Met zijn opiniestuk over de houding van de N-VA ten aanzien van het zelfbeschikkingsrecht van het Palestijnse volk legt Johan De Nys de vinger op de wonde. Het dossier Palestina is een perfect voorbeeld van een bredere problematiek binnen de N-VA : een verhaal van ideologische zelfverloochening en haviken die duiven opeten.
www.doorbraak.be – door Pieter-Jan Van Bosstraeten
De liberalisering van de N-VA
Voor menig volksnationalist was het best wel schrikken : de N-VA weigert een resolutie te ondertekenen die de federale regering oproept de Palestijnse staat te erkennen. Zou de N-VA van alle politieke partijen niet die bij uitstek moeten zijn die ondubbelzinnig het zelfbeschikkingsrecht van àlle volkeren verdedigt en dus ook het recht op een eigen onafhankelijke staat ? Hoewel Peter De Roover en Peter Luyckx met een opiniestuk trachtten te onderstrepen dat de N-VA het Palestijnse zelfbeschikkingsrecht nog steeds onderschrijft, maakte Johan De Nys op Doorbraak duidelijk dat het dit door de koppeling aan verschillende voorwaarden de facto begraven heeft. Voor wie de N-VA reeds geruime tijd volgt, komt dit niet uit de lucht gevallen. De kwestie Israël-Palestina kadert perfect binnen een bredere interne trend van ideologische zelfverloochening op het gebied van buitenlandse zaken en defensie. Het is een trend die de afgelopen jaren in een stroomversnelling terechtkwam, met de eclatante verkiezingsoverwinning van 2010 als cruciaal kantelpunt. De hoofdreden is electoraal of anders gezegd : het capteren van de zogenaamde ‘grondstroom’. De N-VA ging zich in plaats van een relatieve centrumpartij steeds meer profileren als een klassiek rechts-liberale partij, met een verharding van de standpunten op diverse domeinen tot gevolg. Noem het gerust de ‘liberalisering’ of ‘verblauwing’ van de N-VA. Een evolutie die gestut werd door een bewuste rekruteringspolitiek waarbij steeds meer mensen met een duidelijk rechts-liberaal profiel of verleden aangetrokken werden of op belangrijke posities geposteerd. Het spook van de Volksunie waarde opnieuw door de partij : een sterke tweespalt, ditmaal tussen de ‘rechts-liberalen’ en de ’traditionele volksnationalisten’.
Van pacifisme naar realpolitik
Wat betekende deze grotere evolutie voor domeinen zoals buitenlandse zaken en defensie, het onderwerp van de huidige discussie ? Het resulteerde, zoals gezegd, in een ideologische zelfverloochening waarbij kernwaarden van het Vlaams-volksnationalisme bij het groot vuil werden gezet. Geleidelijk aan : evolutie en geen revolutie weliswaar. Het zelfbeschikkingsrecht van volkeren en het emancipatorisch pacifisme, dat ontegensprekelijk tot het DNA van het Vlaams-volksnationalisme behoort, stond in 2001 expliciet en ondubbelzinnig vermeld als ankerpunt zes van het oprichtingsmanifest van de toen nieuwbakken partij : “pacifisme is bij uitstek een Vlaams waarmerk, daarom dient Vlaanderen zich toe te leggen op conflictpreventie en -bemiddeling, eerder dan op defensie. Dat staat niet gelijk met doffe neutraliteit, maar juist met het wereldwijd actief opkomen voor de rechten van de mens, van de volkeren. Vlaanderen moet het voortouw nemen in de geweldloze strijd voor de emancipatie van alle verdrukte volkeren”. Of om het met de woorden van Kris Van Dijck in 2002 te zeggen : “de N-VA is niet naïef, maar wel pacifistisch”. Na 2010 ontwikkelde zich onder impuls van de NAVO-adepten een steeds sterker wordend defensie-discours. Defensie in plaats van pacifisme als nieuw ankerpunt. De interne strijd tussen die rechts-liberalen en de traditionele volksnationalisten was er één tussen politieke ‘haviken’ en ‘duiven’ : zij die een hard buitenlands beleid voorstaan, geschraagd door een sterke defensiepolitiek versus zij die een zachter buitenlands beleid voorstaan, geschraagd door een focus op conflictpreventie- en bemiddeling. Er wordt nog wel lippendienst bewezen aan de vroegere kernwaarden, maar deze worden onder het mom van zogenaamde nuance en evenwichtigheid en met de nodige intellectueel oneerlijke argumenten volledig teniet gedaan. De traditionele volksnationalisten worden intern dan ook misprijzend afgeschilderd als ‘linksige VU’ers’ of ‘Vossen’ (dit laatste verwijzend naar het VOS, de Vlaamse vredesbeweging).
