Vrije tribune
Diploma’s, elites, inschrijvingsgeld en financiële middelen
Het KVHV roert zich in de discussie over hoger inschrijvingsgeld. Een diploma hoger onderwijs wordt overgewaardeerd, met een diploma-inflatie als gevolg en er valt nog heel wat te besparen in de universiteit.
Het zal menig aandachtige burger niet ontgaan zijn, Vlaanderen is vervallen in discussie over het hypothetische drama inzake een potentiële verhoging van inschrijvingsgelden aan de universiteiten. Terwijl deze discussie reeds verscheidene interessante opinies en inzichten naar boven heeft gebracht, heeft de linkerzijde echter zijn traditionele polemiek van klassenstrijd en bedreiging door het grootkapitaal boven gehaald. Het proletariaat wordt hier hypothetisch en potentieel in ‘t zak gezet, uitgesloten van een opleiding en verdoemd tot een leven in de goot.
Diploma-inflatie
Er zijn echter enkele problemen in het denkkader van deze socialistische gelijkheidskruisvaarders. Eerst en vooral is er de waarde die gehecht wordt aan het hoger onderwijs, dat blijkbaar in de gedachten van velen inmiddels een essentieel recht van de mens geworden is. Iedere zoon en dochter een diploma, zo leren ons de waardevolle lessen van mei ’68. De democratisering van het onderwijs heeft de wereld gered en heeft de kloof tussen arm en rijk doen verdwijnen, of niet misschien ? Blijkt nu echter, in het land van de realiteit en de ratio, dat er niet genoeg plaats is om iedereen op universitair niveau te laten werken. Een probleem dat natuurlijk makkelijk opgelost wordt door de arbeidsmarkt, waar men nu plots een bachelor-diploma nodig heeft om het werk te doen waar vroeger zelfs ongeschoolden toe in staat waren. Sterker nog, voor jobs die een hogere opleiding vereisen is een dergelijk diploma niet meer genoeg om zich te onderscheiden van de massa. Meerdere diploma’s, enkele jaren ervaring of indien het kan een doctoraat erbij zijn nu de standaard waarnaar een afgestudeerde universitair moet streven. Maar eens hij daar geraakt is, kan hij natuurlijk wel genieten van een belachelijk laag nettoloon dat minder bedraagt dan de verloning voor de meeste ongeschoolde beroepen, en maar goed ook want zo is men gelijk, nietwaar ?
De diploma-inflatie is reeds een realiteit, geen ‘vrees’ zoals de linkerzijde het wenst af te wimpelen. De waarde van diploma’s is een tijd geleden reeds in mekaar gestuikt, niet enkel door de absurde proliferatie ervan doorheen de bevolking, maar ook door een afname van de standaarden in het onderwijs. Universiteiten spitsen zich heden ten dage toe op massa-lessen, waar honderden studenten in de meeste gevallen zitten te staren op een zelfverklaarde expert die zich hult in een mantel van complex taalgebruik en vele bronvermeldingen om toch het groeiend institutioneel gebrek aan inzicht en kritische wetenschap niet te moeten blootgeven. Het equivalent van legbatterijen op educationeel vlak, waar winst geschept wordt door het aantal ingeschreven studenten in plaats van kwaliteit. Onze Belgische kennisindustrie is een ingewikkeld systeem van rook en spiegels dat de ware teloorgang van ons onderwijs perfect verbergt.
Elite
En dat is exact waar de nood voor een intellectuele elite zich uit. In een wereld waar de massa de intellectuele elite is, is deze elite slechts de massa, en niet langer de elite. Samenlevingen hebben elites, dat is een feit, en deze volbrengen een essentiële functie. De organisatie van een samenleving, en de intellectuele activiteit die deze ondersteunt, wordt verzorgd door een elite en hoe men het ook draait of keert, dat is een onweerlegbaar feit.
Wanneer de massa de elite is, en daardoor het niveau van deze elite tot matigheid verzakt, dan zakt de koers van de samenleving uiteraard mee. Bedenk daarbij ook eens de originele bedoeling van academische studies, waarbij in plaats van beroepsopleidingen of verlengingen van het middelbaar onderwijs de nadruk lag op intellectuele ontwikkeling en specifiek het genereren van denkers en redenaars die de maatschappij in goede banen konden leiden, of waar denkt men dat Marx zijn talenten haalde anders dan tijdens zijn zeer intense maar uitdagende studies onder Hegel ? Beide heren zouden zich echter in hun graf omkeren moesten ze de hedendaagse status van ons onderwijs aanschouwen, vergis u daar niet in.
Studenten nemen verantwoordelijkheid
Daarbij komen we uiteindelijk aan bij de financiële middelen die noodzakelijk zijn om een degelijke hogere opleiding mogelijk te maken. Niets is gratis, docenten kosten geld (en de talentvolle docenten zijn allemaal reeds vertrokken naar het buitenland of de bedrijfswereld waar zij nuttiger werk verrichten en beter verdienen) en gebouwen moeten onderhouden worden. Daarnaast moet elke rector natuurlijk ook een prestigeproject kunnen financieren en hier en daar een esthetisch verantwoorde aula bijbouwen. Het moge duidelijk wezen : zelfs waar onderwijs gratis is, kost het geld. Indien inschrijvingsgelden niet door de student of diens ouders betaald worden, is het de samenleving in haar totaliteit die middels de betaling van taksen deze last draagt.
