Uitreiking Orde van de Vlaamse Leeuw aan Lieve Gevers en Louis Vos
Historici en echtpaar Lieve Gevers en Louis Vos uitgebreid gelauwerd bij de uitreiking van de Orde van de Vlaamse Leeuw.
door Harry De Paepe – www.doorbraak.be
Het Aalsters stadhuis zat bomvol ter gelegenheid van de uitreiking van de Orde van de Vlaamse Leeuw aan Lieve Gevers en Louis Vos. Vele sprekers kwamen er aan het woord, allen zwaaiden lof toe en enkelen spraken ongemakkelijke waarheden uit. In het ruim opgekomen publiek zaten enkele eminente historici zoals Bruno De Wever (UGent), Emiel Lamberts (KU Leuven), Gustaaf Janssens (Algemeen Rijksarchief), Frans-Jos Verdoodt (ADVN), Helma Houtman-De Smedt (UA) en vele oud-studenten en -collega’s van Vos en Gevers.
De ontkrachting van mythes
Zoals het betaamt verwelkomde de gastheer van dienst, Aalsterse burgemeester Christoph D’Haese (N-VA), de toehoorders. Hij sprak glimmend van trots over het belang van de Vlaamse symbolen en hoe zijn bestuur die verdedigt in zijn stad. ‘In ’t verleden ligt het heden. In het nu wat worden zal’, citeerde D’Haese daarbij Albrecht Rodenbach. Een knipoog naar het onderzoek dat Lieve Gevers verrichtte naar deze belangrijke figuur in de geschiedenis van de Vlaamse Beweging.
Opmerkelijke en belangrijke spreker was Lode Wils. Deze eminente historicus die een groot deel van zijn wetenschappelijke onderzoekingen besteedde aan de Vlaamse Beweging schetste de academische carrières van Louis Vos en Liever Gevers. Daarbij speelde hij als hun vroegere Leuvense hoogleraar een belangrijke rol. Wils, die tijdens zijn carrière de polemiek niet schuwde, deed ook nu enkele rake uitspraken die enkele leden van het opgekomen publiek ongemakkelijk deed schuiven op hun stoelen. Emancipatorische bewegingen creëren eigen mythes die versterkt worden door de karikaturen die tegenstanders ervan maken. Zo ontstaat er een bepaald geschiedenisbeeld dat gewoon verkeerd is. Hij citeerde de Nederlandse historicus Pieter Geyl die stelde dat het de taak is van de geschiedschrijver om mythes te ontmaskeren. Louis Vos bestudeerde het leven van Geyl en door zijn studie van diens persoonlijke brieven werd duidelijk dat de Nederlander in de jaren 1920 Groot-Nederlandse dromen koesterde. Daarmee brak Vos de mythe van Geyl die na de Tweede Wereldoorlog het tegendeel beweerde. Wils wees erop dat de Vlaamse Beweging zich al te lang wentelde in dergelijke mythes – onder meer de slachtofferrol van Vlaamsgezinden die leidde tot de collaboratie – en ziet een deel van die Vlaamse Beweging dat nog altijd doen, ‘mythes planten zichzelf voort’. Hij verwees daarbij naar de IJzerwake. Het werk van Louis Vos en Lieve Gevers zorgde voor een academische zuivering van de Vlaamse mythes.
