Frans-Jos Verdoodt over Cyriel Verschaeve als de ‘Opperste Geestelijke Leider’ van Vlaanderen

Cyriel Verschaeve, tot in onze tijd haalt hij het nieuws. Een controversiële priester-dichter met nog steeds verschillende straatnamen in Vlaanderen. Hoe komt dat toch ? De vzw Kapelaan Verschaeve houdt het onderzoek naar die vragen open en levendig. Met een tentoonstelling en een colloquium over Verschaeve. Niet die van de Eerste Wereldoorlog, maar die van na de Tweede. Toen hij in Oostenrijk leefde als ‘vrijwillige banneling’.

We zijn op bezoek bij Frans-Jos Verdoodt. Hij spreekt over Cyriel Verschaeve op het colloquium en is er al een heel academisch leven mee bezig. We gaan met Verdoodt op zoek naar een beeld van Verschaeve. Zijn zelfbeeld van martelaar werd overgenomen in Vlaanderen waar de controversiële priester een soort Heilige werd. Een messiasfiguur, die de verlossing naar Vlaanderen had kunnen brengen, maar werd afgewezen, tenzij door een groep gelovigen. Hoe kan zo iemand zo populair blijven ?

SS-Division “Hitlerjugend”

Frans-Jos Verdoodt : ‘De populariteit van Verschaeve was gigantisch en onbetwist tot aan de Eerste Wereldoorlog. Daarna was ze nog altijd gigantisch maar niet onbetwist. Binnen de Vlaamse Beweging was er toch een zekeren onenigheid, tussen Verschaeve en het IJzerbedevaartcomité bijvoorbeeld.  Dat werd versterkt toen hij in de oorlog radicaal voor de SS kiest. Dat was niet naar de zin van het VNV. Na de oorlog was Verschaeve puur controversieel. Hij had zwaar gecollaboreerd. En is daar ook voor veroordeeld.’

Banneling Verschaeve

Maar toch hing zijn portret nog in menig Vlaamsgezinde huiskamer.

‘Dat klopt, dat bleef. Er is een decalage. Verschaeve wordt in ‘44 weggebracht. Op bevel van de SS wordt hij naar Duitsland in veiligheid gebracht. Hij komt dan eerder toevallig na een zwerftocht in Tirol in Solbad Hall. Geen mens weet hoe hij daar geraakt is. Dat is een vraag die enkel nog door een toevallige ontdekking van een bron kan opgelost worden. Zelfs dé specialist Romain Vanlandschoot, kan het niet verklaren. Verschaeve van In Tirol een vrijwillige balling. En dat heeft de bewondering doen toenemen. Hij was een banneling. Hij moest ver van Vlaanderen leven.’

Ondertussen was hij ook veroordeeld.

‘Dat klopt in 1947 is hij ter dood veroordeeld. Dat heeft hem voor de niet-flaminganten definitief besmet gemaakt. Daarvoor was er nog erkenning voor de rol die Verschaeve had gespeeld in de Eerste Wereldoorlog en voor zijn literaire werk. Een gerenommeerd spreker ook, die Vlaamse Beweging een zeker karakter had gegeven.’

De katholieke kant van die beweging dan.

‘Wel katholiek zou ik dat niet zomaar noemen. Zeker wel integristisch : Vlaanderen zal het door God geschapen katholieke land zijn. Later komt daar bij : onder bescherming van de Duitsers, bevrijd van het communisme. Vandaar dat Verschaeve actief ging werven voor het Oostfront. Verschaeve blijft er tot zijn dood van overtuigd dat Vlaanderen in de steek gelaten is en ten onder zal gaan. Vlaanderen heeft zijn kans niet gekregen. En Duitsland, de grote beschermer die ons van het communisme moest vrijwaren, is verloren. In die redenering vindt Verschaeve dat de geallieerden een zware fout hebben begaan door Duitsland niet te beschermen tegen Rusland. Dat is zijn visie gebleven tot het einde van zijn leven. Zo dacht hij daar in Solbad Hall.’

