Ach, vijftig euro, dat stelt toch niks voor ?
De kleuterjuffen klagen. Maandelijks moeten ze om en nabij vijftig euro uit eigen zak betalen om hun lessen en taken te kleuren. Minister van Onderwijs Hilde Crevits speelt de onschuldige. Niet voor de eerste keer.
Joke Schauvliege was van bij haar aantreden als minister al aanleiding tot dijgeklets door haar dwaas gedaas, maar Hilde Crevits is in wezen een stuk erger. Als minister van Mobiliteit, wat slaat op Wegenwerken [2007-2014] deed zij zich voor als de grote weldoener. Ze zou grondig en definitief de kwaliteit van onze wegen verbeteren.
Om de haverklap verscheen ze op de televisie en poseerde voor een plek waar arbeiders aan een hels tempo de deklaag te lijf gingen. Als iemand van hen close in beeld kwam leek hij recht uit een mijn te komen. Terwijl madame Hilde er onder een laag pommade bij stond en de loftrompet stak over haar aanpak.
Nog voor zij als minister Wegenwerken voor Onderwijs had verruild, bleek dat zij niets anders had laten doen dan putjes vullen en barsten voegen. Wat zorgde voor een hobbelig wegparcours. Haar vullingen waren even schadelijk voor de fiets, moto, auto, truck dan de barsten en putjes. Maar ontkennen zonder zwart te worden, is niet iedereen gegeven. Het was altijd de schuld van de weggebruiker [overbelaste trucs], de ondernemer [dunnere deklaag dan werd beloofd]. Terwijl zij toch de politieke patroonheilige was van de automobilist en baas boven baas van de ondernemer. Een boer let op zijn kippen, maar Hilde Crevits enkel op haar lippen [read my lips].
Dat er momenteel zoveel wegenwerken op lange afstand en termijn zijn, bewijst het wanbeleid van Hilde Crevits als minister van Mobiliteit. Het putjes vullen heeft niets anders opgeleverd dan nog grotere putjes. Lapwerk is slapwerk. Haar beleid is er een geweest van geldverspilling. Het is verbazend hoe zij er al huppelend mee is weggekomen. Geen journalist van de radio, televisie, krant en weekblad die de vinger op haar wanbeleid heeft gelegd.
En dan nu is er de zaak van de alarmbel door de kleuterjuffen. Hilde Crevits als onderwijsminister speelt verbazing en pleit onschuld. Maar het feit dat ze wetenschappers zal laten berekenen hoeveel ouders precies moeten betalen voor hun schoolgaande kinderen, toont twee zaken aan. Eén, dat ze wel degelijk schuldig is. Ze schuift de zaak door naar de ouders, alsof zij schuldig zijn aan de extra kosten uit eigen zak voor het onderwijzend personeel. Twee, de kwestie laten onderzoeken door wetenschappers is niet meer dan het op de lange baan schuiven van het probleem. Wat haar een paar jaar winst oplevert. Want het bevel van minister-president Bourgeois is voor haar belangrijker dan de beurs van de kleuterjuf.
By the way, het probleem is er niet enkel in het kleuteronderwijs. Ook in de basis- en middenscholen moeten docenten in eigen zak tasten om de lessen aantrekkelijk te maken. Om de leerlingen en studenten alert te houden. Blijkbaar begrijpt Hilde Crevits niet, al denk ik dat ze het wel beseft maar niet wil toegeven, dat het snappen van een les veel vlotter gaat door de extra versiering. Begrijpen, leren is een kwestie van details. Wie de details verwaarloost, maakt het totale plaatje schemerig tot onzichtbaar.
Een juweel schittert maar door de omkleding : de ring, het halssnoer, de armband. Beide zijn dus evenwaardig. De sfeer van de kerstweek hangt moreel én financieel af van de presentatie. Welnu, daar moet het onderwijzend personeel voor opdraaien. De zienswijze van Crevits is een vernedering voor de kleuterjuf, de onderwijzer, de leraar. Wat meer is, een bewijs van een verregaande gewetenloosheid van de minister. Zij houdt zich aan het minimum, maar eist wel het maximum van haar slaven.
Hilde Crevits vindt dat de scholen voldoende werkingsmiddelen krijgen, maar voldoende is het nooit. Ze weet toch dat eender wat duurder kost dan aanvankelijk werd berekend, hoe secuur er ook is gelet op het ‘kostenplaatje’. Dat geldt voor de bouw van een huis, maar evenzeer voor de werking van een school. Zij zou haar betrokkenheid, haar geloof in het feit dat onderwijs bovenwijs is, kunnen aantonen door tussentijdse bijsturingen, en daar moet men bij de opmaak van het jaarlijks budget al rekening mee houden. Doe je dat niet, dan ben je een minister op krukken.
Tot slot : elke minister, minister-president of premier slaat op de grote trom als blijkt dat de kosten voor een product, een service, een dienst lager uitvallen. De burger bespaart ! Besparing ?! Door de extra kosten – klein voor een minister, groot voor de burger – zoals de toeleg op een lespakket, is er geen sprake van een hoger huishoudbudget. Voor de rijke burger is die toeleg peanuts, maar voor de arme een extra belasting. Door de schuld van Crevits & Company.
Foto’s (c) Gazet van Hove.