Wat geschiedenis
Op zondag 1 september jl. was het precies vijftig jaar gelden dat de toenmalige zes Voerdorpen (Moelingen, ’s Gravenvoeren, Sint-Martens-Voeren, Sint-Pieters-Voeren, Teuven en Remersdaal) naar Limburg en Vlaanderen werden overgeheveld bij de definitieve vastlegging van de taalgrens. De wet werd gestemd met 130 stemmen voor (waarvan 96 Vlaamse en 34 Franstalige stemmen) en 56 tegen (waarvan 54 Franstalige en 2 Vlaamse liberale stemmen). Merkwaardig was dat de Waalse socialisten en christen-democraten half voor en half tegen stemden. Ze hebben het zichzelf nooit vergeven. En toen begonnen ze de strijd ! In 1962-63 werd bevestigd wat in de 3de eeuw al feitelijk gebeurde na de ondergang van het West-Romeinse rijk. De Belgische ruimte wordt doorsneden door twee grote taalgebieden/ cultuurgemeenschappen, de Germaanse en de Romaanse. Deze breuklijn begint in Frans-Vlaanderen rond Duinkerken en loopt dwars door België, vlak na Voeren buigt die recht af naar beneden en loopt via Luxemburg en de Elzas naar en door Zwitserland, Zuid-Tirol tot aan de Adriatische zee. Tijdens de zestiger, zeventiger en tachtiger jaren van vorige eeuw werd de fusiegemeente Voeren bestuurd door een Luiksgezind bestuur dat de gemeente terug bij de provincie Luik wilde aanhechten. De adellijke vooraanstaande kasteelheren bestuurden de gemeente voor een groot gedeelte op een paternalistische wijze en via cliëntalisme. Een zekere verfransing werd doorgevoerd. De Vlaamse Voerenaars kenden een bittere en harde strijd. Het duurde enige tijd vooraleer de Limburgse en nationale overheid de ernst van de verfransingsdruk inzagen en werk begonnen te maken van een integratiepolitiek van Voeren in Vlaanderen/Limburg. Het belangrijkste Vlaamse initiatief was ongetwijfeld de uitbouw van een Vlaams onderwijsnet, onafhankelijk van de plaatselijke gemeentebesturen. De provinciale overheid opende in 1968 in ’s Gravenvoeren een secundaire school. Vandaag zijn er meer dan 300 leerlingen ingeschreven en volgen er meer dan 700 volwassenen het onderwijs voor sociale promotie. Een aantal Vlaamse onderwijzers openen in Sint-Martens-Voeren en ’s Gravenvoeren een vrije bibliotheek. Langzaam komt de Vlaamse integratiepolitiek in een stroomversnelling met in 1970 de aankoop van de oude pastorie in Sint-Martens-Voeren. Dit werd uitgebouwd tot het “Veltmanshuis”, het cultureel centrum van de Vlaamse Gemeenschap. Het vormde de zo noodzakelijke aanvulling voor het rijk gestructureerde verenigingsleven. De Rijksmuziekacademie werd opgericht in 1973 en vond een onderkomen in de Provinciale school van ’s Gravenvoeren. Zij vervult vandaag een belangrijke functie op het vlak van de muzikale opvoeding en als ontmoetingsplaats voor verenigingsmensen uit Nederlands- en Vlaams Limburg. Door de fusiewet van gemeenten uit 1975 versmelten de zes Voerense parochiedorpen tot één gemeente Voeren. De overblijvende Vlaamse lagere scholen worden ook, met uitzondering van de Vrije School De Planck, samengevoegd tot een provinciale lagere school. Het pas opgerichte Vlaams Politiek Overlegcomité gaat naar de verkiezingen van 1976 met een eenheidslijst “Voerbelangen”. Een jaar later wordt het gemeentelijk Franstalig lager onderwijs volledig uitgebouwd met een centrale school in Sint-Martens-Voeren en ‘onderwijsafdelingen’ in alle andere Voerdorpen. Het is ook op dat moment dat een inwijkeling, een zekere José Happart, actief wordt en eerst als leider van de privé-militie Action Fouronnaise terreur voert tegen gekende Vlamingen en hun culturele instellingen. Deze agressie neemt zulke vormen aan dat Vlaamse Voerenaars met hulp van het Taal Aktie Komitee (TAK) en een eigen Harde Vlaamse Voerkern in het tegenoffensief gaan. Dit escaleert in maart 1980 tot een ware veldslag in Remersdaal en Sint-Pieters-Voeren. Daar werd door Luikse fanatici zelfs geschoten op Vlaamse wandelaars. Zelfs