Ondergang van het Avondland

Hij bleef lang geloven in een overwinning van Duitsland.

‘Ik zal u daar eens een voorbeeld van geven. Verschaeve maakte in Duitsland deel uit van de Landsleiding, een soort Vlaamse regering mocht het Ardennenoffensief lukken. Die mannen moeten altijd maar verhuizen door de oorlogsomstandigheden. Kerstdag vieren ze in Ausich, Bohemen. Verschaeve zit daar in een kasteel. Hij zit daar alleen. Terwijl de anderen alweer hun koffers pakken omdat de Russen naderen. Hij blijft tot begin april in dat kasteel. En ook daar blijft hij zijn ideeën verdedigen en blijft schrijven alsof het nog kan keren voor Duitsland. Zelf een brief voor Himmler schrijft hij er nog, terwijl de geallieerden al voor de poorten van Berlijn staan. Maar Verschaeve bleef schrijven en denken zoals hij dat de hele oorlog had gedaan. Nu wel met in de achtergrond de tragiek van het verlies. In de oorlog had hij de vaste overtuiging dat Duitsland de oplossing zou zijn voor het nieuwe Europa. Eens de oorlog voorbij is, beschrijft hij de val, het verlies, de teloorgang. Het verhaal is over.’

Hij moet toch beseft hebben dat hij een prijs zou betalen.

‘Neen. Besef misschien wel. Maar wat je beseft schrijf je daarom niet. Zijn veroordeling zal hij als het grote onrecht van de geschiedenis gezien hebben. Hij, de ziener, veroordeeld. Samen met de vaststelling dat de geallieerden het grote plan hebben gedwarsboomd en de wanorde over Europa hebben afgeroepen.’

De ondergang van het avondland.

‘Niet met die termen, maar daar komt het op neer. Het communisme zou heel Europa inpalmen, zag hij en alles was voorbij. Voor hem ging het om de ineenstorting en de tragiek van dat verlies, maar ook dat zijn visie juist was. Hij zegt op het einde als hij daar zit, “Ik heb heel mijn leven hetzelfde gezegd aan de Duitsers en aan de Vlamingen”. Een zwaarwichtige uitspraak. “In Vlaanderen wist men hoe ik dacht. Dat heb ik ook aan de Duisters gezegd en nu stort dat in elkaar.” Nergens heb ik een reflectie gelezen van Verschaeve waarin hij zich de vraag stelt of hij fouten heeft gemaakt. Hij ging ervan uit dat hij de ziener was geweest, die een betere en juistere wereld zag, onder leiding van Duitsland. En zo kom je snel bij die oude romantische bewering van de botsing tussen het Oosten (de Russen en het communisme) en de Westerse beschaving.’

Martelaar en Messias

Met die hele geschiedenis is het toch verwonderlijk dat hij zo populair blijft in Vlaanderen.

‘Dat is de tweede kant van de zaak. Er is rond Verschaeve altijd een soort cultus geweest bij de meisjesbonden en katholieke en nationalistische jeugdbewegingen. Onderschat niet dat Verschaeve doctor Honoris Causa in Leuven is uitgeroepen, die cultus was er al voor de WOII. Die figuur sprak de jeugd blijkbaar aan. Die cultus heeft na WOII een doorstart gekend, versterkt door het martelaarschap.’

Paste dat dan in de retoriek rond de repressie ?

‘Dat paste erbij, maar het was er een zijtak van die veel verder terugging, tot WOI. Uiteraard was het een deel van de repressie. Het idool van WOI. Heel die integristische visie van AVV-VVK dat was Verschaeve. Dat werd versterkt doordat hij martelaar en vluchteling was. Alleen, ver van het vaderland. Verschaeve werd door de doorstart van die cultus het bindmiddel voor die jonge generatie van Vlaams-nationalistische bewegingen. Die was heel verdeeld, met hier en daar groupuscules. De martelaar Verschaeve was de bindende figuur. En zo rijpt de idee om op bedevaart te gaan naar het graf van Verschaeve. Tirol had ook een goede klank in Vlaams-nationalistische milieus. Dat was mooi meegenomen. Dat idee van die bedevaart wordt versterkt door de financiële steun en medewerking van Broederband als typische repressieorganisatie. In 1950 start dat en tot 1958 loopt dat zeer vlot. Van dan af valt het stil. De belangstelling valt weg, de inspiratoren van het begin zijn geen jeugdleiders meer. In dat stilvallen past ook dat laatste bezoek van de VMO die Verschaeve in 1973 uit zijn graf haalde in Solbad Hall en terugbracht naar Vlaanderen.’

