Het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn, (OCMW) is een openbare instelling die in iedere gemeente van het land bestaat. Het OCMW verstrekt diensten aan kansarmen, zorg aan ouderen (het OCMW kan onder andere bejaardentehuizen en ziekenhuizen beheren) en ook psychische hulp aan de inwoners.

Aanvankelijk was de zorg voor de armen en behoeftigen een aangelegenheid van liefdadigheid die voornamelijk verstrekt werd door de kerk met haar vele kloosters en abdijen. Sommige adellijken zorgden ook voor (paternalistische) hulp aan de armen.

Rond de Franse Revolutie (1789) ontstaat er een hevige concurrentie tussen de kerk en de overheid inzake hulpverlening aan de behoeftigen. Een groot deel van de hulpverlening wordt door de overheid aan de kerkgemeenschappen onttrokken en aan de gemeenten toegewezen. De Burgerlijke Godshuizen en de Burelen van Weldadigheid ontstaan. In ons land komt er in 1891 een Wet op de Openbare Onderstand. Daarnaast blijft nog een flink stuk van de hulp aan de armen en behoeftigen in handen van de kerk en haar gecontroleerde instellingen.

OCMW HoveOp 8 juli 1976 komt er een Wet op het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn. De OCMW’s zijn in 1976 ingesteld toen ook de (voorlopig) laatste reeks fusies van gemeenten zijn doorgevoerd. De vroegere gemeentelijke Commissies van Openbare Onderstand zijn opgegaan in de OCMW’s. Deze laatste hebben een breder doel dan alleen maar het verstrekken van financiële hulpverlening. Elk OCMW moet naast een secretaris en een ontvanger ook ten minste één maatschappelijk werker in dienst hebben.

Het belangrijkste doel blijft de bestrijding van de kansarmoede : “Elke persoon heeft recht op maatschappelijke dienstverlening. Deze heeft tot doel eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid”. Het recht op bestaansminimum, thans leefloon genoemd, is bij wet gegarandeerd.

Lees hier het jaarverslag van het OCMW-Hove.