Essaybundel van Paul Cliteur e.a.

www.doorbraak.be – door Johan Sanctorum

Het is duidelijk dat er een nieuwe intellectuele wind waait in de lage landen, met een reeks denkers/auteurs die het zinkende eiland van de politieke correctheid verlaten hebben. Een aantal van hen ontmoeten we in de nieuwe essaybundel Cultuur-marxisme, samengesteld door filosoof-juristPaul Cliteur.

Afbeeldingsresultaat voor cultureel marxisme boek

Het probleem van zon essaybundel, waarin we naast Cliteur namen terugvinden alsSid Lukkassen, Maarten Boudry, Derk Jan Eppink, enWim van Rooy, is uiteraard de consistentie en de overlappingen. Soms krijg je wel eens eendj-lu,ofwel tegenspraken waarvan je denkt : hadden ze dat niet beter eens uitgeklaard. Toch is het een interessante caleidoscoop van meningen en invalshoeken geworden, die ingaat op het fenomeen van de politieke correctheid, met de term cultuur-marxisme als sleutel. Ons artikel van woensdag j.l.,Het grote gelijk van links, was daar een goede aanloop toe: een lectuur van een Knack-column getekendBert Bultinck, die alle witte Vlamingen per definitie als racisten beschouwt, uitgezonderd zichzelf allicht. Wat hem meteen de status geeft van moreel rechter, therapeut, zelfs orakel.

Wim van Rooy

Betutteling van minderheden

Waarover gaat cultuurmarxisme ? Over de manier hoe links via de media en de culturele instellingen haar eigen gelijk steeds weer te voorschijn goochelt. Journalisten, schrijvers, artiesten, culturos allen behoren ze tot een nomenklatura die zichzelf in stand houdt als elite die onderdrukt, censureert, terwijl ze beweert voor vrijheid, democratie en emancipatie te gaan.

Niet langer was de klassenstrijd het ordewoord, wel de fameuze Lange Mars door de Instellingen.

Historisch is de term onverbrekelijk verbonden met de theorin van de Italiaanse communist Antonio Gramsci (1891-1937), die vaststelde hoe links de greep op de arbeiders die massaal naar de partij van Mussolini overliepen- verloor, en zich genoodzaakt zag het geweer van schouder te veranderen.Sid Lukkassenbeschrijft die ommekeer op pittige en goed gedocumenteerde wijze. De nagestreefdeculturele hegemonievan het Marxisme 2.0 stelde zich tot doel het volk van zijnvals bewustzijn(sic) te bevrijden door de media en de cultuurwereld te monopoliseren en van daaruit de revolutionaire waarheid te propageren.Niet langer was de klassenstrijd het ordewoord, wel de fameuze Lange Mars door de Instellingen.Een verschuiving van economie naar cultuur dus, via een soort Trojaanse-paarden-tactiek.

Sid Lukkassen

Daardoor verloor het originele socialisme zijn band met het volk, en tendeerde de linkse doctrine naar een universele slachtoffercultuur : alle mogelijke minderheidsgroepen of benadeelden (vrouwen, allochtonen, holebis) worden het fetisj van een intellectuele minderheid die haar getalmatige minoriteit wil omzetten in morele superioriteit. Of zoalsMaarten Boudryhet uitdrukt : de doorgeschoten verheerlijking van diversiteit en de betutteling van minderheden, die ontaardt in een soort Olympisch Kampioenschap van Slachtofferschap.Zo ontstond een surrogaat-proletariaat terwijl de werkende klasse massaal naar (centrum-)rechts overliep en de pococratische dogmas weg hoonde, wat de linkse elite nog meer in de rol van eenzame wereldverbeteraar duwde. Het is een vicieuze cirkel, een zelf-versterkend mechanisme.