Deze strijd werd begin dit jaar formeel beslecht in het voordeel van de rechts-liberalen door de goedkeuring van de slottekst van het confederaal congres. Tijdens dit congres werd de geleidelijke evolutie van een pacifistische partij naar een defensie-partij voltrokken. Om dit even te kaderen : aangezien de ontwerptekst met geen woord repte over het pacifisme – en in het verlengde daarvan de problematiek inzake de Kernwapens op Kleine Brogel – werden hierover diverse amendementen ingediend door heel wat leden, inclusief parlementslid Piet De Bruyn. Met geen enkele van die amendementen werd ook maar op enige manier rekening gehouden en een debat en mogelijke goedkeuring hiervan werden tijdens het congres bewust op anti-statutaire wijze verhinderd. Koste wat kost moest de partij in haar nieuwe ideologische bijbel het hoofdstuk defensie herschrijven en de kernwaarden van het Vlaams-volksnationalisme over boord gooien, zélfs als het hiervoor de eigen statuten moest schenden. De partij die nog niet zo lang geleden op de bühne stond tegen omstreden wapenleveringen en deelnam aan ‘bomspotting’ op Kleine Brogel, schrijft zich nu volledig in in een hard defensie-discours. Dit naar analogie met andere partijen die zich profileren als klassiek rechts-liberaal.
Het zelfbeschikkingsrecht : Israël-Palestina
Het dossier Israël-Palestina, waarover De Roover en Luyckx niet hard genoeg konden benadrukken dat ze nog steeds achter het zelfbeschikkingsrecht van het Palestijnse volk staan, is één van de treffendste concrete voorbeelden van hoe de partij stilaan maar bewust evolueerde. Geheel in logische overeenstemming met haar eigen basiswaarden stond de partij tot voor kort nog ondubbelzinnig achter de grieven van het Palestijnse volk, zelfs als haar dat (vanzelfsprekende) kritieke langs zionistisch-Israëlische kant opleverde. In 2008 meldde men op de website nog zeer duidelijk : “De N-VA veroordeelt de harde aanval van Israël op de Gazastrook en betreurt de vele onschuldige slachtoffers. […] Het partijbestuur van de N-VA onderschreef vanmorgen ook de oproep van het Actieplatform Palestina : ’60 jaar ontheemd, 40 jaar bezet !’ die moeten uitmonden in een aantal acties tijdens de volgende maanden”. Onder impuls van de eerder vermelde haviken – in deze de ‘Antwerpse clan’ – werd het standpunt inzake dit dossier en vooral de houding ten aanzien van Israël steeds vaker bijgestuurd (lees : afgezwakt). Terwijl de Israëlische aanvalop Gaza in 2008 nog sterk veroordeeld werd, verdedigden Antwerps fractieleider André Gantman en schepen Ludo Van Campenhout de meest recente en vele male ergere aanval van dit jaar, er zelfs aan toevoegend dat van disproportioneel geweld geen sprake was. De heren staan ‘200% achter Israël’, voorzitter De Wever floot hen niet terug. Ter info : deze aanval op Gaza resulteerde in ongeveer 2.100 doden, meer dan 10.000 gewonden, meer dan 17.000 verwoeste gebouwen en meer dan 100.000 vluchtelingen.
