Elio Di Rupo is ook niet altijd sant in eigen land. De onvrede over recente beleidskeuzes neemt hand over hand toe in Wallonië : de donkerrode achterban van de PS gromt. Een gewezen parlementsvoorzitter kraakt de volledige partijkoers af. Moet de premier zich zorgen maken?
Willy Burgeon is voor de één eminence grise van de PS, voor de ander een dinosauriër die zichzelf overleefd heeft. Burgeon wordt vaak weggelachen : omwille van zijn rattachisme en zijn sympathie voor de dictatuur in Noord-Korea. Het was trouwens zijn enthousiasme over het regime in Pyongyang dat hem enkele jaren geleden al zijn functies kostte. Toch was Burgeon bijna een kwarteeuw volksvertegenwoordiger voor de PS en zat hij namens die partij ook het Waals Parlement voor. Van zijn vroegere scherpte lijkt hij ook niets verloren, en dat zal Elio Di Rupo geweten hebben. Burgeon was altijd al gekant tegen de huidige federale regering (hij stemde tegen regeringsdeelname van zijn partij) en zijn analyse is alleen maar harder geworden. De gespreksavonden waarop Di Rupo in Franstalig België het regeringsbeleid probeert te verdedigen zijn in de ogen van Burgeon georchestreerde maten voor niets : Di Rupo brengt een ingeoefende show, kritische interventies vanuit de zaal worden geweerd en de premier zet zijn armoedige kinderjaren nog eens in de verf. Burgeon daarover : ‘Ook andere socialistische mandatarissen hebben een moeilijk leven gehad maar zij hebben tenminste het goed fatsoen daarover te zwijgen’.
Geen enkel beleidsaspect van deze huidige regering geleid door een PS’er vindt genade in de ogen van Burgeon. In een analyse voor La Revue Toudi, die zeer scherp contrasteert met de perceptie die in Vlaanderen bestaat, opent Burgeon frontaal de aanval op het sociale beleid van de regering Di Rupo – of het gebrek daaraan. Volgens Burgeon viseert de regering de werklozen en spaart ze de banken. Het vroegere kopstuk schaamt zich ook over het belgicisme van de PS-ministers : de politieke recuperatie van de Rode Duivels, Stromae en Brel ; de chauvinistische propaganda (die volgens Burgeon niet moet onderdoen voor het Vlaams-nationalisme) en het dwepen met de ‘parasitaire’ monarchie – iets waar een rechtgeaarde socialist en democraat zich toch ver van zou moeten houden. Maar Burgeon ziet nog maar weinig echte socialisten bij de PS en hij sneert naar Tommy Leclercq, die sinds enkele maanden de jonge gouverneur van Henegouwen is – maar naam maakte als kabinetschef van … Elio Di Rupo.
Huisje Nooittevree
De eerste minister kan kritiek uit eigen rangen wel missen. Na een kleine piek enkele maanden geleden is de federale regering van Elio Di Rupo in Vlaanderen opnieuw in zwaar weer terechtgekomen. De (inhoudelijke) kritiek op het regeringswerk stroomt toe uit verschillende hoeken, of het nu over de begroting (‘De regering van de eenmalige maatregelen’, aldus begrotingsexperts Wim Moesen en Herman Matthijs, 30 oktober, Knack), over het economisch beleid (‘De federale regering versmacht het zelfstandig ondernemerschap’, Unizo, 12 november) of over de relance gaat (‘Zelfs over de cijfers wordt onderhandeld’, Guy Tegenbos, 12 november, De Standaard). In Vlaanderen wordt de regering Di Rupo kortom aangevoeld als niet (centrum-)rechts genoeg, onvoldoende gericht op structurele hervormingen en besparingen.
Maar ook in Franstalig België blijft het enthousiasme over de ploeg van Elio beperkt. Hoewel de peilinggekke Vlaamse pers er opvallend weinig aandacht voor heeft, doet de PS het al tijden slecht in kiezersonderzoeken. In de meeste peilingen scoort de partij van de premier rond of net onder de 30%, een gevoelig verschil met de 35,7% die de PS in 2010 nog kon halen. Ter herinnering : toen de Franstalige socialisten in 2007 afklokten op 29,5% werd dat door zowat iedereen gezien als een smadelijke nederlaag. Ook nu komt de MR in de electorale tussenstanden van de media soms vervaarlijk in de buurt van de PS.
Met belangrijke verkiezingen in het vooruitzicht hoeft Di Rupo wellicht geen paleisrevoluties te vrezen. Burgeon staat niet alleen maar wellicht zullen de Franstalige socialisten in mei volgend jaar slechts een deel van hun aanhang zien overstappen naar de extreem-linkse PTB (PVDA). Dat is niet het ergste. Wat hier vooral opvalt, is hoe ontzettend haaks de visie van Burgeon staat op de analyse die in Vlaanderen gemaakt wordt. Terwijl ook traditionele politici zoals Kris Peeters en Bert Anciaux reeds de zevende staatshervorming prediken, fulmineert Burgeon tegen het extremisme dat hij in het Vlinderakkoord ontwaart. Zo zou de splitsing van BHV te veel de gewestgrenzen bevestigen als toekomstige staatsgrenzen en dreigt het Wallonië te worden die stevig gaat verliezen bij de nieuwe financieringswet. Hier tekent zich misschien een groter probleem af voor Di Rupo en zijn medestanders: zelfs een dubbelzinnig en complex beleid dat er net op gericht was iedereen tevreden te stellen, stuit aan de beide zijden van de taalgrens op hevig verzet – zij het dan vanuit een andere analyse. Het federale beleid slaagt er steeds minder goed in om iedereen tevreden te houden. Daar mag de premier zich zeker zorgen om maken.
Daniël Walraeve – www.doorbraak.be .