Vanaf 1976 zat Frank Vandenbroucke in het politbureau van de trotskistische Revolutionaire Arbeiders Liga, die later de SAP werd. Hun tijdschrift ROOD! – met de hamer en de sikkel op de voorpagina – had als ondertitel : “Weekblad van de Revolutionaire Arbeiders Liga – Belgische afdeling van de Vierde Internationale”.
Eind 1975 vroeg de Leuvense universiteit alle politieke studentenverenigingen een overeenkomst te ondertekenen waarin zij beloofden geen wapens zoals stokken, loden buizen of kettingen in de lokalen binnen te brengen. ROOD noemde dat een provocatie, een poging tot afbraak van de progressieve studentenvereniging en een verkapte censuurpolitiek. In hetzelfde nummer verweet men Marchais, de toenmalige voorzitter van de Franse Parti Communiste, dat hij die term “dictatuur van het proletariaat” had geschrapt uit de statuten. ROOD vond dat een verloochening van het échte marxisme. Hoe ROOD dacht over de parlementaire democratie blijkt bijvoorbeeld uit deze twee ineen geschreven citaten : “Zo kan de dictatuur van de burgerij in de kapitalistische maatschappij variëren van de parlementaire democratie tot de fascistische dictatuur […], maar al die vormen blijven de uitdrukking van de dictatuur van de burgerij die haar wil oplegt aan de andere klassen.” ROOD hekelde ook het feit dat Marchais respect beloofde voor de bestaande instellingen “als daar zijn het parlement, verkozen volgens de burgerlijke normen van elke zoveel jaar een bolleke zwart maken…” Volgens ROOD was iedereen die binnen de normen van de burgerlijke democratie werkte, een verrader van het ware marxisme.
“Ja, Vandenbroucke had misschien beter opdracht gegeven alle oude nummers van ROOD te laten verbranden in plaats van het zwarte geld uit de SP-kas.”
Jodenhaat
Het antisemitisme van de toenmalige kameraden van Vandenbroucke paste helemaal in het toen nog embryonale islamo-socialisme. Israël en het zionisme waren des duivels. Met Israël mocht absoluut geen vrede gesloten worden. De strijd moest worden voortgezet tot het bittere einde. Uit het artikel “Het bloedige Gelaat van het Zionisme” (nr. 15, jaargang ’76 blz.8): “… Ook worden meer en meer Arabische steden omsingeld door Joodse wijken, waardoor een nieuw soort getto’s ontstaat. De bedoeling is het Joodse karakter van de zionistische staat te vergroten ten koste van de belangen van de Arabische bevolking.[…] Binnen het zionisme is vrede in Israël een onmogelijke zaak.” Ironisch genoeg staat op dezelfde bladzijde de naam van de verantwoordelijke uitgever en hoofdredacteur : Eric Corijn, die later een van de woordvoerders zou worden van Charta ’91. Ook de reactie van ROOD op het historische vredesverdrag dat de Egyptische president Sadat met Israël sloot, was typisch… Ze noemden Sadat een “bourgeois” die de Palestijnse zaak had verraden. Het taalgebruik was veelzeggend : “De bekende terrorist Menachim Begin… Israël is een staat gegroeid uit terreur, in leven blijvend door terreur.”(ROOD, 18/11/77 blz.10)
Op 27 juni 1976 werd een vliegtuig van Air France gekaapt door terroristen van de Rote Armee Fraktion en gedwongen in Oeganda te landen. De niet-Joodse passagiers werden vrijgelaten, de Joden werden gegijzeld met medeplichtigheid van de islamitische dictator Idi Amin. Volgens ROOD bewees die vrijlating van de niet-Joden dat Amin en de terroristen wel degelijk oprecht en ernstig wilden onderhandelen… Na dagenlange zenuwslopende onderhandelingen konden Israëlische commando’s alle gijzelaars redden, op drie na. Ieder moreel bewust mens zou deze geslaagde reddingsactie toejuichen. Maar ROOD noemde de bevrijding van de gijzelaars “staatsterreur”. (nr. 29, jaargang ’76, blz.7) De haat van de redacteurs zat zo diep dat zij later (nr. 2 jaargang ’77, blz. 12) nogmaals hun antisemitische gal moesten spuwen in een recensie van de film “Victory at Entebbe”. Over de vliegtuigkaping, de gijzeling en de dood van drie Joodse passagiers maakten ze zich niet druk. De filmrecensent huilde alleen bittere tranen om de doodgeschoten terroristen en de gesneuvelde soldeniers van Idi Amin.
Ja, Vandenbroucke had misschien beter opdracht gegeven alle oude nummers van ROOD te laten verbranden in plaats van het zwarte geld uit de SP-kas.
Dienaar van het patronaat
Ook de terroristen van de marxistische Baader-Meinhofbende werden in ROOD hartstochtelijk verdedigd (ROOD, 21/10/77, blz.10) : “Andreas Baader, Gudrun Ensslin en Jan-Carl Raspe zijn dood, net als Ulriche Meinhof een jaar geleden. Zelfmoord ! Gezelfmoord ? Hoe dan ook, één zaak staat vast : de burgerij heeft misschien niet zelf de trekker overgehaald, maar ze heeft de RAF-gevangenen door eenzame opsluiting fysiek en psychisch gebroken.” Men erkende wel dat er zekere politieke en tactische meningsverschillen waren met Baader-Meinhof, maar een principiële veroordeling van de terreur kregen ze niet over hun lippen. Integendeel : “Wij zijn geen pacifisten en tegenover het geweld van de patroon is de gewapende strijd een van de middelen voor de bevrijding van de arbeiders. Maar deze kan alleen worden gebruikt indien dit de antikapitalistische massastrijd vooruit helpt […] Maar dat zal ons niet beletten de werkelijke geweldplegers aan te klagen : het Duitse patronaat en zij die het trouw dienen onder de vlag van de sociaal-democratie.” (ROOD, 16/9 /77 blz.10).
“Men erkende wel dat er zekere politieke en tactische meningsverschillen waren met Baader-Meinhof, maar een principiële veroordeling van de terreur kregen ze niet over hun lippen.”
Lenin
“Van alle revolutionaire militanten van 1917 bezet Lenin ongetwijfeld de beslissende plaats. Het is moeilijk om in zo’n geval niet een beetje in personencultus te vervallen…” (ROOD, 21/10/77, blz.7) Wie de werken van Solzjenitsyn heeft gelezen – en die waren al in 1974 vertaald en in het Westen gepubliceerd -, weet wie Lenin werkelijk was : een volkomen cynische, fanatieke dictator en een meedogenloze massamoordenaar. Een proto-Stalin. Als we de brutale manier zien waarop Lenin afrekende met alle tegenstanders, dan kunnen we begrijpen dat het voor politici als Vandenbroucke heel moeilijk is “niet een beetje in personencultus te vervallen”. Zou hij in stilte heimwee hebben naar die heerlijke tijd toen oppositiepartijen met executies bestreden mochten worden ? Zeker nu blijkt dat het met de methoden van de “burgerlijke democratie” niet zo best lukt. Maar er is toch al een begin gemaakt. Vandenbroucke is toch al minister geworden in een regering die in Vlaanderen volgens de regels van de “burgerlijke democratie” geen meerderheid heeft.
Is het wel voorbij ?
Is dat allemaal lang geleden ? Natuurlijk. Maar dezelfde hete hangijzers zijn er nog steeds : islamo-socialisme, genocidaire haat tegen Israël, de verheerlijking van terrorisme, het geloof in socialistische oplossingen. En stel u voor dat men ontdekte dat een politicus van N-VA of VB in de jaren ’70 had meegewerkt aan een nationaalsocialistische publicatie. Zou dat ook met de mantel de liefde bedekt worden ? Of gelden er voor ‘internationaal-socialistische’ massamoordenaars andere normen ? Ja, er zijn mensen die in hun jeugd marxistische extremisten waren en die zich later bekeerd hebben. Maar zij trokken een duidelijke lijn onder het verleden. Zoals Orwell, die wel socialist bleef, maar zijn breuk met het totalitarisme duidelijk markeerde in zijn boek “1984”. Vandenbroucke heeft echter nooit openlijk gebroken met het leninisme. Hij motiveerde zijn overstap naar de SP door erop te wijzen dat SAP machteloos was en “geen enkele structuur kan veranderen”. Zuiver tactische overwegingen dus. Geen principiële afwijzing van het brute marxisme. Is Vandenbrouckes leninisme echt voorbij ? Ik betwijfel het. Herinnert u zich hoe giftig hij reageerde op de opmerking dat alle vaccins tegen corona door privébedrijven waren ontwikkeld ? Dat kón en mócht niet waar zijn. Privébedrijven ! Hoe gruwelijk ! Herinnert u zich de uitdrukking van leedvermaak waarmee hij in november 2020 de sluiting van de niet-essentiële winkels aankondigde, alleen maar “om een signaal te geven” ? Hoewel geen enkele statistiek erop wees dat winkels een bron van besmettingen waren ? Begrijpt u nu zijn sardonische genoegen ? Eindelijk kon hij die gehate middenstanders, bourgeois en patroons nog eens een leninistische loer draaien.
(volgende week : Vandenbroucke en Agusta-Dassault) .