- Cees van Hoore & Arnold Karskens, Voor verraders zou geen plaats zijn… Uitgeverij Aspekt, 2020, 188 blz., ISBN 9789463388818, € 16.95 .
Dit boek toont hoe 75 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog bepaalde nazi-jagers collaborateurs en oorlogsmisdadigers najagen. Het voorliggende essay, geschreven door twee Nederlandse nazi-jagers, geeft hiervan verslag. Ook krijgen we een beeld van hoe de Nederlandse justitie op dat vlak tekort schoot.
Cijfers
Zo’n miljoen mensen hebben aan Duitse zijde actief deelgenomen aan misdrijven tegen de menselijkheid. Deze misdaden kostten naar schatting tussen de elf en zeventien miljoen mensen het leven. Van de daders zijn er ongeveer 20.000 schuldig verklaard. Een paar duizend onder hen kregen een straf van meer dan drie jaar cel opgelegd. In het voormalige West-Duitsland legde men in de jaren 1960 en 1970 ongeveer 140.000 strafdossiers aan van kampbewakers, SS-beulen, leden van liquidatiecommando’s… Dat leidde tot 6.656 vervolgingen. Het gros hiervan, namelijk 4.993 personen, kreeg maximaal twee jaar gevangenisstraf opgelegd. Daarnaast werden 164 personen wegens moord veroordeeld.
Geen heldenrol
De trage start van de vervolging net na de oorlog in 1945 kostte veel tijd, en concurrerende onderzoeksinstanties gunden elkaar het daglicht niet. Daarnaast speelden economische belangen met Duitsland een rol. Na de oorlog groeide de Duitse Bondsrepubliek algauw uit tot de belangrijkste handelspartner van Nederland. Ook woedde er tussen 1945-1950 een koloniale oorlog in Nederlands-Indië. De daar gepleegde oorlogsmisdaden, die in het boek verder niet aan bod komen, dempten het enthousiasme om in het vaderland de moraalridder te spelen. Tot slot kreeg de Bondsrepubliek in de Koude Oorlog als ‘frontstaat’ binnen de NAVO een belangrijke rol toegespeeld. Heel wat voormalige Wehrmacht-officieren (ook van de gewezen Waffen-SS) hadden een wezenlijke rol bij de opbouw van de Bundeswehr.
Barmhartigheid
Het duurde dan ook niet lang voor tal van oorlogsmisdadigers gratie kregen. ‘Barmhartigheid’ werd een sleutelwoord. Zelfs als de veroordeelden (Duitsers en Nederlanders) geen spijt hadden betuigd.
Hoeveel Nederlanders en in Nederland gelegerde Duitse militairen die zich te buiten zijn gegaan aan oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en (land)verraad ongestraft zijn gebleven, is volgens het duo Van Hoore en Karskens moeilijk te beantwoorden. Het moeten er tienduizenden geweest zijn. Rond tweeduizend Nederlandse collaborateurs, verdacht van verraad, doodslag of moord, werden nimmer vervolgd of gevonden. Onbekend is ook hoeveel er heden nog in leven zijn. De auteurs menen hoogstens een tiental. En die zullen wel nooit meer gevat worden. Toch willen ze hun ‘jacht’ verderzetten.
Genegeerd
De conclusie van beide auteurs is dan ook niet mild voor de Nederlandse staat en zijn politici naar aanleiding van de 75ste verjaardag van het einde van de Tweede Wereldoorlog: ‘Het is triest en hard. Bij de vervolging van de misdadigers hebben de Nederlandse staat en zijn politici forse steken laten vallen. Daarom past bij het jaarlijks herdenken van de Tweede Wereldoorlog een excuus naar de kwart miljoen slachtoffers voor wie het zoeken naar de moordenaars is genegeerd of botweg is tegengewerkt’.
Het boek werd sober uitgebracht. Een register ontbreekt, en dat ondanks de vele namen.