Mia Doornaert ontvangt vanavond de Prijs voor de Vrijheid

door Filip Michiels – www.doorbraak.be .

‘De linkse intellectuele elite verraadt idealen die ooit progressief waren’, vindt Mia Doornaert. Zij ontvangt vanavond de Prijs voor de Vrijheid.

De liberale denktank Libera! reikt vanavond haar jaarlijkse Prijs voor de Vrijheid uit aan barones Mia Doornaert. Ooit werd zij in rechtse kringen weggezet als rode Mia, maar de voorbije jaren ontpopte de gewezen journaliste zich net tot een boegbeeld van de strijd tegen woke en politieke correctheid. Toch wil ze zichzelf niet zomaar als ‘rechts’ omschrijven. ‘Ikzelf ben niet veranderd. Het is vooral de linkse intellectuele elite die vandaag idealen verraadt die ooit progressief waren.’

De Prijs voor de Vrijheid is een blijk van erkenning voor mensen die in hun leven en werk de waarden van een vrije samenleving hebben uitgedragen. Een beetje merkwaardig toch dat we een dergelijke prijs anno 2024 nog moeten uitreiken in een liberale democratie hartje Europa ?

Mia Doornaert : ‘Het klopt natuurlijk dat liberale partijen in flink wat West-Europese landen vaak al jarenlang aan de macht zijn, maar de culturele sector is helemaal niet zo liberaal in de filosofische zin van het woord. Integendeel, daar zien we net een bedreiging van het vrije woord. De sluipende druk van de politieke correctheid wordt in die kringen net almaar groter. Van vrienden hoor ik dat ze van hun kinderen of kleinkinderen te horen krijgen : “Dat mag je niet meer zeggen.” Ikzelf ben opgegroeid in de jaren zestig. Ook toen hebben we een hoop onzin verkocht – dat hoort nu eenmaal bij je jonge jaren – maar wij stonden op de bres voor méér vrijheid. Anno 2024 wordt die vrijheid van meningsuiting net gemuilkorfd door de jongere generatie. Ik heb het gevoel constant tegen de stroom in te moeten roeien.’

voorbeeld van totale linkse waanzin

Wie beperkt die vrijheid dan precies ?

‘Het gaat om een diffuse kliek van academici, schrijvers en journalisten die door niemand verkozen of benoemd zijn en die al evenmin ter verantwoording kunnen worden geroepen. Maar zij bepalen plots wél wat we vandaag nog mogen zeggen of schrijven. Neem nu het debat over het gebruik van blank of wit. Die twee woorden bestaan in het Nederlands naast elkaar met een duidelijke afbakening. Niemand heeft het ooit over de blanke top van de Mont Blanc gehad, maar plots moet het wel de witte mens zijn. Nu, als wij wit zijn zoals de sneeuw, dan vrees ik vooral dat we behoorlijk ziek zijn. Waar komt dat plots vandaan ? Wie heeft plots beslist dat wit neutraal is en dat blank een al te positieve connotatie zou inhouden ? Taalkundig gezien is dit uiteraard regelrechte onzin. Bij iemand een wit voetje halen, heeft bijvoorbeeld net zo goed een positieve connotatie, terwijl de straten die blank staan dan weer helemaal niet zo positief klinkt.’

wit als sneeuw

‘Of neem nu de nieuwe woordenlijst van het museum van Tervuren. Ik weiger daar nog een voet binnen te zetten, omdat ik het niet eens ben met de belachelijke knieval die men daar heeft gedaan. Zo spreekt men in Tervuren niet langer van een tamtam maar van een spleettrommel, en een slaaf is voortaan een tot slaaf gemaakte. Nu weet ik al sinds mijn prille jeugd dat de slavernij totaal fout was, maar vandaag wordt blijkbaar op basis van je woordgebruik beslist of je al dan niet aan de juiste kant staat.’

Ik ben niet veranderd, de maatschappij is opgeschoven

Waarbij de enige juiste kant dan blijkbaar links op het politieke spectrum is ?

