Verleden week ontving ‘t Pallieterke een lezersbrief waarin werd beweerd dat veel van de toekomende vluchtelingen in feite dienstweigeraars zijn. Een straffe bewering, die uitnodigde om dat verder te onderzoeken.
Ten eerste moeten we onderscheid maken tussen landen waar jongemannen militaire dienstplicht moeten vervullen en landen met een vrijwilligersleger. Irak en Afghanistan hebben geen dienstplicht maar een leger dat bestaat uit vrijwillige professionele soldaten. Vrij vertaald: uit die landen kunnen geen dienstweigeraars komen. Wie toch als militair de vlucht neemt, doet dat onder het mom van verlof zonder toestemming, ofwel is men gedeserteerd.
Vooral Afghanistan heeft problemen met zijn militair personeel. De Verenigde Staten hebben miljarden dollars gepompt in het Afghaanse leger, maar dat leger wordt geplaagd door gebrek aan training, slechte logistiek, corruptie, druggebruik, hoge slachtofferaantallen en slecht leiderschap. De Amerikaanse bevelhebber in het land, generaal John Campbell, verklaarde dat het Afghaanse leger maandelijks ongeveer 4.000 manschappen verliest. De meeste zijn “AWOL”, op verlof zonder toestemming, en keren nooit meer naar hun post terug. Dus het lijkt goed mogelijk dat er onder de Afghaanse vluchtelingen jongemannen zijn die contractueel hun lederdienst nog moeten vervullen.
Spookmilitairen
Ook de Iraakse strijdmacht is gebaseerd op vrijwillige indiensttreding. Het is een leger met westers materieel maar de soldaten en vooral hun officieren zijn onbekwaam. Het moraal is laag en de soldaten zijn meer loyaal aan hun stam of etnische groep dan aan de regering. Het westelijke deel van Irak is grotendeels verloren gegaan aan IS, niet door gebrek aan materiaal, maar omdat de meeste soldaten op de vlucht sloegen. Gespecialiseerde media wisten te melden dat 30.000 Iraakse soldaten op de vlucht sloegen voor amper 1.000 strijders van IS. De propaganda over de wreedheden van IS had meer effect dan de feitelijke gevechten.
Het Iraakse leger heeft ongeveer 50.000 spookmilitairen. Commandanten tellen bij de effectieven extra militairen, op papier, om zo de soldij van die fictieve soldaten te kunnen blijven ontvangen. We kunnen stellen dat het erg waarschijnlijk is voormalige soldaten te vinden tussen de Iraakse vluchtelingen in Europa.
Syrië
In Syrië is er wel militaire dienstplicht voor jongemannen van achttien jaar. Die dienstplicht geldt voor een periode van dertig maanden. Jonge vrouwen kunnen in dienst op vrijwillige basis. Het Syrische leger heeft twee problemen. In het begin van de burgeroorlog waren er veel soldaten die weigerden onrechtmatige bevelen op te volgen, zoals het schieten op vreedzame betogers. Gevolg : ofwel werden zij terechtgesteld, ofwel liepen zij over naar de betogers.
Tegenwoordig lijdt het leger aan bloedarmoede omdat vele jongemannen hun dienstplicht niet willen vervullen. Het vooruitzicht tegen IS te moeten gaan vechten, dan wel tegen ‘eigen volk’, schrikt velen af. De militaire dienst kan worden afgekocht voor een som van 500 tot 15.000 dollar. Wie niet betaalt en toch weigert zijn dienstplicht te vervullen, riskeert een gevangenisstraf en een geldboete. Ook kan de overheid extra maatregelen nemen, zoals het stoppen van voedselhulp aan de familie van de betrokkene. Een alternatieve straf is dat paspoorten van dienstweigeraars niet worden vernieuwd. Hierdoor komen die vast te zitten in het buitenland. Assad heeft al voor de tweede keer een amnestiemaatregel uitgevaardigd voor die jongemannen. Men krijgt geen straf als men zich toch nog aanmeldt voor de dienstplicht. Vraag is hoeveel jongemannen op dat voorstel zullen ingaan, als we zien hoeveel nederlagen het Syrische leger de laatste tijd heeft geleden. Logischerwijze kunnen we besluiten dat van de tienduizenden vluchtelingen die zich momenteel in Europa bevinden, er waarschijnlijk honderden zijn die op de vlucht zijn voor hun dienstplicht in Syrië.
JM
in
Foto’s (c) Reporters & ’t Pallieterke.