De kritiek op de N-VA-reclamefilmpjes doet Evert van Wijk nadenken over de reclamejongens en hun leefwereld: ze voelen zich blijkbaar ver boven de modale Vlaming verheven.
Ik dacht dat tot voor kort vooral veel links liberalen en mainstream journalisten er last van hebben. Maar sinds kort weet ik dat ook veel reclamemensen een soort blinde vlek hebben als het om de bekommernissen gaat van de gewone Vlaming. Ook zij wentelen zich graag in gevoelens van morele zelfgenoegzaamheid en superioriteit tegenover de gewone man in de straat van wie zij steeds verder vervreemd raken. Dat maakte ik op uit hun kritiek op de N-VA-campagnefilmpjes die sinds kort op het net staan.
In deze filmpjes figureren stuk voor stuk gewone mensen. Zo verklaart een mevrouw uit Borgerhout dat ze niet meer veilig over straat kan. Maar dat is populisme of ‘taal uit de Volksstraat’, zoals een van die reclamejongens dat noemde en dat is ‘not done’.
Zeker van reclamemensen zou ik een wat minder maatschappijvreemde houding verwachten. Als geen andere bevolkingsgroep zouden ze de hartslag van de samenleving moeten kunnen voelen om die vervolgens te vertolken naar een effectieve communicatieaanpak. Maar in die kringen is het niet hip om kritiek te hebben op de donkere kanten van onze multiculturele samenleving. Dat is niet mainstream. Zelfs het eigen belang moet er voor wijken. Liever kiest men voor een politiek correcte, hoogdravende en abstracte benadering van de alledaagse problemen van het klootjesvolk in de straat.
Veel van dergelijke criticasters hebben makkelijk praten. Ze verdienen ver boven modaal en in hun hippe buurten rond de Dansaertstraat in Brussel of in de trendy wijken als Zurenborg in Antwerpen leven ze ver van de rauwe werkelijkheid in Borgerhout en in Sint Jans-Molenbeek. In hun ‘kijk-mij-eens-bakfiets’ brengen ze ’s-morgens hun kinderen naar een witte school waar opvallend weinig Ali’s en Mohammeds rondlopen. Daar geen concentratiescholen en intussen blijven ze de zegeningen van de multiculturele samenleving verheerlijken. Mensen, zoals in die video-filmpjes van de N-VA die klagen over criminaliteit snappen het niet. Ze zijn rechts, stigmatiseren en discrimineren… Wij weten wel beter…
Vanuit hun penthouse voelen ze zich letterlijk en figuurlijk ver verheven boven het gewone volk dat geen verstand heeft van cultuur en alleen maar geïnteresseerd is in wielrennen en voetbal.
‘De N-VA heeft met die reclamespotjes haarfijn aangetoond hoe hopeloos conservatief en ouderwets die reclamejongens denken.’
Ze zijn niet gewoon links. Ik bedoel daarmee het oer-links van de hardwerkende arbeiders, want die groep is in ons land schaars goed geworden dankzij het anti-industriebeleid van de voorbije regeringen. Nee, ze zijn meer van dat Freya-achtige links, dat verheven hippe links waarin een echte Spa-er zich niet herkent en dat dicht tegen dat links-liberale aanschurkt dat de Open VLD heeft doen verschrompelen tot een kabouterpartij. Dat soort links dat net als veel links-liberalen een vakantiehuis in Toscane heeft en die in de zomer bij elkaar komen om van elkaars eigen gemaakte wijn te nippen, terwijl men met de nieuwste trendy gadgets elkaar probeert af te troeven.
Intussen overdrijft de man in de straat als die zegt zich steeds onbehaaglijker te voelen door de stijgende criminaliteit en het zwerfvuil dat zich in zijn wijk steeds verder opstapelt. Want dat is natuurlijk allemaal rechtse praat.
Eigenlijk heeft de N-VA met die reclamespotjes haarfijn aangetoond hoe hopeloos conservatief en ouderwets die reclamejongens vaak denken. Daardoor hadden ze niet eens in de gaten hoe ze zich door dit prachtig stukje guerrilla-marketing van de N-VA bij de neus hadden laten nemen. Want door bewust niét te kiezen voor gladde acteurs die met de nodige effecten hun boodschap neerzetten, maar wél voor Vlamingen die weliswaar onwennig, maar puur en authentiek verklaren wat hen bezig houdt, zijn de filmpjes in Vlaanderen intussen talk of the town !
Evert van Wijk – www.doorbraak.be