De diepe tweespalt kwam de afgelopen jaren in dit dossier dan ook zeer sterk naar de oppervlakte. Terwijl de duiven de rechten van het Palestijnse volk ondubbelzinnig verdedigden, communiceerden en handelden de haviken steeds sterker volgens een zionistische logica. Dat leverde een opvallend jaar 2011 op. In het Europees parlement was Frieda Brepoels medeauteur van een resolutie die opriep Palestina als staat en lid van de VN te erkennen, in de senaat keurde de N-VA onder impuls van Piet De Bruyn een gelijkaardige resolutie goed. In duidelijke bewoordingen stelde hij : “Ten tweede is deze beslissing niet meer dan logisch. Decennialang wordt gediscussieerd over de zogeheten twee statenoplossing. Het lijkt ons dan ook logisch hiervan de consequenties te dragen en een Palestijnse staat te erkennen binnen de grenzen van 1967. […] Ten derde sluit deze stap perfect aan bij het zelfbeschikkingsrecht van volkeren, een principe dat ons zeer genegen is”. Even terzijde : blijkbaar was een resolutie in 2011 wél nog een geschikt middel om de creatie van een Palestijnse staat te bewerkstelligen, anno 2014 wordt dit als nutteloos weggezet. Of hoe het dus kan verkeren.
In datzelfde jaar noemde Jan Jambon – in 2010 trouwens niet toevallig medeoprichter en voorzitter van het ‘Diamantforum’ – de vreedzame campagne van de humanitaire hulpvloot aan Gaza onomwonden een ’terroristische actie’ die ten stelligste veroordeeld wordt. Het leverde hem lofbetuigingen op van Michaël Freilich, hoofdredacteur van Joods Actueel. Die stelde zelfs dat “de N-VA sinds enkele maanden actief bezig is parlementaire vragen te stellen als een manier van steunbetuiging aan Israël.” Terwijl Brepoels en De Bruyn oprecht maar onzichtbaar de rechten van de Palestijnen verdedigden, stuurde de Antwerpse clan van haviken het beleid effectief en zichtbaar bij. Hoe effectief deze bijsturing was, bleek in juni 2013, wanneer bekend raakte dat Prins Laurent tijdens een reis aan Israël de omstreden zionistische milieuorganisatie Joods Nationaal Fonds bezocht. Theo Francken, die tijdens die legislatuur in het federale parlement consequent het disfunctioneren van de monarchie aankaartte, kondigde aan premier Di Rupo hierover plenair te bevragen. Francken werd teruggefloten door de Antwerpse clan, géén plenaire vraag : te kritisch naar de Israëlische partners toe. De republikeinse kernwaarden moesten ook maar even opzij geschoven worden. De rest is geschiedenis : de haviken aten de duiven op en beslechtten dit formeel, zoals vermeld, op het confederaal congres van begin dit jaar.
Ideologische zelfverloochening als tijdbom : naar een VU bis ?
Algemeen beschouwd, kan men besluiten dat de recente weigering van de partij om de betreffende resolutie te steunen, niet uit de lucht komt vallen. Het is het resultaat van een geleidelijke maar effectieve bijsturing van het ideologisch profiel tijdens de afgelopen jaren, waarbij het zich volledig inschakelt in het klassiek rechts-liberale paradigma. Het resulteerde in een verscherpte strijd tussen de rechts-liberalen en de traditionele volksnationalisten, wat zich op het vlak van buitenlandse zaken en defensie uitte in een ongelijke strijd tussen politieke haviken en duiven. Deze opvallende ideologische zelfverloochening kan de partij op korte termijn misschien groot gemaakt hebben, maar de versterkte tweespalt die het ermee installeerde vormt een tikkende tijdbom die op termijn tot ontploffing kan komen en finaal misschien zelfs kan leiden tot een nieuw ‘Volksuniescenario’.