20 jaar na Het Sienjaal
Is er plaats voor linkse flaminganten in een nieuw progressief front ?
Onderstaand stuk verscheen in het septembernummer van Sampol, naar aanleiding van de twintigste verjaardag van Het Sienjaal, het radicaal-democratische project van Norbert De Baetselier en wijlen Maurits Coppieters.
De poging van Het Sienjaal om de linkse krachten in Vlaanderen te bundelen, verzonk helaas in het moeras van de toenmalige politieke actualiteit. De positie van links is er sindsdien niet op verbeterd. Toch is er nog hoop voor de Vlaamse linkerzijde, maar dan moet ze zich eerst bevrijden van enkele dogma’s en zich durven openstellen voor andere ideeën. Kortom : weer volop progressief en ook Vlaams durven zijn.
Defensieve kramp
De Vlaamse linkerzijde ligt voor pampus. Tenminste, dat is de algemene teneur bij politicologen, opiniemakers en andere experten. Na de jongste federale en regionale verkiezingen in 2014 werd nog geprobeerd om de opgelopen schade in een of andere context te plaatsen, maar al snel werd onomwonden gezegd en geschreven dat links in de touwen hing, stuurloos, zonder verhaal en zonder doel.
Zo erg is het echter helemaal niet. Na zoveel jaren deelname aan de macht, is het normaal om even de kluts kwijt te zijn als je plots in de oppositie terechtkomt. De reactie die daarop volgt, is dan ook een logische : je keert je in jezelf, probeert je aan de nieuwe situatie aan te passen. Wat uiteraard niet makkelijk is als je intussen van alle kanten onder vuur genomen wordt. Door de rechtse regering die je met alle zonden van Israël overlaadt (de ‘schuld van de sossen’) en de eigen achterban die je opjaagt om stevig weerwerk te bieden.
Dus rolde links zichzelf op als een egel en stak wild om zich heen. En zo zit het nu al een tijdje vast in een defensieve kramp, die elke verandering, elke vooruitgang, elke vernieuwing tegenhoudt. De kramp maakt links overgevoelig voor elke al dan niet vermeende aanval van zowel extern als intern en leidt tot overspannen reacties op elke vorm of uiting van kritiek. Oppositie voeren verliest daardoor aan effect. De nadruk ligt immers zo sterk op anti-rechts zijn dat er soms vergeten wordt om links te zijn. Neem bijvoorbeeld de hevige reacties op de steun van sp.a-voorzitter John Crombez voor het plan van zijn Nederlandse collega Samsom om asielaanvragen te controleren in Turkije. Of op de columns van Lukas Vander Taelen waarin die de zichtbare invloed van de islam in Brussel stevig op de korrel neemt. Van zodra er een zweempje ‘rechtsigheid’ opgemerkt wordt, wordt de deur van de verontwaardiging wijd open gezet en die van het debat stevig gesloten. Dat zijn gemiste kansen, want de zaken die hier aangehaald worden, zijn precies die waar de burger op dit moment mee worstelt en waarvoor die antwoorden zoekt.
Links en Vlaams
Religie en migratie
Een nieuw Sienjaal
Om te vermijden dat ook een tweede Sienjaal een stille dood sterft, moet links dus uit zijn defensieve kramp komen. Het grote en gevestigde links kan het project trekken, maar dan met voldoende openheid van geest en positieve ingesteldheid om alle linkse krachten er bij te betrekken en zelfs te steunen in hun ontwikkeling, zoals bijvoorbeeld de Vlaamsgezinde en de radicaal seculiere. Enkel zo wordt het perfect mogelijk om samen één sterk links front te vormen.
Foto’s (c) Reporters.