‘Baanbrekend werk’
Karl Drabbe, oud-student van Louis Vos en ook uitgever van Vos en Gevers, ging in zijn uitvoerige hulde verder in op dit thema. Hij vindt het verkeerd om de geschiedschrijvers van weleer uit en van de Vlaamse Beweging in de hoek te zetten, omdat ze geëngageerd waren. Daarbij verwees hij naar het citaat van Eric Hobsbawm dat wordt gebruikt om hen terecht te wijzen : ‘Geen enkele serieuze historicus die zich met naties en nationalisme bezighoudt, een toegewijd politiek nationalist kan zijn’. Maar Drabbe vervolledigde het citaat : ‘tenzij de historicus zijn of haar overtuigingen buiten beschouwing laat wanneer hij of zij de bibliotheek of de studeerkamer betreedt. Sommige nationalistische historici zijn hiertoe niet in staat gebleken’. Deze auteurs waren kinderen van hun tijd, met het referentiekader van toen. Zij effenden het pad voor de kritische historici zoals Lode Wils en later Louis Vos en Lieve Gevers. Het koppel leverde ‘baanbrekend werk’ schrijvend over de geschiedenis van de katholieke studentebeweging, de katholieke kerk in Vlaanderen en de Vlaamse Beweging. Het overgrote deel van de Vlaamse Beweging is vandaag in het reine met de donkerste bladzijden uit zijn geschiedenis door de ‘kilometers’ boeken en onderzoeken die de voorbije decennia verschenen. Drabbe wees erop dat het aan de andere kant van de taalgrens mager gesteld is met deze zelfkritiek over dat verleden. Het meest uitvoerige werk over de Waalse collaboratie is van een Brit – Martin Conway. Onder de oud-studenten van Louis Vos bevindt zich ene Bart De Wever. De geschiedenisprofessor liet de huidige toppoliticus kennismaken met de theorieën over het nationalisme van Miroslav Hroch. Dat vandaag de N-VA zijn mars door de instellingen houdt, is dus te danken aan de bevlogenheid van professor Louis Vos, knipoogde Drabbe. De eindredacteur van Doorbraak citeerde die Louis Vos nog die in het tijdschrift Hermes in 2011 verklaarde : ‘De voorbije jaren ben ik wel weer wat dichter bij het Vlaams-nationalisme komen te staan, hoewel je voorzichtig met dat begrip moet omspringen. Ik ben Vlaamsgezind omdat ik die geschiedenis ken en ik een aantal dingen onredelijk vind.’ Slotbemerking van Drabbe : er is niets verkeerd aan om met enige empathie je onderwerp te bestuderen, ook niet als historicus.
Engagement en blik op de toekomst
De uitleiding werd verzorgd door professor Matthias Storme, voorzitter van de Orde van de Vlaamse Leeuw. Hij ziet in de gehuldigde academici een geworteld engagement, geworteld in de jeugdbeweging. Het is dan ook geen toeval dat Lieve Gevers en Louis Vos zich verdiepten in de geschiedenis van de Vlaamse studentbeweging, waaruit later ook de KSA ontsproot. Storme merkte op dat de Verlichtingswaarde van de zelfontplooiing vandaag onder druk staat. Want die ontplooiing is alleen maar mogelijk in een breder verband : de gemeenschap, de natuur, de religie. De huidige consumptiemaatschappij brengt deze waarden in verdrukking. Nochtans zijn er geen democratische staten mogelijk zonder het bestaan van een nationale identiteit. Daarmee citeerde hij Louis Vos in een eerder interview voor Doorbraak.
Storme nodigde de burgemeester van Aalst en An De Moor, voorzitter van de Beweging Vlaanderen – Europa en van Vlaanderen Feest!, uit voor de uitreiking van de onderscheiding aan het echtpaar Louis Vos en Lieve Gevers. Zij hielden een uitgebreid dankwoord, waarbij Lode Wils ook werd bedankt voor zijn toevallige rol in het samenbrengen van het koppel. De twee historici voelden zich vereerd dat hun academische werk erkent werd door de beweging die zij kritisch bestudeerden en waarin ze geworteld zijn. En passant pleitte Lieve Gevers voor een herwaardering van wetenschappelijk onderzoek in de Nederlandse moedertaal voor een breed publiek.
An De Moor hield de slotrede en eerde haar twee vroegere collega’s van de KU Leuven. In haar toespraak benadrukte ze het belang van een duidelijke identiteit en een zelfbewustzijn. Zij gebruikte een persoonlijke anekdote om erop te wijzen dat op zich de afkomst niet van belang is, maar de gemeenschappelijke toekomst die je als natie deelt. Zoals de samengekomen toehoorders ten slotte zongen: ’tot statig als een eik, voor u ons volk herbloeit’.
Een portret van Louis Vos op Doorbraak (2011) en een eerder interview met Louis Vos in Doorbraak (2012).
Foto’s (c) Reporters