Hoewel wij hetcordonhebben, manifesteert politieke correctheid zich in Nederland als sociaal fenomeen misschien nog extremer dan in Vlaanderen. Denk maar aan de jaarlijks terugkerende Zwartepietendiscussie en de spandoeken van groen-links die deSyrie-gangersverwelkomen.Udo Keldermangaat daarbij specifiek in op die Nederlandse Zwartepietenkwestie en het dwangmatig refereren aan de slavernij : alle kleurlingen die in Nederland rondlopen zijn zogenaamde ex-slaven, wat de autochtoon in de rol van ex-slavendrijver duwt en dus schuldig aan misdaden tegen de menselijkheid. Door die paranode stigmatisering, ook gesignaleerd doorSebastien ValkenbergenPuck van der Land, manoeuvreert links zich in de rol van geweten-van-de-natie, waarbij tal van samenlevingsproblemen rond bijvoorbeeld migratie gewoon worden weggeblazen. Wie er toch aandacht aan besteedt, hoort bij fout-rechts en verliest alle intellectuele credibiliteit. Zo heb je natuurlijk altijd gelijk.

Totalitaire tendensen

de uitbouw van een sterke bureaucratie met repressieve tentakels die de burger bij de les moeten houden.

Een consequentie van het cultuurmarxisme, dat zweert bij de bovenbouw en de instellingen, istevensde uitbouw van een sterke bureaucratie met repressieve tentakels die de burger bij de les moeten houden.Denk maar aan parastatale vzws als UNIA. Het fenomeen profileert zich ook via de groene betuttelingsmanie en de stigmatisering van de burger als vervuiler, waarJan Herman Brinkseen bijdrage aan besteedt. Maar ook in het onvoorstelbare waterhoofd dat EU heet, de supranationale schoonmoeder die steeds meer bevoegdheden naar zich toetrekt: het uitverkoren domein vanDerk Jan Eppinkdie stevig van leer trekt tegen de EU als neo-cultuurmarxistisch project. Het verklaart de rabiate eurofilie van oude 68ers alsPaul Goossensen revolteleider Daniel Cohn-Bendit, deze laatste ook niet toevallig bekeerd tot het groene gedachtegoed. Wat Paul Cliteur doet besluiten dat het cultuur-marxisme fundamenteel een ondemocratische beweging is.

Dat vermoeden van een omfloerste dictatuur wordt gestaafd door de soms discrete, soms manifeste affiniteit van linkse westerse intellectuelen met totalitaire systemen en regimes, met Mao-China uiteraard als model waar de 68-ers zich op verkeken, en het bezoek van J.P. Sartre aan de Sovjet-Unie van de jaren vijftig als archetype. Een affiniteit dieEric C. Hendriksin de verf zet.

Mao Tse-Tung (1893-1976), Chinees communistenleider en massamoordenaar

De bijdrage vanWim van Rooymag in dat opzicht ook niet onvermeld blijven, daar waar hij postmoderne theoretici als Derrida en andere 68ers of nakomelingen analyseert als uitvoerders van een nihilistischweg-met-ons-project, een identitaire deconstructie die finaal uitloopt op de masochistische omarming van een anti-democratische geweldcultuur als de islam. Hetzelfde geldt voor de bizarre alliantie tussen feminisme en islamofilie, een fenomeen datJesper Jansenbelicht.

Complotdenken

De gemeenschappelijke noemer van alle bijdragen is enig cultuurpessimisme waar ik me niet altijd kan in vinden. Met name lijkt me de banvloek over de postmoderne denkers niet helemaal terecht, want hun behoefte aan deconstructie, met Nietzsche als verre stamvader, treft elke vorm van totalitair denken en zeker ook religieuze ideologien als de islam. Het westerse denken is fundamenteel kritisch en de ironie is nooit ver weg, iets wat we van de antieke Griekse filosofie hebben overgehouden en moeten blijven koesteren. Dat is nu net het kenmerk van het cultuur-marxisme : het mankeert elk gevoel voor humor, evenals de grote monothestische systemen trouwens.

Men zou het ook kunnen zien als iets viraals, een kwaadaardig proces dat zich geautomatiseerd heeft en uitwoekert

