www.doorbraak.be – door Bart Maddens .

Er wordt in de media volop gespeculeerd over de mogelijkheid dat de N-VA incontournable wordt in Brussel.  Maar hoe groot is de kans dat dit effectief zal gebeuren ?

Om incontournable te worden moet N-VA (eventueel samen met Vlaams Belang) negen zetels halen

Sinds de vijfde staatshervorming ligt de zetelverdeling tussen de twee taalgroepen in het Brusselse parlement vast : de Franstaligen hebben 72 zetels, de Nederlandstaligen 17. Anders gezegd, als de N-VA extra Franstalige stemmen kan aantrekken, dan levert dit niet méér zetels op voor de Nederlandstaligen, maar dan vergroot dit natuurlijk wel het gewicht van de N-VA binnen de Nederlandse taalgroep. Om incontournable te worden moet N-VA (eventueel samen met Vlaams Belang) negen zetels halen.

Politiek rekenen

Wilders bij het VB in Brussel

Hoeveel Franstalige stemmen heeft de N-VA daarvoor nodig ? Stel bijvoorbeeld dat de verdeling van de Vlaamse stemmen identiek blijft als in 2014. We voegen vervolgens telkens 1.000 Franstalige stemmen toe aan de 9.075 stemmen die de N-VA in 2014 behaalde. Met 3.000 extra stemmen stijgt het aantal N-VA-zetels van drie naar vier. 6.000 extra stemmen en de N-VA komt aan vijf zetels, maar het Vlaams Belang verliest zijn ene zetel. Met 10.000 extra stemmen komt de N-VA aan zes zetels, met 14.000 aan zeven, met 19.000 aan acht en uiteindelijk met 23.000 (22.988 om precies te zijn) aan negen.

5,6% van het Franstalige electoraat van 2014 zou dan de stap naar de N-VA zetten

Dit betekent dan dat de N-VA 32.063 stemmen zou halen, dit is 42% binnen de Nederlandse taalgroep en 6,9% van het totale electoraat. Het aandeel Nederlandstalige stemmen zou dan stijgen van 11,5% naar 16,5%. 5,6% van het Franstalige electoraat van 2014 zou dan de stap naar de N-VA zetten.

Volgens de jongste peiling van VTM/HLN/LS komt de N-VA, met 6%, stilaan in de buurt van die 6,9%. Als we dit peilingsresultaat toepassen op de zetelverdeling voor het Brussels Parlement, dan komt de N-VA uit op 8 zetels. Aangezien ook het Vlaams Belang (met 1%) één zetel zou halen, zou N-VA inderdaad incontournable worden. Het aandeel Vlaamse stemmen zou dan met 3,3 procentpunten stijgen, van 11,5% in 2014 naar 14,8%. Het gewicht van de N-VA binnen het Nederlandse kiescollege stijgt van 17% naar 40,5%.

Barricades

Minister Jambon op Brussels 11-Juli-feest

We moeten er wel rekening mee houden dat de andere Vlaamse partijen de N-VA kunnen proberen af te blokken door een lijstenverbinding aan te gaan. In dat geval worden de zetels eerst verdeeld over de lijstenverbindingen en daarna over de onderliggende lijsten. Dit was één van de in de vijfde staatshervorming bedachte maatregelen om een blokkering door het (toenmalige) Vlaams Blok tegen te gaan. Stel dat de drie traditionele partijen plus Groen zo een lijstenverbinding aangaan, dan zouden ze op die manier, volgens de peiling van VTM/HLN/LS, negen zetels halen. De N-VA strandt op zeven en één zetel is voor Vlaams Belang. Zo een lijstenverbinding zou dus wel werken, al is het nog maar de vraag of N-VA niet electoraal zou profiteren van dit één tegen allen scenario.

Een andere bedenking is dat de N-VA in de VTM/HLN/LS-peiling enkel incontournable wordt dankzij de ene zetel van het Vlaams Belang. In die peiling scoort het Vlaams Belang relatief sterk met 1%. In 2014 scoorde de partij slechts 0,6% voor de regionale verkiezing en haalde ze, met 5,6% in de Nederlandse taalgroep, ternauwernood de kiesdrempel. Als de N-VA effectief spectaculair scoort bij de regionale verkiezing, dan is de kans reëel dat het Vlaams Belang geen zetel meer haalt. In dat geval moet de N-VA op haar eentje aan negen zetels geraken.

Peilingen…

Het peilen van de kiesintenties van de relatief kleine groep kiezers die op een Nederlandstalige lijst stemmen in Brussel is sowieso een hachelijke onderneming. Daar komt bij dat er altijd wordt gepeild naar de kiesintenties voor de Kamer en niet voor het Brussels Parlement. Zowel in de peiling als in het echt verschijnt de N-VA als één van de keuzemogelijkheden in een lange lijst van partijen. Voor de regionale verkiezingen daarentegen moeten de kiezers eerst aangeven of ze willen kiezen voor een partij van de Franse (F) dan wel van de Nederlandse (N) taalgroep. Veel Franstaligen zullen uit gewoonte voor ‘F’ kiezen en vervolgens geen N-VA aantreffen in de lijst van partijen.

Anders gezegd, voor de Kamerverkiezing zal het voor de N-VA gemakkelijker zijn om het Franstalige potentieel aan te boren. En als gevolg daarvan een extra Kamerzetel te halen. Ook in 2014 scoorde de N-VA al beter voor de Kamerverkiezingen (2,7%) dan voor de regionale verkiezingen (2%). Dit verschil oogt klein, maar het betekent wel dat de partij voor het gewest bijna één derde minder stemmen haalde dan voor de Kamer. Ook bij het Vlaams Belang was het verschil substantieel: 1% voor de Kamer tegenover 0,6% voor het gewest.

spannend wordt het zeker

Volgens mij zal vooral dit ‘N/F’-effect de N-VA parten spelen om mathematisch incontournable te worden in Brussel. Maar spannend wordt het zeker.

Foto’s (c) Gazet van Hove.