toenmalige koning Boudewijn werd in de arrogantie van Happart niet ontzien toen het koninklijk escorte op de autosnelweg een ophefmakende ontmoeting beleefde. Dit alles leidde tot een permanente staat van beleg in Voeren. België stond toen op de rand van een burgeroorlog tussen Vlamingen en Walen. De centrale regering in Brussel geraakte er volledig stuurloos van. Hoe er toen geen doden zijn gevallen, is nog steeds een raadsel. De Happart-geschiedenis krijgt nu zijn volle ontplooiing en bereikt zijn hoogtepunt als hij na de gemeenteraadsverkiezingen van 1982 wordt voorgesteld als burgemeester van Voeren. In 1984 verkiest het Waalse volk hem ook nog als Europees volksvertegenwoordiger voor de PS. De Vlaamse Voerenaars kenden hiermee vele moeilijkheden. Zij werden gebruikt als speelbal van de verschillende centrale regeringen, zoals in 1983 toen Voeren bijna verkocht werd aan de toen nog unitaire provincie Brabant. Sindsdien ontbrak het in Voeren aan elke vorm van ernstig gemeentebeleid. In de feiten waren het de Vlaamse Voerenaars die toen taalfaciliteiten moesten vragen. Vandaag is dit nog steeds het geval bij enkele Waalse intercommunales.
Toerisme aan zet
Toch zaten de Vlaamse politici niet helemaal stil en begon de Vlaamse regering enkele financiële inspanningen te leveren om in Voeren kleine werkgelegenheid te scheppen. Vooral dan voor de toerist, die terecht van de leuze “Voeren, waar de Vlaming zich thuis voelt” wil genieten. De provinciale overheid heeft met de nieuwbouw en uitbreiding van de provinciale lagere, kleuter- en middelbare school voor veel werkgelegenheid gezorgd in Voeren zelf. Veel leerlingen, die ooit op de banken van de school hebben gezeten, staan nu zelf voor die nieuwe banken. De Vlaamse overheid plantte enkele jaren later in Sint-Martens-Voeren de jeugdherberg “De Veurs” neer, een schitterend complex, dat zeer modern en luxueus ingericht is. Dit gebouw kreeg in 2008/2009 onder impuls van Vlaams minister voor Toerisme Geert Bourgeois een grondige renovatiebeurt. Naast werkgelegenheid zorgt “De Veurs” ook voor een verdere verankering van Voeren in Vlaanderen. In 1985 kocht de Vlaamse regering het kasteel “Hof de Draeck” in Teuven aan. Dit werd omgebouwd tot een sjiek hotel-restaurant in een idyllische omgeving. Ook de culturele infrastructuur werd in 1993 door het Ministerie van Cultuur en onder impuls van de toenmalige minister Patrick Dewael uitgebreid met een podiumzaal “De Voerpoort”, gelegen in Moelingen. Het leggen en bestendigen van contacten tussen Voeren en Vlaanderen is ook de hoofddoelstelling van de V.V.V. of “Toerisme Voerstreek”. Sinds 1964 werd in Voeren een toeristische infrastructuur uitgebouwd, die jaarlijks voor het opvangen van duizenden toeristen zorgt. Ze zorgen er ook voor dat ieder jaar duizenden toeristen onder begeleiding van deskundige Voergidsen de natuurrijkdom van de streek leren kennen. Bovendien stelt ze folders en andere toeristische documentatie ter beschikking van de bezoekers. Ook informatie omtrent de Voerense verblijfsmogelijkheden (campings, zomerhuisjes, bivakhemen, hotels), eet- en drankgelegenheden wordt door deze dienst verstrekt. Toerisme Voerstreek werd in 2002 onder impuls van de provincie Limburg en Toerisme Vlaanderen en onder de bezielende leiding van Guido Sweron uitgebreid met een bezoekerscentrum in s’ Gravenvoeren waarin vandaag 6 Voerenaars tewerk gesteld zijn. Tijdens de laatste jaren zijn ook de uitrusting en aansluitingen van het prachtige Limburgse wandel- en fietsroutenetwerk gerealiseerd zodat de toerist te voet of met de fiets de romantische dorpskommen, de majestatische hoeven, de typische vakwerkhuizen, de fraaie kastelen en een paternoster van kapelletjes kan ontdekken. Deze investeringen vanuit Limburg en Vlaanderen hebben ervoor gezorgd dat Voeren echt geïntegreerd werd in Limburg en Vlaanderen. Zie www.voerstreek.be .
