Op 29 en 30 november jongstleden nam België weer eens deel aan de internationale topconferentie van de Francophonie die deze keer in Dakar (Senegal) plaats vond. Een aangelegenheid zoals een ander om deze internationale instelling eens van naderbij te bekijken. De Francophonie, officieel een organisatie van landen waarvan de bevolking op zijn minst gedeeltelijk uit Franssprekendst bestaat, heeft volgens haar statuten zowel de verdediging van de Franse taal als de bevordering van de democratie op het oog. Onder deze vlag verzamelt ze niet minder dan zesenvijftig lidstaten en twintig wat genoemd wordt observerende lidstaten met daar bovenop twee geassocieerde staten. Een op het eerste zicht vrij indrukwekkende verzameling . In Parijs en Franstalig Brussel) wordt dan ook door politici en media heel wat drukte gemaakt omtrent deze Commonwealth à la française en wordt er op dat vlak naar geen moeite gekeken. Er komt zelfs voor een grammaticale uitzondering aan te pas. Francophonie wordt met een hoofdletter geschreven terwijl hoofdletters in de taal van Molière en van Brigitte Bardot normaal uitsluitend voor de namen van landen worden gebruikt en niet voor naamwoorden of epitheta die een nationaliteit aanduiden zoals dat in het Nederlands de regel is. Een bijzonder verbazend eerbetoon als je weet dat de Academie Française normaliter zeer conservatief omgaat met de taal die ze onder haar hoede heeft.
Een opgeblazen ballon Wie zich de moeite getroost de zaak van wat meer nabij te bekijken, zal nochtans gauw vaststellen dat gans die Francophonie niets meer is dan een enorm opgeblazen ballon
Zo vindt je bij de 56 volwaardige lidstaten :
- uiteraard de weinige landen waarvan de bevolking van oudsher volledig of gedeeltelijk Franstalig is : Frankrijk, Zwitserland, Canada, België, en Haïti ( waar de gewone omgangstaal het Creools is, een soort exotisch Frans) maar daarbij ook enkele ministaatjes zoals Monaco, Andorra ( tweetalig Spaans en Frans) en… Vanuatu: een groepje eilanden uit de Stille Oceaan met de 261.565 inwoners en drie officiële talen Engels, Frans (was lang een Brits-Frans condominium) en Bislana ( een mengeling van die beide Europese spraken met een plaatselijke taal)
- een aantal voormalige kolonies waar de elite Frans spreekt maar het aller grootste gedeelte van de bevolking het bij de eigen taal houdt: Marokko Niger, Benin etc.
- een aantal voormalige Franse kolonies waar het Frans ondertussen totaal verdwenen is: Vietnam, Laos , Cambodja…
- Ten slotte de grootste groep: deze van landen waar nooit Frans gesproken werd. Waar onder bijvoorbeeld Egypte, Albanië, Armenië, Kaapverdië, Bulgarije, Griekenland, Macedonië, Libanon, Roemenië, Moldavië etc.
Het toppunt is echter dat om het cijfer 56 te bereiken België voor twee telt (de federale regering en de Franse gemeenschap), Canada voor drie (de federale regering en de bondstaten Quebec en New Brunswick) en Frankrijk dat, noblesse oblige, in vijfvoud vertegenwoordigd is namelijk door de regering in Parijs, Martinique, Guadeloupe, Frans Guyana en Saint Pierre et Miquelon (Twee minuscule eilandjes aan de oostkust van Canada die ten gevolge van het grillig verloop van de geschiedenis nog steeds aan Frankrijk toebehoren). Francofone landen waar geen Frans wordt gesproken. Als er al geen Frans gesproken wordt in de meeste landen die als volwaardig lid bij de Francophonie aangesloten zijn, is het op dat vlak vanzelfsprekend nog veel erger gesteld met de 20 observerende lidstaten. Geen enkel ervan is zelfs maar gedeeltelijk francofoon. De naam van enkele onder hen maken dit onmiddellijk duidelijk : Argentinië, Bosnië-Herzegovina, Oekraïne, Servië, Kroatië, Thailand, de Verenigde Arabische Emiraten, de Baltische republieken, etc.
De twee geassocieerde lidstaten Cyprus en Ghana zijn trouwens ook alles behalve Franstalig.
Een toemaatje ondanks de statutaire bepaling die de inzet van de Francophonie ten voordele van de democratie voorziet, zijn er bij de leden ervan enkele landen waar men in het beste geval weet hoe dat woord moet worden gespeld. Het komt er dus op neer dat die Francophonie waar zowel Frankrijk als de Franstaligen bij ons zo veel prestige proberen uit te halen, niets meer is dan een lege doos die zeer duur uitvalt ( zij draaien op voor het merendeel van de kosten van die internationale club), in hun taal : une vaste blague.
Francis Van den Eynde – www.deltastichting.be .