Maar op het colloquium staat de Verschaeve van Solbad Hall centraal.

‘Op het colloquium richten wij ons op de vraag waarom en wat schreef Verschaeve als banneling. Er zat in die man duidelijk een vervreemdingsfactor. Hij blijft tot het laatste overtuigd dat de geallieerden hun fout zullen inzien. Dus is de eerste vraag, waarom schrijft hij daar als banneling, wat hij schrijft. Opvallend is dat wat hij daar schrijft testamentair is. Het is een soort afscheidsliteratuur. Wat hij deed en waarom. De afstand tussen de Verschaeve daarvoor en die in Solbad hall wordt groter.’

En daarnaast is er ook aandacht voor zijn schaduw in Vlaanderen.

‘Een tweede onderzoek is die bedevaarten. Dat is een doorstart zoals ik zei. Maar er zit nog meer in dan dat. Het is ook een cultiveren van de verlosser. Verschaeve is een martelaar, maar het gaat nog verder, hij had de verlosser kunnen zijn. Als zijn ideeën bewaarheid zouden zijn, zou Vlaanderen verlost zijn. Men gaat op bedevaart naar diegene die Vlaanderen had kunnen verlossen. Als klap op de vuurpijl organiseert men in Gent een grote nationale Verschaeve hulde. Dat moet de band met de verlosser van Vlaanderen nog beter weergeven.’

Operatie Brevier

Eindigt het daar dan ?

‘Neen eigenlijk niet. Verschaeve wordt na de verlosser een soort “eeuwig terugkerende” hij is niet dood, hij keert eeuwig terug. Verschaeve is iemand wiens leven zal terugkeren. Een messianistisch figuur. En daar draaien die bedevaarten om, eerst het lijden en de martelaar en dan die verlosser die zal terugkeren. In die geest moet je volgens mij die roof in 1973 zien.’

Die roof van het lijk van Verschaeve, bekend geworden onder de naam Operatie Brevier, is nog zo’n onvoorstelbare geschiedenis.

‘Dat is het inderdaad. Ze hebben daarbij vooral veel geluk gehad. Ze waren niet zo goed voorbereid en toch zijn ze met dat lijk twee grenzen voorbij geraakt. Ze hadden dan contact met de pastoor van Deerlijk, en die heeft eerst bemiddeld. Het lijk is dan naar een abdij gebracht. Het was de bedoeling om triomfantelijk met het lichaam van Verschaeve op de IJzerbedevaart van 1973 te verschijnen. Dat was een slecht plan. De bedevaarder van 1973 is niet meer de bedevaarder van 1939 en verder. Er is toen heel veel over en weer gebeld en er is een deal gemaakt ook met de hulp van de abt en enkele katholieke politici. De staatsveiligheid stopte met de klopjacht en beloofde de ontvoerders niet te straffen op voorwaarde dat ze het lichaam zouden afstaan om het te begraven. Met de bekende gevolgen, Verschaeve ligt nu in Alveringem onder een laag beton.’

De laatste begrafenis van Verschaeve.

‘Toen was het gedaan. Ik schreef toen voor de Wij, het weekblad van de Volksunie en ben toen naar de begrafenis gegaan. Daar waren maar 40 tot 50 mensen. Dat kwam over als het laatste eerbetoon. Maar er hing een grote opluchting. Het was van de baan. Verschaeve kon eindelijk bekeken worden zoals hij was. Toen kon Vanlandschoot aan zijn werk beginnen en Verschaeve beginnen bestuderen, wat uiteindelijk tot zijn biografie zou leiden. En ook nu is er nog onderzoek.’

