Campagne van de Vlaamse overheid om desinformatie tegen te gaan. Foto (c) Vlaamse overheid
door Simon Segers in ’t Pallieterke .
In ons groot interview van deze week komt het uitgebreid aan bod : het vertrouwen in de politiek en de media is historisch laag bij de burger. Sociaal wetenschapper Petter Törnberg van de Universiteit van Amsterdam (UvA) meent in een nieuw onderzoek dat bepaalde politieke actoren dat wantrouwige klimaat uitbuiten door misinformatie te verspreiden voor politiek gewin. De voornaamste schuldige : radicaal-rechtse partijen.
Törnberg en de coauteur maken geen onderscheid tussen ‘desinformatie’ en ‘misinformatie’ in de studie en gebruiken enkel die laatste term. Doorgaans spreekt men bij desinformatie van het bewust verspreiden van foutieve berichtgeving, terwijl de verstrekker zich bij misinformatie daar niet van bewust is. “Het is uiteindelijk zowel onmogelijk als irrelevant om te weten of specifieke politici diep vanbinnen zelf de boodschappen geloven die ze verspreiden”, schrijven de auteurs.
Eerder onderzoek suggereerde al een verband tussen populisme en misinformatie, maar de wetenschappers konden die bevinding niet repliceren.
Factuality score
Om het fenomeen van misinformatie te meten, analyseerden de onderzoekers 32 miljoen tweets van parlementaire accounts uit 26 verschillende landen. Het gaat hier voornamelijk over westerse democratieën, waaronder ook België. Vervolgens filterden ze alle uitgaande weblinks in die berichten en evalueerden ze de ‘factuality score’ van de betrokken websites. Het resultaat werd bekomen met de hulp van de Wikipedia Fake News-lijst en Media Bias Fact Check (MBFC), twee websites die nieuwsbronnen naar waarheidsgehalte pogen te evalueren.
Hieruit bleek dat noch populisme, noch de links-rechtsverdeling van het politieke spectrum op zichzelf voldoende gecorreleerd zijn om te verklaren welke politici meer geneigd zijn om misinformatie te verspreiden via Twitter. Eerder onderzoek suggereerde al een verband tussen populisme en misinformatie, maar de wetenschappers konden op die bevinding niet repliceren. “Enkel wanneer populisme gecombineerd wordt met een rechtse ideologie, is er een verband met misinformatie”, schrijven de auteurs. Ze benadrukken dat radicaal-rechts de grote boosdoener is.
De Standaard is volgens Media Bias Fact Check een bijna neutrale publicatie.
Bedenkingen
Ondanks de schijnbare objectiviteit van dit onderzoek, zijn enkele belangrijke kanttekeningen toch op hun plaats. Meer concreet over de twee websites die de ‘feitelijkheid’ van de geanalyseerde websites bepalen. Wikipedia staat erom bekend met een linkse vooringenomenheid te schrijven over aangebrande onderwerpen zoals bijvoorbeeld raciale verschillen in intelligentie of transgenderisme. Ook de objectiviteit van MBFC valt op zijn minst twijfelachtig te noemen. Zo is De Standaard volgens die website een bijna neutrale publicatie, met hoogstens een licht rechtse bias. Yeah, right.
De onderzoekers geven bovendien zelf ook enkele beperkingen van hun studies mee. Zo deelt Twitter niet langer zijn data met onderzoekers, waardoor de meest recente gegevens waarover Törnberg en co beschikten, uit 2022 dateren. Meer belangrijk is dat het onderzoek niet de inhoud van de gelinkte artikels bij de Twitterberichten analyseerde (toegegeven : momenteel waarschijnlijk een onmogelijke taak op dergelijke schaal), noch de effectieve berichten van de politici zelf. De conclusies van de onderzoekers moeten dus met een flinke korrel zout genomen worden.
Het is moeilijk om te bepalen of Törnberg zelf een linkse activist is die enkel dat onderzoek publiceert dat zijn wereldvisie bevestigt. Een vakgebied als de sociale wetenschappen pleit niet echt in zijn voordeel. Een meer subtiele hint naar zijn mogelijke vooringenomenheid is dat hij in een wetenschappelijke publicatie uit 2025 consequent de termen Twitter en Tweet gebruikt, ondanks de ondertussen toch niet zo recente naamsverandering door de huidige eigenaar van dat platform, de nieuwe aartsvijand van de westerse progressieven.
foto’s (c) Gazet van Hove .