Het spreekt vanzelf dat links heel de gedachtegang van dit boek zal wegzetten als een ridicule complottheorie. Misschien geeft de ondertitelEr waart een spook door het Westendaar ook wel enige aanleiding toe. Is het echt zo dat er ergens in een bunker door top-intellectuelen wordt beraadslaagd over de controle van de culturele instellingen, de media en het mainstream-discours ? Natuurlijk niet, zegt Paul Cliteur, het is veel erger dan dat, want dan konden we het ding makkelijk oprollen. Het gaat daarentegen om een duurzaam paradigma dat zich via net-werking, sociale druk en soms regelrechte chantage of dreiging met broodroof reproduceert. Een fenomeen waarPuck van der Land,Sebastien ValkenbergenEmerson Vermaatbij stilstaan. Men zou het ook kunnen zien als iets viraals, een kwaadaardig proces dat zich geautomatiseerd heeft en uitwoekert, voorbij de generatie van de 68ers die vandaag overigens hun pensioenleeftijd hebben bereikt zonder dat we hun erfenis zomaar kunnen dumpen.Perry Pierikheeft het overkneedbaarheidenbesmettelijkheid: Het woord cultuur-marxisme is zo beladen, omdat het een proces aangeeft van ideen en krachten, dat als semtex plakt aan het gereedschap van de progressieve wereld, waarmee de Gutmensch zijn morele gelijk veilig probeert te stellen.

Maarten Boudry

De remedies ?

De rechtstaat dient een breed gedragen wettelijk kader te creren waarin hij zichzelf beschermt tegen aanvallen van buiten uit

Dat maakt het ook zo hachelijk om er tegenin te gaan, en het discours over cultuur-marxisme voorbij de klaagzang te tillen. Zijn er tegen-strategien mogelijk, methodes, attitudes, werkmodellen die de cultuurhegemonie van links kunnen doorbreken ? Slechts enkele auteurs durven het aan om een alternatief te formuleren. Samensteller Paul Cliteur pleit voor eenweerbare democratie: dat is een democratie die zich niet passief-pluralistisch laat vullen met alle mogelijke politieke tendensen of religies, maar die georinteerd verloopt, met een duidelijk kompas, gericht op het voortbestaan en de bloei van die democratie. Niet elke levensbeschouwing komt in aanmerking om door de rechtstaat zomaar aanvaard te worden, ze mag zich niet suicidaal gedragen. Deze toetssteen geldt in de eerste plaats voor de drie grote totalitaire ideologien van vorige en deze eeuw, namelijk fascisme, communisme, islamisme.De rechtstaat dient een breed gedragen wettelijk kader te creren waarin hij zichzelf beschermt tegen aanvallen van buiten uit, denk aan de islam die de godsdienstvrijheid inroept om uiteindelijk deshariate kunnen instellen. Anderzijds zou dit weer kunnen leiden naar een weldenkende consensusdemocratie met cordons, etc. Het debat hierover is zeker nog niet ten einde.

Sid Luccassen komt tot een andere conclusie : de culturele hegemonie van links moeten we laten voor wat ze is. We moeten compleet nieuwe, eigen media, netwerken en instellingen oprichten die niet besmet zijn door het virus en voor echte vrijheid gaan :De enige weg voorwaarts is dus het scheppen van een eigen thuishaven, een eigen Nieuwe Zuil met bijbehorende instituties en cultuurdragende organen.Die alternatieve media zijn volop aan het doorschieten, Doorbraak is er een van.

Eric C. Hendriks pleit in het afsluitende essay ten slotte voor een zekere mate van chaos (rommeligheid) en echte diversiteit, niet de geensceneerde diversiteit van links, maar gebaseerd op individuele mondigheid en autonomisme, bloemen die bloeien vanuit het burgerlijke midden. Dat is een mooi einde. Zo een boek, zelfs over het cultuur-marxisme, mag niet eindigen als een klaagzang van een stel querulanten. Er is hoop, er schuilt kracht in de basis, het volk is moe maar niet uitgeteld, niet alle jonge intellectuelen doen in hun broek, er ontluikt een tegen-democratie.

Cultuur-marxisme is een plaats in uw boekenkast zeker waard, misschien naast De Langste Mars, want goed gezelschap versterkt elkaar. Op negen november e.k. gaan de auteurs van beide,- Paul Cliteur, Sid Lukkassen en ondergetekende,- een panelgesprek aan op de Antwerpse boekenbeurs. Nu al noteren.

JOHAN SANCTORUM

Johan Sanctorum

Johan Sanctorum is filosoof, publicist, blogger en Doorbraak-columnist.

Coverfoto : Karl Marx, grondlegger van het communisme.

Paul Cliteur, Jesper Jansen, Perry Pierik (red.) : “Cultuur-marxisme. Er waart een spook door het Westen”. Uitgeverij Aspekt, Soesterberg, 2018, 305 blz.,18,95 euro.