Het is een goed idee af en toe eens een stapje achteruit te zetten, om alles eens in een wat groter perspectief te bekijken. De zomer leent zich daar goed voor, wanneer het wat minder druk is dan gewoonlijk, en de komkommertijd – voor zover we daar dit jaar van kunnen spreken – ook wat meer ruimte geeft. Daarom brengen we de komende weken een zomerreeks, waarbij we voor elk van de Vlaamse partijen proberen te overlopen hoe ze ervoor staan, en wat de grote lijnen voor elk van hen zijn. We laten de partijen van links naar rechts de revue passeren, en vangen dus de reeks aan bij uiterst links, de PVDA.
Electoraal stelt de Partij Van De Arbeid (PVDA, zoals ze zichzelf afkorten, en niet PvdA zoals de Nederlandse zusterpartij van de sp.a) niet veel voor in Vlaanderen. Bij de verkiezingen van 2014 haalde de partij in Vlaanderen 2,8 procent, ver onder de kiesdrempel dus. Het scheelde nochtans niet veel of de partij had naast de twee Waalse vertegenwoordigers Raoul Hedebouw (Luik) en Marco van Hees (Henegouwen) ook een Antwerpenaar naar de Kamer mogen sturen. In de kieskring Antwerpen haalde de partij immers 4,5 procent, waarmee Peter Mertens vlotjes verkozen zou geweest zijn, ware er niet de kiesdrempel van vijf procent. Ook voor het Vlaams Parlement zou lijsttrekker Jos D’Haese zonder kiesdrempel met ruime marge verkozen geweest zijn.

Verkiezingsborden Hove

Kiesdrempel

Dat de twee niet verkozen raakten omwille van de kiesdrempel, was voor de twee heren waarschijnlijk niet de enige koude douche op 26 mei 2014, de dag na de verkiezingen. In de opiniepeilingen stond de PVDA er immers veel beter voor, met scores voor heel Vlaanderen van vier à vijf procent. Er werd verwacht dat de partij in Antwerpen wel degelijk de kiesdrempel zou halen, en misschien ook in Oost-Vlaanderen een zetel zou kunnen halen. De partij staat niet alleen in Antwerpen – altijd al een rebelse kieskring – relatief sterk, ze heeft ook een sterke basis in Zelzate. Bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen haalde de partij in die gemeente zelfs meer dan twintig procent !

Heeft de partij potentieel in Vlaanderen ? Wij vermoeden van niet. Maar goed, wie had dertien jaar geleden durven voorspellen dat een partij als de N-VA, toen in een gelijkaardige situatie als de PVDA vandaag, zou uitgroeien tot een partij van meer dan dertig procent ? Toch is er een fundamenteel verschil tussen de PVDA van vandaag en de N-VA van toen : Vlaanderen is niet communistisch, socialistisch, of revolutionair, dus heeft de PVDA de beruchte “grondstroom” tegen. De partij heeft altijd kunnen rekenen op een franje van het kiezerskorps van één à twee procent, en met de juiste kop bovenaan de kieslijsten en eventueel geholpen door de actualiteit van de dag kan die aanhang best al eens een keertje uitgroeien tot boven de kiesdrempel, maar meer dan dat zal het vermoedelijk toch nooit worden. De partij zal dus altijd blijven worstelen met de kiesdrempel, zelfs al mag Peter Mertens morgen zijn populariteit en zijn bekendheid wat opkrikken door een deelname aan De Slimste Mens of iets gelijkaardigs.

P1030975
Peter Mertens (l) met Edegemse kameraad

Peter Mertens, en wie nog ?

Peter Mertens is trouwens zowel een sterkte als een zwakte voor de PVDA. Een sterkte, omdat hij de partij op een duidelijke manier vertegenwoordigt, en haar daardoor een herkenbare “kop” geeft. Maar buiten Peter Mertens heeft de partij in Vlaanderen eigenlijk geen enkel bekend gezicht. In de aanloop naar de verkiezingen van 2014 mocht de Antwerpse lijsttrekker voor het Vlaams Parlement Jos D’Haese ook een paar keer op televisie, maar vermoedelijk nog het meest van al omwille van zijn bijzonder jeugdige leeftijd (hij was toen amper 21 jaar). Twee jaar later doet zijn naam enkel van ver nog een belletje rinkelen, en dan nog alleen bij de speciaal geïnteresseerden.