‘Ik kreeg de laatste jaren dan te horen dat ik zo rechts geworden ben. Dat is niet zo : ik ben altijd op dezelfde vierkante meter blijven staan waar ik altijd al stond. Ik ben afkomstig uit een christelijk en zeer sociaal milieu – mijn grootvader was een Daensist – en ben ook altijd een overtuigde feministe gebleven. Ik ben niet veranderd, de maatschappij is opgeschoven. Ik ben er bijvoorbeeld nog altijd rotsvast van overtuigd dat de eerste stap naar emancipatie een goede taalbeheersing is. Vroeger was dat progressief, vandaag ben ik elitair geworden omdat ik pleit voor goed onderwijs en een grondige taalbeheersing. Zeker en vooral ook voor allochtone kinderen.’

volgens links is dit elitair …

Wie hier pleit voor de vrijheid van meningsuiting krijgt de laatste jaren steeds vaker te horen dat we op dat vlak in het Westen te ver doorgeschoten zijn. En dat we in een veranderende en steeds diverser wordende maatschappij ook rekening moeten houden met bepaalde culturele gevoeligheden, al was het maar om de maatschappelijke polarisering tegen te gaan ?

‘Kunnen we dan even naar het verleden kijken ? Waren alle grote maatschappelijke en politieke gevechten die we hier gevoerd hebben dan misschien niet polariserend ? Denk aan de strijd van de arbeiders voor een behoorlijk loon en deftige werkomstandigheden, of aan de emancipatiestrijd van de vrouw. Het is nu eenmaal inherent aan het democratisch debat dat het altijd wat schuurt.’

‘Heel belangrijk daarbij : we moeten het onderscheid maken tussen objectief racisme of discriminatie enerzijds en het zich subjectief gekwetst voelen anderzijds. We moeten beseffen dat dit er nu eenmaal ook bij hoort in een volwassen democratisch debat. Hoe vaak wordt er bijvoorbeeld niet gespot met het katholieke geloof zonder dat daar een haan naar kraait ? Maar o wee wanneer ook de islam het mikpunt wordt van kritiek of spot. We kunnen het democratische debat onmogelijk afstemmen op de meest licht-geraakten in onze maatschappij, dan dreigt onze vrijheid immers als sneeuw voor de zon te verdwijnen.’

spotten met het katholiek geloof mag, maar met de islam …???

Waarom schuurt het dan vooral zo vaak met de islam op dat vlak ?

‘Het probleem is dat de koran voor de helft eigenlijk een burgerlijk wetboek is, waardoor heel veel mensen in die godsdienst een bijzonder groot probleem hebben met de scheiding tussen godsdienst en staat. Kritiek op hun godsdienst wordt dan ook ervaren als kritiek op hun identiteit, waardoor die kritiek ook meteen als racisme kan worden weggezet. Dat is natuurlijk je reinste onzin : een belangrijke verworvenheid van de Verlichting is nu net dat elke constructie van de menselijke geest – van godsdienst over liberalisme tot socialisme – kritisch onderzocht mag worden. Maar op dat vlak zijn we in het Westen echt wel aan het capituleren.’

‘Helemaal verontrustend is dat het nu in de eerste plaats de huidskleur is die bepaalt hoe je moet denken. Het individu wordt onderworpen aan een soort van groepsdenken. Plots gaat het over ‘witte waarden’, alsof ik geen waarden gemeen zou kunnen hebben met pakweg iemand zoals Assita Kanko. En omgekeerd lijken alle witte mannen nu een racistisch, kolonialistisch en patriarchaal maatschappijbeeld te delen. Ik vind dat een ronduit beangstigende evolutie.’

Vanwaar komt die onderdanige, ja vaak zelfs laffe houding van een bepaalde intellectuele elite hier ?

‘Het is een combinatie van naïviteit en arrogantie. Na de val van de Berlijnse Muur waren velen er hier echt van overtuigd dat ons maatschappijmodel zo geweldig was dat iedereen zou willen worden zoals wij. Waarbij we vlotjes uit het oog verloren dat pakweg Rusland of de Arabische wereld nooit enige vorm van democratie gekend hadden. We zijn dus blind en gemakzuchtig geweest, en dachten dat al die nieuwkomers hier zomaar ons model en ons denken zouden overnemen. Kortom, de integratie zou vanzelf wel gebeuren.’