In Alveringem

Ook het huis van Verschaeve in Alveringem is een museum geworden.

‘De vorige opstelling was een eerbetoon aan Verschaeve, nu is het een museum. Het hagiografische is nu historisch respect geworden. Ter plaatse is hij nog altijd een belangrijk Alveringemnaar. Hij was een belangrijk figuur, controversieel, maar dat wordt bestudeerd. Er is daar de gedachte aan iemand die in Vlaanderen een belangrijke rol heeft gespeeld vanuit Alveringem.’

Verschaeve maakte indruk op mensen, hij kon ze met een paar woorden voor zich winnen.

‘Hij ligt aan de basis van zijn eigen cultus. De “geestelijke leider van Vlaanderen” was hij. De Duitsers maakten van Verschaeve een soort Ayatolla Khomeiny van Vlaanderen. De opperste geestelijke leider. Maar hij was ook een charismatische figuur, een priester. Die ook plaatselijk in Alveringem als een martelaar werd gezien. Een banneling in Alveringem. De mensen zagen hem als die heel grote dichter die onderpastoor moest blijven in Alveringem. En zijn taak was zieken bezoeken en stervenden begeleiden. Een slachtofferrol voor iemand met veel charisma. U moet maar eens filmpjes bekijken van toespraken die hij gaf. In zijn priesterkleed, met zijn brilletje op de neus… Dat maakte indruk op de mensen, tot ver buiten Alveringem.’


De vzw Kapelaan Verschaeve organiseert op zaterdag 9 november 2019 een colloquium,
onder de titel ‘Solbad-Hall : 70 jaar later’. 70 jaar na het overlijden van Cyriel Verschaeve wil onze vzw, in samenwerking met de gemeente Alveringem, op basis van recent onderzoeksmateriaal een controversiële periode uit het leven van Cyriel Verschaeve nader belichten.

Programma :
– 10u30: Neerleggen van een bloemstuk op het graf van priester-dichter Verschaeve door de voorzitter van de vzw Kapelaan Verschaeve
– 10u45: Opening van de tentoonstelling in de kerk van Alveringem
* Toelichting bij de tentoonstelling door de curator, ADVN
* Opening tentoonstelling door Gerard Liefooghe, Burgemeester in Alveringem
– 12u30: Broodjeslunch in Gemeentehuis ‘Hof van Wyckhuize’
– 13u30-14u30: Mogelijkheid tot bezoek aan de Kapelanij Verschaeve
– 14u45-16u: Colloquium ‘Solbad-Hall: 70 jaar later’ in OC De Kwelle, Sint-Rijkersstraat 20, Alveringem
* Referaat 1: ‘De exilaantekeningen van Verschaeve tussen 1945 en 1949’ door Romain Vanlandschoot, Historicus van de Vlaamse Beweging
* Referaat 2: ‘De bedevaarten naar Solbad-Hall en de naoorlogse beeldvorming van Verschaeve’ door Aragorn Fuhrmann, Wetenschappelijk onderzoeker ADVN
* Algemene besluiten van het colloquium door Prof. Dr. Em. Frans-Jos Verdoodt
– 16u15: Oproep tot de receptie door Gerard Liefooghe, Burgemeester in Alveringem

Inschrijven :
Inschrijven kan via mail aan koen.bultinck@skynet.be

De kostprijs voor deelname aan de volledige dag en de lunch is € 20,00 / persoon. Enkel deelnemen aan het colloquium kost € 10,00 / persoon. Overschrijven naar BE82 4766 1017 6168 t.a.v. vzw Kapelaan Verschaeve, O.L. Vrouwstraat 11, 8600 Diksmuide.

Tentoonstelling :
De tentoonstelling in de kerk van Alveringem is open van :
9 tot en met 11/11/2019 en 15 tot en met 17/11/2019, telkens van 10.00u. – 17.00u.
Vanaf 1 december is de tentoonstelling te bezoeken in het ADVN in Antwerpen.

Pieter Bauwens
Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak.