door Lode Goukens – www.doorbraak.be .
Karel De Gucht bevestigde vorige week een ernstig geval van Chinese spionage bij Proximus – foto © Screenshots Canvas.
Tijdens een causerie in de talkshow de Afspraak pakte een gast uit met een sappige anekdote. Over Chinese spionnen bij Proximus. Hoe zat dat ?
Een politiek benoemde bestuurder bij Proximus spioneerde voor China. Karel De Gucht zei dat vorige week op de televisie (De Afspraak, Canvas, donderdag 11 januari 2024, red.) Volgens De Gucht betaalde – toen hijzelf nog geen lid was van de Raad van Bestuur van Proximus – de controversiële Chinese fabrikant van telefoons en telecommunicatieapparatuur Huawei jarenlang een bestuurder van Proximus. Voor veel kijkers was dat vermoedelijk nieuws… Onze media hebben dat (bewust ?) genegeerd.
In 2013 wordt de toenmalige voorzitter van Belgacom (de oude naam van Proximus) zwaar ziek. Een van de leden van de raad van commissarissen wordt interim-voorzitter. Die benoeming moet bij buitenlandse inlichtingendiensten een belletje hebben doen rinkelen. Bleek dat de man al jaren honderdduizenden euro’s ontving als consultant van Huawei.
Corruptie of spionage ?
Huawei is een Chinees staatsbedrijf; Proximus een Belgisch. Maar anders dan andere voormalige staatsmonopolisten in de telefonie beschikte Proximus niet over een eigen afdeling voor onderzoek en ontwikkeling. Want met Bell en Atea in Antwerpen had België al twee wereldspelers in de sector. Bell en Atea waren grote werkgevers die konden leveren aan de halve West-Europese telecommunicatiesector.
Er was bovendien een afspraak dat die twee bedrijven hun nieuwste snufjes ook gingen leveren aan de RTT. De Belgische staat betaalde elk jaar een fors bedrag in ruil voor het ‘eerste gebruik’. Ergens om en bij de twee miljard frank per jaar, en dat was, voor alle duidelijkheid, een zeer voordelige regeling. En die verstrengeling met Bell en Atea ging ver. De Belgische staat participeerde later ook in de Chinese dochteronderneming van Bell, Shanghai Bell.
Huawei was Trojaans paard bij onneembare vesting
Die historische constructie betekende ook dat Proximus een vesting was waar andere leveranciers nauwelijks binnen raakten. Een interessante plek bijgevolg voor industriële spionage omwille van de banden met Alcatel-Lucent en met het Finse Nokia (dat de restanten van Siemens Atea overnam en in 2016 ook Alcatel-Lucent zou opslokken).
Maar er is meer. Proximus is voor de overheid ook strategisch belangrijk. Daarom trouwens is de Belgische staat nog altijd hoofdaandeelhouder. Maar juist bij die overheidscontrole liep het mis.
Want de regeringspartijen bleven en blijven uiteraard pionnen benoemen bij Proximus. Op die manier kwam de mol waarover De Gucht sprak eerst binnen als bestuurder en werd uiteindelijk ook (interim-)voorzitter. Die mol was Michel Moll, een bestuurder van MR-signatuur.
De mol kwam via politieke benoeming
Moll, zo bleek, had van Huawei minstens 950.000 euro ontvangen. Dat Chinese staatsbedrijf was eerst door de Amerikanen op een lijst gezet van gevaarlijke bedrijven vanwege het spionagerisico. Overal in de westerse wereld werden stapsgewijs telefooncentrales en telecommunicatieapparatuur van Huawei verboden of werd Huawei minstens uitgesloten van deelname aan aanbestedingen.
Moll was bij het grote publiek totaal onbekend, maar een kleine vis was hij beslist niet. In 2013, toen de zaak uitkwam, zetelde hij voor de MR als censor bij de Nationale Bank. Hij zat ook in het bestuur van de Société Belge d’Investissement International (SBI). SBI is voor 63% eigendom van de federale Participatiemaatschappij en de Nationale Bank. De Belgische staat dus. Daarnaast was hij bestuurder bij het Waalse Sonaca. Dat bedrijf bouwt onder andere vliegtuigonderdelen voor Airbus en is eigendom van het Waals Gewest. Sonaca maakte ook onderdelen voor militaire vliegtuigen van NAVO-landen.
Bij Proximus kreeg Moll belangrijke, vorstelijk betaalde bevoegdheden. Moll was bestuurder van het pensioenfonds, lid van het auditcomité, voorzitter van het benoemings- en remuneratiecomité en voorzitter van het comité voor strategie en ontwikkeling. Dat laatste oordeelde over de technologische keuzes bij Belgacom.
Geen doofpot, maar politiek schouderophalen
Toen het consultancywerk van Moll bekend werd koos het politieke establishment ervoor de zaak te minimaliseren. Zo besloot de raad van bestuur van Belgacom dat hun ex-voorzitter ‘geen regels overtreden’ had. Merkwaardig, want hij had het mogelijk belangenconflict nooit gemeld.
Het audit- en toezichtscomité en de raad van bestuur van Belgacom, waar Moll tot dan voorzitter van was, besloot dat Michel Moll met zijn zogenaamde consultancy-opdracht ‘het artikel 59 van de wet van 1991, artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen betreffende belangenconflicten, of enige andere relevante bepaling van de wet, de 2009 Corporate Governance Code of het Governance Charter en de Board Charter van Belgacom niét heeft overtreden’.
Een zeer vervelende zaak voor de federale regering. De toenmalige minister van Overheidsbedrijven Jean-Pascal Labille (PS) zag ook geen graten in het belangenconflict, maar sprak van een ‘governanceprobleem’. Governance is een duur woord voor goed bestuur.
Het betekende wel het einde van Molls lucratieve benoemingen. Fin de carrière voor Michel Moll. De federale regering benoemde oud-minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) als voorzitter. (Een functie die hij nog altijd heeft en waarvoor de regering zelfs de statuten van Proximus veranderde opdat De Clerck na zijn zeventigste zou kunnen blijven zetelen).
Michel Moll werd wel nooit vervolgd of gestraft. Spionage is immers geen misdaad in de Belgische wetgeving. Corruptie is dat wel. De activiteiten van Moll als ‘strategisch adviseur’ bij het Chinese Huawei droegen nochtans alle kenmerken van spionagepraktijken.
Vandaag, tien jaar later, wordt dat dus door Karel De Gucht (Open Vld) bevestigd.