Edegem

Eind 2018 dienden de gemeente Edegem, Kempens Landschap en het Agentschap voor Natuur en Bos bij de Vlaamse overheid een premiedossier in voor de restauratie van het classicistische kasteel van Hof Ter Linden. De werken werden daarin op 4,1 miljoen euro geraamd. Op 23 mei 2019 meldde Vlaams minister-president Geert Bourgeois, bevoegd voor onroerend erfgoed, dat de Vlaamse Overheid hierin een belangrijk aandeel zal bijdragen.

Wat vooraf ging

De geschiedenis van Hof Ter Linden kan worden ingedeeld in drie belangrijke fasen. Het domein ontstond in de 13de eeuw. Een omwalde en versterkte hoeve domineerde toen het goed. Later (16de – 17de eeuw) werd dit gebouw vervangen door een zogenaamd hof van plaisance in renaissancestijl. Tenslotte werd in de tweede helft van de 18de eeuw het hele domein heraangelegd met een classicistisch kasteel, bijgebouwen en een park. Tot vandaag is het domein grotendeels in die staat bewaard gebleven.

In 2012 kochten de gemeente, Kempens Landschap en het Agentschap voor Natuur en Bos het domein uit privéhanden om er een grotendeels toegankelijk park van te maken waar zoveel mogelijk bezoekers van kunnen genieten. Ze kregen daarbij belangrijke financiële steun van de provincie Antwerpen. Sindsdien zijn er al diverse grote investeringen gebeurd: de toegankelijkheid van het beschermde binnenplein werd aangepakt, de vijverbalustrade en de trap werden opgeknapt, de monumentale poort werd gerenoveerd en er kwamen nieuwe trage wegen door het domein. Beide koetshuizen zijn volledig gerestaureerd en kregen een nieuwe functie in samenwerking met private partners. En begin dit jaar nog werd een vlonderpad aangelegd, dat de westelijke trage weg afmaakt.

Kempens Landschap en de provincie Antwerpen hebben de afgelopen jaren intensief gewerkt aan een geïntegreerd erfgoed- en natuurbeheerplan, dat de visie en werken voor de komende 24 jaar vastlegt voor het parkdomein en de gebouwen. Eén van de grootste werken wordt de restauratie van het belangrijkste gebouw op de site: het kasteel. Dat plan werd in december 2018 goedgekeurd door de Vlaamse administratie. Dat was een noodzakelijke stap om in aanmerking te komen voor de subsidies voor de restauratie van het kasteel.

Met deze belangrijke financiële ondersteuning kan zowel het exterieur als het interieur van het kasteel een grondige opknapbeurt krijgen. Dat is nodig; want zolang het niet wordt gerenoveerd, gaat de staat van het gebouw er ieder jaar een beetje op achteruit.

De premie is dus bedoeld voor de restauratie van zowel de buitenzijde als de binnenkant van het gebouw. Hiermee wordt het kasteel klaargemaakt voor de toekomstige uitbating. Bij de renovatie zal onder andere aandacht besteed worden aan de toegankelijkheid voor minder mobiele bezoekers. Het gelijkvloers van het kasteel wordt bereikbaar gemaakt door een soort van platformlift en er wordt sanitair voor andersvaliden voorzien. De toiletten voor validen komen in de kelderruimte, waardoor we deze ruimte waterdicht moeten maken.

Bij de restauratie van dergelijk oud gebouw vol erfgoedwaarde wordt er bovendien bekeken hoe dit op de best mogelijke manier energiezuiniger kan gemaakt worden. Zo komt er speciaal verdund dubbel glas in de ramen. Via specifieke leien en panelen op de onzichtbare delen van het dak zal er zonne-energie benutten kunnen worden om water op te warmen.

Prijskaartje

Het kasteel beschikt over een waardevol interieur. De gelijkvloerse verdieping is uitgevoerd in Lodewijk XVI-stijl. De ronde zaal, met haar indrukwekkende parketvloer en de typische classicistische versieringen, is een pareltje. Maar ook elders in het kasteel zijn er prachtige vloeren en heel wat muren met waardevolle marmerimitaties terug te vinden. Dit zijn zeer specifieke elementen die met de grootste zorg en precisie gerestaureerd zullen worden. Vanwege de hoge erfgoedwaarde van het gebouw en het zeer waardevolle interieur, is het kostenplaatje van de totale restauratie niet gering. De raming bedraagt 4.121.030 euro. Met de toezegging van de Vlaamse subsidies, is de toekomst van het kasteel veilig gesteld.

Foto’s (c) Gazet van Hove.