Het personeelsgebrek is zelfs zo groot dat de Vlaamse vleugel van de partij meer dan eens leentjebuur moet gaan spelen bij de PTB voor televisiedebatten. Naar buiten toe gaat de partij daar zelfs een beetje prat op, want het past natuurlijk wel perfect in hun strikt unitair discours. Het moet bovendien gezegd worden dat Raoul Hedebouw zich beter in het Nederlands kan uitdrukken dan de gemiddelde federale MR-minister of royale Saxen-Coburger. Maar het blijft toch een zwak punt dat de partij verder geen bekende koppen heeft in Vlaanderen, en het toont misschien aan dat de spoeling ook binnen de partijgelederen eerder dun blijft. De vraag blijft daarom : wie komt er na Peter Mertens ?

Creatieve onderzeeërs

De studiedienst van de partij is dan wel weer bijzonder goed uitgebouwd, en de partij weet zich via allerlei militanten, die zich dag en nacht inzetten, te vertakken in zowat elke organisatie op links. Vraag het maar eens na bij de centrales van de ABVV, waar ze op meer dan één plaats last hebben van populaire en driftige délégués die een PVDA-lidkaart op zak hebben, en daar nog graag voor uitkomen ook.

Aan creativiteit voor nieuwe slogans is bij die studiedienst geen gebrek. De succesrijke naam “Turteltaks” is afkomstig van de PVDA. De titel “Hoe durven ze ?” van het boek van Peter Mertens over de bankencrisis, was een voltreffer, en het “spontane burgerinitiatief” met de goed bekkende naam “Hart boven hard” werd mede opgezet door EPO-uitgever Hugo Franssen. Tegelijkertijd is het voor de partij ietwat tragisch dat de bittere concurrenten sp.a en Groen er vaak in slagen hun ideeën over te nemen of te kapen, of, zoals in het geval van de “Turteltaks”, zelfs met de prijs mogen gaan lopen.

Annemie Turtelboom 2
Turteltaks – (c) ’t Pallieterke

Sympathie bij de media, ma non troppo

In de media kan de partij op veel sympathie rekenen, en er zijn zelfs uitschuivers geweest waarbij bijvoorbeeld Radio 2 en stoemelings een evenement van de PVDA mee sponsorde. Het is daarom dat Peter Mertens en Raoul Hedebouw zelden of nooit lastiggevallen worden met vragen over Noord-Korea. Toch kent de sympathie van de pers voor de PVDA zijn beperkingen. Stemmenwinst voor de PVDA betekent in Vlaanderen onherroepelijk stemmenverlies voor sp.a en/of Groen. Daarom wordt de PVDA in de media weliswaar veel meer geduld dan tegenpool Vlaams Belang, maar niet zoveel dat ze ook werkelijk groot zou kunnen worden, en een bedreiging vormen voor Groen of sp.a. De politieke toestand in Wallonië, waar de PTB de derde grootste partij dreigt te worden vóór cdH en Ecolo, en ernstig aan het electoraat van de PS knabbelt, is voor de meeste Vlaamse journalisten dan ook eerder een nachtmerrie- dan een droomscenario. Ook gewaarschuwde journalisten zijn er twee waard, en het verklaart meteen waarom de PVDA sedert 2014 toch weer wat uit de ether verdween.

De PS heeft schrik van de communisten
De PS heeft veel schrik van de communisten

Filip Van Laenen (°1972, Bonheiden) studeerde burgerlijk ingenieur elektrotechniek en computerwetenschappen. Vandaag is hij Chief Architect bij een IT-bedrijf in Noorwegen. Filip tracht partijpolitieke dynamiek te begrijpen en volgt Scandinavië en technologie-innovaties op de voet. Grote fan van de kosmos.

Artikel verscheen eerst in ’t Pallieterke, nu op www.sceptr.net .

 

pallieterke
weekblad, verschijnt iedere donderdag

P1040180

Foto’s (c) Gazet van Hove