© ‘t Pallieterke
Zelfbestuur. Dat is het streefdoel van de Vlaamse Beweging, ook al wordt de term op meer dan één wijze geïnterpreteerd. Voor de enen betekent zelfbestuur eigen bevoegdheden voor Vlaanderen binnen de Belgische structuren, voor de meer radicalen betekent ‘zelfbestuur’ niet minder dan de totale onafhankelijkheid van Vlaanderen.
Deze week werd nogmaals duidelijk dat de regeringsvorming in Vlaanderen niet verloopt zonder rechtstreekse en onrechtstreekse beïnvloeding vanuit het federale niveau. Bart De Wever heeft de formatiebesprekingen op Vlaams niveau tijdelijk opgeschort. Het is een beetje een logisch gevolg van de chantage door Open Vld en CD&V. Die partijen zijn immers bereid om op Belgisch niveau mee in een – langs Vlaamse kant – minderheidsregering te stappen. Als morgen Open Vld en CD&V verklaren niet aan een minderheidsregering te zullen deelnemen op federaal niveau, dan is er overmorgen een Vlaamse regering. Zo simpel is dat.
Tijd winnen
Het maakt meteen duidelijk aan welk bestuursniveau beide partijen de voorkeur geven. Niet Vlaanderen, maar België komt op de eerste plaats bij Rutten en Beke. Die laatste is ondertussen opgeklommen tot Belgisch minister (in opvolging van Kris Peeters), en binnen de Open Vld is men naarstig op zoek naar een minnelijke oplossing voor Gwendolyn Rutten. De kans dat die zichzelf zal mogen opvolgen als partijvoorzitster is immers zeer klein, zoniet onbestaande.
Dat Statler en Waldorf, alias de informateurs Reynders en Vande Lanotte, een maand extra hebben gekregen voor het opstellen van een ‘preformatienota’, is enkel bedoeld om tijd te winnen.
Krijgen we terug het scenario van 2010, toen we 541 dagen zonder regering zaten? Achtereenvolgens kregen we toen informateur De Wever (17 juni 2010 tot 8 juli), preformateur Di Rupo (8 juli tot 3 september 2010), de bemiddelaars Pieters en Flahaut (4 september – 5 oktober), de verduidelijker De Wever (8 oktober tot 18 oktober), de bemiddelaar Vande Lanotte (21 oktober 2010 tot 26 januari 2011), de informateur Reynders (2 februari tot 1 maart 2011), de onderhandelaar Beke (2 maart tot 16 mei 2011) om tot slot een formateur Di Rupo aan te stellen (van 16 mei tot 6 december 2011). Vandaag is de situatie zelfs nog ingewikkelder dan na de verkiezingen van 2010.
Laat me tot slot Lisbeth Homans feliciteren met haar tussentijdse flexi-job als minister-president. Het werd tijd; al 38 jaar werd uitgekeken naar een vrouwelijke minister-president. Het is haar gegund. Want de kans dat ze in een volgende Vlaamse regering opnieuw minister mag worden, is klein. In de wachtkamer van de N-VA zit genoeg vrouwelijk schoon klaar om de poten onder haar stoel weg te zagen.
Foto’s (c) Gazet van Hove.