maaltijdcheques, voorzien zijn en vastbenoemde leerkrachten zouden hun anciënniteit kunnen behouden wanneer ze overstappen naar een ander onderwijsnet. Dat lijkt op morrelen in de marge. In Frankrijk, Duitsland en Nederland heeft men het ook met loonsverhogingen geprobeerd, maar de resultaten blijven uit. Aan de overkant van de taalgrens legde de nieuwe regering meer daadkracht aan de dag. In het Franstalig onderwijs worden de vaste benoemingen voor nieuwe leerkrachten afgeschaft. Aan de privileges van de oude garde durfde men niet te raken, maar er is tenminste het perspectief dat die belangrijke oorzaak van het lerarentekort op termijn verdwijnt. Sinds juni 2024 werd de vaste benoeming voor nieuwe personeelsleden van de Vlaamse Overheid ook afgeschaft, maar het onderwijs bleef hiervan gevrijwaard. Sterker nog, de mogelijkheid tot een vaste benoeming werd voor startende leraren zelfs versneld.

foto’s (c) Gazet van Hove .