Ik stel vast dat de pers en academici zich ongenadig tonen voor de gebreken van westerse democratieën maar tegelijk de ogen sluiten voor de meest dictatoriale en wrede regimes elders

IS in actie in Irak en Syrië (foto: www.rt.com)

Vandaag zien we net het omgekeerde : heel veel migranten ontvluchten de repressie en het gebrek aan vrijheid in hun landen van oorsprong, maar zodra ze hier een tijdje wonen, gaan ze zelf allerlei eisen stellen en willen ze onze maatschappij net kneden naar het model dat ze ontvlucht zijn ?

‘Dat is nu net het punt : mensen zakken naar het Westen af omdat onze open maatschappij hen aantrekt. Dat model is onlosmakelijk verbonden met het respect voor bepaalde waarden dat we hier hoog in het vaandel dragen. Maar na een tijdje krijgen wij hier dan het verwijt niet voldoende rekening te houden met hun gevoeligheden, dat we niet genoeg lijken op hun land van herkomst. Alleen een maatschappij die nog voldoende in zichzelf gelooft, kan zich daartegen wapenen.’

‘Het is vooral dat gebrek aan ruggengraat dat ik onze linkse intelligentsia nu verwijt. Natuurlijk is niet alles perfect hier, maar ik stel vast dat de pers en heel wat academici zich ongenadig tonen voor de gebreken van westerse democratieën maar tegelijk graag de ogen sluiten voor de meest dictatoriale en wrede regimes elders op deze planeet. Wel, veel respect levert ons dat wereldwijd niet bepaald op, dat kan ik je wel verzekeren.’

Professor Mediarecht Koen Lemmens verklaarde enkele weken geleden in Doorbraak : ‘Vandaag beginnen de mainstream media wel allemaal op elkaar te lijken, met dezelfde klemtonen, onderwerpen en te interviewen personen. De journalisten hebben ook heel dikwijls hetzelfde profiel. Het is een beroepsgroep met een dominante visie.’ Deelt u, met al uw journalistieke ervaring, zijn visie ?

‘Absoluut. Er heerst momenteel een grote pensée unique bij wat men de kwaliteitsmedia noemt, met opinies die ook tussen die redacties onderling vaak ook heel inwisselbaar zijn. Ze zitten ook in een ivoren toren, en ik erger me daar blauw aan. Journalisten zouden net ook oog moeten hebben voor wat bij de brede bevolking leeft. Het is heel gemakkelijk om pakweg het onveiligheidsgevoel kapot te relativeren wanneer je zelf in een veilige buurt woont. Of wanneer je zelf niet ondervindt wat almaar meer gezinnen uit de lagere middenklasse de voorbije jaren hebben zien gebeuren : hun woning – vaak hun enige echte spaarpot – is plots een kwart minder waard geworden omdat de hele buurt aan het verloederen is.’

redacties zijn onderling inwisselbaar

‘De meeste media – en dit geldt ook voor de traditionele politieke partijen – zijn de verbinding kwijtgeraakt met een flink gedeelte van de bevolking. Dat verklaart ook waarom de linkse partijen hun achterban de voorbije jaren stevig hebben zien afbrokkelen.’

‘Toen ik correspondent was in Frankrijk heb ik van nabij meegemaakt hoe de PS van Mitterand zich volop op het “immigrationisme” gooide. Het traditionele linkse arbeiderspubliek was boos en ontredderd, nadat er door de vrijmaking van de wereldhandel heel veel fabrieken naar lage loonlanden waren verkast. De politiek, en dan vooral de linkse partijen, vonden daar niet meteen een antwoord op. En dus gingen ze op zoek naar een nieuwe electorale doelgroep.’

links zoekt nieuwe electorale doelgroep

Zelf neemt u in uw column in De Standaard vaak prikkelende standpunten in die je elders in die krant nog amper zal aantreffen, onder meer in het woke-debat of over genderactivisme. Is het gewoon de verdomde plicht van een columniste om veel scherper uit de hoek te komen dan de redactie, of is die redactie de voorbije jaren toch vooral zelf een te eenzijdige koers gaan varen ?