Vlaams gemeentebestuur
Op bestuurlijk vlak is er in Voeren de laatste 30 jaar een enorme evolutie gebeurd. De gemeenteraadsverkiezingen van 1982 gaf de lijst Retour à Liège een bestuursmeerderheid van 10 zetels van de 15. Tijdens de daaropvolgende verkiezingen verloor deze partij om de zes jaar telkens een zetel ten voordele van de Vlaamse partij Voerbelangen met gevolg dat Voerbelangen in januari 2001 de meerderheid kreeg en aan haar beleid kon beginnen. Sinds de laatste gemeenteraadsverkiezingen van 2012 bestuurt de partij Voerbelangen met 10 van de 15 zetels. Precies de omgekeerde situatie van 1982. Door deze evolutie is in Voeren ook de rust teruggekeerd en is het vandaag goed om wonen en vertoeven en ligt Voeren er nu als een retabel opengevouwen, natuurlijk en oogstrelend mooi.
Groot herdenkingsfeest in Moelingen
Op zondag 1 september jl. ging er n.a.l.v. de jaarlijkse Moelingen-kermis een groot Vlaams feest door om de overheveling van Voeren naar de provincie Limburg en Vlaanderen te vieren. Naast een klassieke kermis waar vnl. kinderen zich vermaken was er een grote feesttent aanwezig op het dorpsplein, volle terrasjes, en twee optochten van Voerense en Limburgse fanfares en schuttersgilden door de gemeente, omgeven met een massa Vlaamse en Limburgse vlaggen. Daartussen lopen er honderden Voerenaars en vele Vlaamsgezinden uit heel Vlaanderen en Nederland in deze kleine Voerense deelgemeente. Twee straten verder was er een Waalsgezind feestje met enkele tientallen aanwezigen, velen residerend in Wallonië. De politie was met voldoende manschappen aanwezig, want in Voeren kan een vonk een grote brand veroorzaken. De Vlaamse Voerenaars hadden nadrukkelijk alle “veteranen” van zoveel jaar Vlaamse actie uitgenodigd om mee te komen vieren en die zijn nadrukkelijk op post. [nggallery id=23] We stelden aan enkelen de vraag hoe ze zich voelen bij vijftig jaar Voeren bij Limburg ?
– Leon Bancken, leider van de Harde Vlaamse Voerkern : “De vroegere chef van de BOB en de advocaat die ons telkens uit de cel kwam halen, staan hier nu een pint te drinken. Dat was vroeger anders …Destijds konden wij hier geen feest houden, onze vergaderingen werden uit elkaar geslagen, onze auto’s werden vernield. Wij Vlamingen hebben dan op straat onze macht laten zien. Dat was zonder TAK, VMO en Voorpost nooit gelukt. Zij hebben ons geholpen met scha en schande voor velen, ik denk bijvoorbeeld aan Eriksson. Zij kwamen steeds op onze vraag, nooit zomaar op eigen houtje, en daar blijf ik hen dankbaar voor”. – Luk Vermeulen, toenmalig actieleider Voorpost : “De Voerstreek was niet de enige Vlaamse overwinning, denk aan Leuven Vlaams, de Franse preken in Antwerpen, de loketten in Schaarbeek …Maar het is wel een belangrijke overwinning. De redding van de Voer is het resultaat van een goed samenspel van actiegroepen, Vlaamse Voerenaars, politici en ja, zelfs de media”.