Het is uiteraard ongehoord dat de directe bijdrage door de persoon die het nut van deze opleiding zal genieten, verhoogd zou worden. Vooral gezien het gaat om het ongelooflijk steile bedrag van mogelijks wel 1.500 euro. En alvorens u begint te klagen over kansarmen en lage inkomens en het feit dat het makkelijk spreken is voor KVHV’ers die tot het grootkapitaal behoren, laat mij u het volgende vertellen : iedere student die niet in staat is om 1.500 euro te verdienen doorheen het academiejaar is een luiaard of een geldverspiller. Zelfs met een lichte weekendjob zou een student zelf uit de kosten moeten kunnen raken. Daarenboven is het geld dat door menig student uitgegeven wordt aan drank en allerhande drugs een perfect voorbeeld van een gebrek aan verantwoordelijkheid. Iemand die niet in staat is om het inschrijvingsgeld van 1.500 euro bijeen te krijgen op een jaar tijd demonstreert niet de nodige attitude of werkethiek die men zou verwachten van iemand die wenst deel uit te maken van een intellectuele elite. Laat het trouwens ook gezegd zijn dat menig KVHV-student zelf de handen uit de mouwen steekt om eigenhandig de studies te betalen, indien niet de volledige levenskosten tijdens de studententijd. Laat dit gezien worden als teken van verantwoordelijkheidszin, en een illustratie van de ethiek en plantrekkerij waar wij trots op zijn.
Dergelijke verantwoordelijkheid zorgt niet enkel voor een eerlijkere verdeling van kapitaal, aangezien men nu in mindere mate zou moeten gaan studeren op de rug van een ander, maar zal ook veroorzaken dat potentiele studenten zich zullen bezinnen eer zij aan dit traject beginnen. Hoger onderwijs is niet voor iedereen, en dat is geen schande. Iedereen heeft het recht op een kans om van hoger onderwijs te genieten, maar laat dit nooit betekenen dat iedereen het recht heeft om dit te doen zonder daar zelf enige verantwoordelijkheid voor te nemen. Uiteindelijk wordt elke nuttige gelijkheid in de samenleving bestempeld door een gelijkheid in potentieel voor sociale mobiliteit, niet door een artificieel gedaan maken van een kloof tussen arm en rijk alsof men samen met Don Quichotte op windmolens gaat jagen. Eenieder heeft de kans, en zou de kans moeten hebben, om van hoger onderwijs te genieten, dat staat als een paal boven water. Maar dit kan en mag echter niet betekenen dat eenieder daarom ook recht heeft op een diploma, of een zorgeloze rit om de onproductieve jeugd wat te verlengen zonder enig nut in het vooruitzicht.
Besparing mogelijk
Vestig verder nog even de aandacht op enkele woordjes uit het begin van dit betoog : ‘het hypothetische drama.’ Want inderdaad, iedereen lijkt ervan uit te gaan dat het niet anders kan dan de inschrijvingsgelden te verdubbelen. Bij monde van Rik Torfs, rector van de Leuvense Alma Mater, heet het dat het Vlaams regeerakkoord de universiteiten voor een voldongen feit stelt. De besparing wordt doorgeschoven naar de onderwijsinstellingen en zij moeten die middels hogere inschrijvingsgelden doorspelen aan de student. Deze Vlaamse regering stelt zich echter tot doel om te focussen op haar kerntaken en verwacht dit ook van haar ambtenaren. Gedaan met betutteling en met de voogd van de burger te spelen. De overheid moet in de plaats daarvan een partner worden van die burger, diensten aanreiken wanneer nodig en voor de rest vertrouwen hebben in zijn kunnen. Als de regering dit van haar ambtenaren verwacht, is het dan niet logisch dat zij dit ook mag verwachten van de universiteiten ?
De twee kerntaken van een universiteit zijn onderwijs en onderzoek. Vlaanderen kent echter ook een bruisend studentenleven dat met graagte subsidies ontvangt. Als men de inschrijvingsgelden niet wil verhogen, waarom knipt men dan niet in die subsidies ? Ja, er zijn vele nuttige bij, maar er mag en moet ook eens gekeken worden welke subsidies zotternijtjes zijn die in tijden van besparingen absoluut niet kunnen. In Gent was er onlangs commotie bij de café-uitbaters van de Overpoort, de universiteit ging een zogenaamde fakbar (faculteitscafé) openen, met drank zwaar onder de gangbare prijzen. Een permanent verlieslatend café dat de lokale uitbaters uit de markt concurreert en op belastinggeld draait. Is dit écht een taak van een onderwijs- en onderzoeksinstelling ? De Student Kick-Off is een tweede voorbeeld. Op een paar jaar tijd is dit uitermate populair evenement sterk gegroeid, maar is het niet logisch dat men eerder in semifestivals knipt, dan bij onderwijs en ontwikkeling te beknibbelen ?
Ten derde zijn er de bekende studentenresto’s. De universiteit kiest er voor zelf spotgoedkope maaltijden, broodjes en snacks te voorzien. Vanzelfsprekend teren deze eetgelegenheden op subsidies. Het idee dat hier gehanteerd wordt, de student goedkoop eten voorzien, valt zeker te verdedigen. Maar kan men dan niet besparen door niet langer zelf maaltijden te voorzien ? Als alternatief kan er dan bijvoorbeeld gekozen worden voor een bonnen- of kortingssysteem, waarmee de hongerige student terecht kan in de lokale horeca en voedingswinkeltjes. Zo sla je twee vliegen in één klap : als universiteit bespaar je zelf op werkingskosten en de lokale middenstand zal floreren. In plaats van extra subsidiekosten verkrijg je aldus extra btw-inkomsten.
Dit zijn slechts enkele voorbeelden waar de universiteit gerust in kan (en moet) snijden vooraleer te zeggen dat al het vet er reeds af is. Als het hoger onderwijs, net als de overheid zelf, zich terug richt op haar twee kerntaken, hoeft er van een verhoging van inschrijvingskosten zelfs niet per se sprake te zijn.
Marnik Willems is hoofdredacteur KVHV-Gent 2014-15