‘Over het beleid van De Standaard, waar ik zelf 38 jaar gewerkt heb, heb ik me niet uit te spreken. Maar een column is nu eenmaal ook geen analysestuk of commentaar, en is net bedoeld om scherp te zijn en reactie los te weken. Maar nogmaals : ik heb niet het gevoel dat ik nu zelf zo fel van koers veranderd ben. Voor de goede orde : ‘t Pallieterke omschreef me destijds steevast als ‘de rode Mia’ van De Standaard. En nu zou ik plots zo rechts geworden zijn ?’

Regimegetrouwe & woke krant

‘Nee, ik blijf geloven in sociale emancipatie en verzet me ertegen dat diversiteit enkel en alleen nog over huidskleur lijkt te gaan. Ik vind het bijvoorbeeld een pure schande dat wij in een rijk land als het onze nog altijd zoveel armen tellen. Dat is óók een vorm van diversiteit. Er wordt nu voortdurend over white privilege gesproken. Er leven in de VS bijvoorbeeld miljoenen blanken in bittere armoede aan de rand van de maatschappij. Die zijn dus allerminst geprivilegieerd in vergelijking met een heel aantal zwarten die het maatschappelijk veel verder hebben geschopt.’

U woont al vele decennia in Brussel, een stad die de voorbije jaren vaker negatief dan positief in het nieuws kwam. Hoe kijkt u zelf naar de toekomst van deze stad ?

‘Ik ben daar behoorlijk pessimistisch over. Brussel zou het Parijse model moeten omarmen. Daar beschikken de twintig arrondissementen wel over een soort eigen gemeentehuis, maar is er natuurlijk ook een centraal stadsbestuur dat een overkoepelend beleid uittekent. Waardoor je dan bijvoorbeeld niet langer in situaties verzeild geraakt dat de ene helft van de straat open ligt en de andere helft niet, omdat die toevallig op het grondgebied van een andere gemeente ligt. Het systeem met negentien autonome gemeenten hier draait echt vierkant.’

‘Daarboven staat dan het Brusselse gewest, dat te klein is voor een servet en te groot voor een tafellaken. Komt daar nog bij dat flink wat Brusselse gemeenten het met een PS-burgemeester moeten doen. Die partij blonk de voorbije jaren niet bepaald uit in zuiverheid en transparantie, ook al omdat het cliëntelisme er zo diepgeworteld is.’

wil de moslim-kiezer behagen

Zeker in Brussel krijgt die PS ook het verwijt zich aan communautarisme te bezondigen en vooral de moslim-kiezer te willen behagen. Heeft de partij dan veel andere opties, nu die moslims in sommige gemeenten intussen de helft van het electoraat uitmaken ?

‘Er is niets mis met een partij die zich om haar publiek bekommert. Een van de redenen waarom radicaal-rechts maar niet van de grond komt in Wallonië is net de aanpak van de PS daar, die tot vandaag fors blijft inzetten op dienstbetoon. Hamvraag is vooral hóe je dat dan aan boord legt : kijk naar de familie Moureaux die in Molenbeek met subsidies strooide om massaal kiezers van Marokkaanse origine te ronselen. Maar van een een deftig integratiebeleid dat gebaseerd was op democratische waarden werd daarentegen nooit werk gemaakt. De gevolgen daarvan zijn intussen bekend.’

foto’s (c) Gazet van Hove .

Filip Michiels is zelfstandig journalist/auteur en schrijft voor diverse Belgische kranten, weekbladen en websites. Hij won tweemaal de Citi Persprijs voor economische journalistiek en was eenmaal genomineerd voor de Belfius Persprijs. In 2022 publiceerde hij de biografie van Bessel Kok : “Chaos & Charisma”.