Afgelopen zomer werd de komkommertijd van de media onverwacht doorbroken door het eindwerk van RITS-studente Sofie Peeters genaamd “Femme de la rue”. Hier toont de reportage het schofferig gedrag in de omgeving van het Brusselse Zuidstation van niet al te hoog opgeleide andersgetinte – niet enkel jongeren – mannen uit de Maghreblanden jegens jonge en minder jonge autochtone vrouwen die er volgens onze westerse normen normaal gekleed bijlopen. Het vermoeden is gewettigd dat de mannen allemaal een islamachtergrond hebben maar dit hardop zeggen is helemaal uit den boze. De reportagemaakster zegt op voorhand dat ze niet aan racistische stemmingmakerij wil doen.
In de reportage is te zien hoe jonge vrouwen permanent worden aangesproken en geïntimideerd door onbeschofte mannen zonder het minste respect voor het andere geslacht. Ze krijgen oneerbare voorstellen, worden voor, “hoer” of “slet” uitgemaakt, bespuwd en geregeld ook fysiek aangepakt. Als gevolg hiervan gaan de dames zich anders kleden met slobbertruien. Rokken en kleedjes worden uit de garderobe gebannen. Ze wapenen zich met i-Pads om de misplaatste avances en beledigingen niet meer te aanhoren. Ze kijken niemand meer in de ogen, want dit is voor die mannen een regelrechte provocatie. De dames stippelen alternatieve routes uit, vermijden metrostations en het openbaar vervoer en tot slot verhuizen ze gewoon naar andere en betere woonwijken. Zo krijgen de betrokken wijken onbewust een soort islamitische wetgeving opgedrongen.
Het werkstuk van mevrouw Peeters kreeg veel weerklank in onze buurlanden, vnl. in Nederland en Frankrijk. Zodat ze tot op vandaag nog nazindert in de debatpanels van onze hoofdstad . Een RTBF-journaliste legde persoonlijke getuigenis af over de kwestie. “Ik ben verbaasd dat men verbaasd is. Het fenomeen doet zich al zovele jaren voor en het is zo’n wijdverspreid gegeven in Brussel, dat het zelfs geen gespreksonderwerp meer is onder vrouwen. Het behoort tot de realiteit waar vrouwen nu één maal moeten mee leven. Iedere vrouw in Brussel heeft de kaart van Brussel in het hoofd en zal zich kleden in functie van de buurten waar men doorheen moet of zo mogelijk een omweg maken”. Brussels minister Brigitte Grauwels (CD&V) was in het verleden ook reeds slachtoffer van dit machogedrag van gekleurde medeburgers en Vlaams parlementslid Lucas Vandertaelen (Groen) ondervond via zijn dochters dat er in Brussel veel misloopt met de integratie van grote groepen nieuwkomers. Hij schreef er enkele opiniestukken en een boek over.
Na een scherpe probleemstelling volgde een lang debat over seksisme, machisme, sociale achteruitstelling, waarbij men voorbijging aan het feit of er misschien een band zou kunnen bestaan met achterhaalde godsdienstige voorschriften.
Van Brussels CD&V-politica Bianca Debaets is geweten dat ze graag kortgerokt door het leven stapt. Ze mag gezien worden zeggen we er persoonlijk bij want we kennen haar uit het Vlaams Huis van Brussel. Bianca trommelde gerokte medestandsters op om de straten te heroveren op de achterlijkheid en het mannenvolkje te sensibiliseren met pamfletten en straatgesprekken.
Onmiddellijk besliste het Brusselse college van burgemeester en schepenen om GAS-boetes (Gemeentelijke Administratieve Sancties) uit te schrijven voor seksistische overlast. Er werden er al een 80-tal uitgeschreven. Probleem is dat ze eerst naar het parket moeten vooraleer ze kunnen worden toegekend.
Ondertussen zijn we vier maanden verder na de bewuste reportage en trok Kim Van de Perre, journaliste van de krant De Morgen, de bewuste Anneessenswijk in om na te gaan of de reportage iets heeft veranderd. Ze komt van een kale reis terug. “Het seksisme is nog altijd even erg” schrijft ze in haar krant. Studentes getuigen dat ze nog steeds worden lastiggevallen door mannen die hen de meest seksistische voorstellen doen. Veel vrouwen in de buurt hadden verwacht dat “Femme de la rue” een probleem zou aankaarten en oplossen, mannen aan het denken zou krijgen. Niets daarvan. Ze lachen er eens mee, maken er grapjes over en gebruiken het tegen de vrouwen.
Ook mannen worden het slachtoffer van de achterlijkheid …
Naast vrouwen worden in Brussel ook mannen onder druk gezet om zich zedig te kleden. Mannen worden met name in sportclubs met de regelmaat geïntimideerd en dit gaat zelfs door tot op de campus van de vrijzinnige Vrije Universiteit Brussel (V.U.B.). De universiteit beschikt over een eigen zwembad en dit is niet alleen toegankelijk voor de eigen studenten en personeelsleden, maar ook voor de hele bevolking.
Bij sporten hoort ook douchen na de inspanningen en een douche neemt men normaal gezien naakt. Maar dit is “buiten de waard gerekend”, we vernemen dat mannen die ’s avonds na het sporten naakt douchen, problemen krijgen met islamitische studenten die dit ongepast vinden. Ze treden in groep op tegen mannen die het vertikken hun zwembroek of een onderbroek tijdens het douchen aan te houden. Iemand die hierover zijn beklag ging doen bij de dienstdoende VUB-personeelsleden kreeg te horen dat “na acht uur ’s avonds de sharia van kracht is”. Deze toestanden zijn vandaag al schering en inslag in heel wat Brusselse sportclubs waar veel jongens met een islam-achtergrond gaan sporten.