– Huub Broers, burgemeester Voeren voor Voerbelangen, N-VA-senator : “Voeren is rustig geworden en wordt dankzij Vlaams geld verder uitgebouwd, waarvoor we dankbaar zijn. Er zijn eigenlijk geen ‘Walen’ hier : wel Voerenaars die Frans stemmen omdat ze in Luik werkten of luisterden naar de kasteelheer. Maar dat verandert : bij elke verkiezing gaan we vooruit omdat Voerenaars overstappen. In de tijd dat we van de straat geborsteld werden door Happart en co. was de steun van de ‘veteranen’ die hier vandaag zijn nodig. Onrechtmatige maatregelen zoals de verboden tegen onze carnavalsfeesten en optochten moesten doorbroken worden en dat is dankzij hen gelukt. Met dankbaarheid denk ik terug aan al diegenen die ons hier geholpen hebben, zoals dokter Jaak Nijssen, mijn vader Hubert Broers, TAK-leider Eric Crommelinck, provinciaal gedeputeerde Miel Smets, en een man als gouverneur Louis Roppe : die vernietigde telkens weer onwettige besluiten, waarna de Franstaligen alles vol kladderden met ‘Roppe cochon’. Maar hij zwichtte niet. Dank ook aan al wie hier in de kwade jaren gemeente- of OCMW-raadslid was voor de Vlamingen. Daar was moed voor nodig. Ik heb nooit gedacht dat we Voeren zouden verliezen, tenzij in die drie dagen dat in Brussel het plan op tafel lag om ons aan te hechten bij de toen nog tweetalige provincie Brabant. Dankzij een goedgezinde perslek kwamen we dat te weten : we hebben betoogd, ons vastgeketend aan het parlement en een kranige Voerense dame heeft Mark Eyskens zelfs een oorvijg verkocht omdat die het plan verdedigde. Zo werd het plan gekelderd. Dat was voor mij het kantelmoment. Toen wist ik dat ze ons nooit van Limburg zouden kunnen losweken. En zo kon Voeren terug een gewoon, rustig dorp worden. Politiek ben ik een gelukkig man”. – Johan Sauwens, ex-minister, Vlaams parlementslid CD&V : “Er is ons veel onrecht aangedaan bij de vastlegging van de taalgrens, en dat is hier een beetje rechtgezet. Als ‘mei ‘68’-er heb ik altijd onrecht bestreden – en dat betekent ook opkomen voor de Vlaamse zaak, ook al was dat voor sommigen ‘verdacht’“. – Frieda Brepoels, burgemeester Bilzen N-VA : “Velen waren pessimistisch, maar de Voerstreek bewijst de Vlamingen dat de aanhouder wint. Er is hier nu goed lokaal bestuur voor alle Voerenaars, maar met respect voor alle (taal)wetten, zoals het hoort”. – Guido Moons, voorzitter Vlaamse Volksbeweging (VVB) : “Tevreden, maar er is nog veel werk te doen; nu in de Vlaamse Rand rond Brussel !”.
Filmpjes van de regionale zender TVLimburg:
- Voeren 50 jaar bij Limburg: http://www.tvl.be/nl/2013-09-01/voeren-50-jaar-bij-limburg/#.UiXkRNKmFGc
- De Strijd om Voeren, deel 1: http://www.tvl.be/nl/2013-08-26/de-strijd-om-voeren-deel-1/#.UiXkrdKmFGc
- De Strijd om Voeren, deel 2: http://www.tvl.be/nl/2013-08-27/de-strijd-om-voeren-deel-2/#.UiXlM9KmFGc
- De Strijd om Voeren, deel 3: http://www.tvl.be/nl/2013-08-28/de-strijd-om-voeren-deel-3/#.UiXl69KmFGc
- De Strijd om Voeren, deel 4: http://www.tvl.be/nl/2013-08-29/de-strijd-om-voeren-deel-4/#.UiXmT9KmFGc
- De Strijd om Voeren, deel 5: http://www.tvl.be/nl/2013-08-30/de-strijd-om-voeren-deel-5/#.UiXm9NKmFGc