KONTICH

Bakkerij Sint-Rita uit de Pierstraat in Kontich ontving begin deze week het label ‘Erkend Ambacht’. Daarmee zijn zij de eersten uit de streek die die eer te beurt valt. De dichtstbijzijnde ‘concurrent’ met hetzelfde ereteken is gevestigd in Mechelen. In heel Vlaanderen hebben zeven bakkerijen dit keurmerk.

Het label wordt uitgereikt door de FOD Economie. Daarmee wil men de echte ambachtelijke producten beschermen en onderscheiden van de industrie. Bakker Ivan Gryp : ‘Dit is een belangrijke erkenning voor ons ambachtelijk werk. Ieder product dat wij produceren is uniek en met veel liefde gemaakt. Wij zijn bovendien een van de bakkerijen die het streekproduct Kontichse Specfour verkopen. Dit speelt in ons voordeel. Specfour werd in 1927 uitgevonden door een man uit onze gemeente, Jos De Backer.’

In 1940 moest De Backer, op bevel van de Duitse bezetter, zijn bedrijf sluiten. In 1951 werd het terug opgestart maar zonder veel succes. Specfour werd nog gebakken tot de beginjaren ’60. ‘In 2012 werd op initiatief van het gemeentebestuur en de Heemkundige Kring het oude recept opgediept en met aangepaste normen nieuw leven in geblazen. Het is een gevulde verrijkte speculaas met amaretto en een vulling van kokosnoot.’

Uiteraard verkoopt Gryp niet alleen Specfour. ‘We hebben het Kontichs Kontje (een praline), advocaat uit Aartselaar, honing en confituur uit Boechout en siroop uit Vremde. Manden met streekproducten worden op maat in onze winkel uitgestald.’ 

P1040105

Om dit keurmerk te ontvangen moest bakkerij Sint-Rita zich wel bewijzen. Zo moesten ze hun ambacht verdedigen bij een commissie van middenstandsverenigingen, FOD Economie en Volksgezondheid. ‘Uiteraard diende ik mijn diploma voor te leggen, samen met een uitgebreide motivatie. Ik heb vooral de nadruk gelegd op het feit dat er bij ons nog veel handenarbeid wordt verricht, iets wat in de industriële bakkerijen is verdwenen. Daarna moest ik het dossier in Brussel gaan verduidelijken. Het was net alsof ik voor een examencommissie kwam, maar gelukkig heeft men mij het label toegekend.’

De 42-jarige Yvan Gryp liep tot zijn negentiende school. ‘We woonden op 100 meter hier vandaan en ik besloot twee oude huizen te kopen, volledig af te breken en er met hulp van familieleden en vrienden mijn eigen bakkerij uit de grond te stampen. Op één jaar was de klus geklaard en dan moet je weten dat ik ’s nachts nog ging weken bij een bakker. In 1995 hebben we de zaak geopend.’

‘Tijdens de beginjaren zie je zwarte sneeuw. Je begint immers met nul klanten. Ik liet me goed begeleiden door een boekhouder, leverde kwaliteit en de zaak draait nu zeer goed. Ik heb twee deeltijdse winkelbediendes en een afwasser. Mijn vrouwtje Kristin (Brouwers), die hotelschool heeft gevolgd, steekt een handje toe waar het moet: zowel in de bakkerij als in de winkel.’    

Het echtpaar heeft twee kinderen maar die gaan zeker niet voor de opvolging zorgen. ‘Ik heb een zoon van achttien, die chemie studeert, en een dochter die één jaar ouder is en voor verpleegkundige gaat. Enerzijds vind ik het jammer dat zij niet in mijn voetsporen willen treden, maar ik begrijp het wel. Een overnemer vinden zal niet evident zijn.’

Bakker Ivan bekijkt de toekomst van de warme bakkers met gemengde gevoelens. ‘Binnenkort wordt de vestigingswet afgeschaft, een Europese maatregel. Hierdoor mag iedereen die dat wil brood verkopen. Toch zullen ambachtelijke bakkerijen blijven bestaan. Mensen willen op zondag blijven ontbijten met de pistolets op tafel.’

(EM)

P1040104

Brood- & Banketbakkerij “Sint-Rita”, ‘Waar kwaliteit een prioriteit is’, Pierstraat 22 in Kontich, www.bakkerijstrita.be .

Foto’s (c) Gazet van Hove.