Hoe de democratie zichzelf de das omdoet
Een deel van de democratisch verkozen politici van traditionele partijen hebben de zucht naar populisme aan zichzelf te wijten. Beroepspolitici die zich met uitgestreken gezicht plegen voor te stellen in de media en daarbij niet schuwen hun hoogstaande ethische principes zwaar te onderlijnen, delven gezamenlijk het graf van het democratische staatsbestel. Vooral wanneer zij zich naderhand zonder verpinken laten omkopen en uitgebreid de nobele sport van de zelfverrijking beoefenen. In mijn ogen komt precies van daar de wereldwijde neiging naar autocratische leiders, die in al hun eigendunk tenminste authentiek zijn.
Verkozen mooipraters
Je kan Donald Trump veel verwijten, maar niet dat hij huichelachtig is. De Donald heeft er nooit een geheim van gemaakt dat hij aan politiek doet uit eigenbelang. De modale burger verkoos, in de voorlaatste federale verkiezingsronde in de VS, diens directheid boven zijn rivale Hillary Clinton. Die dame leek wel volledig uit plastic opgetrokken en kwam in de media bijzonder gekunsteld en afgelikt over. Datzelfde geldt evenzeer voor een Filip Dewinter of een Jean-Marie Dedecker, om maar korter bij huis te blijven. Ze zijn niet onmiddellijk moeders mooiste en hanteren de tactiek van het betere straatgevecht. Maar ze halen veel stemmen omdat ze tenminste veruitwendigen waarvoor ze staan. De kiezer, die de fratsen begaan door democratisch verkozen mooipraters stilaan beu wordt, verkiest thans blijkbaar dit soort stijl.
Jawel, op een ogenblik dat iedereen de mond vol heeft over influencers lijkt het wel of voorbeeldgedrag uitsluitend van toepassing is op jonge ambitieuze consumenten, popsterren of, God betere het, profvoetballers. Maar één beroepscategorie die zich ter zake aangesproken zou moeten voelen is alvast de politieke klasse – waarbij de daden heel anders ogen dan de woorden. Ter illustratie enkele exemplarische verhalen.
Schuinsmarcheerders
Dit titelde De Tijd op 25 januari. De ondertitel loog er niet om: ‘Gebroken beloften en een politieke klasse die elke verantwoordelijkheid van zich af schuift. Dat voedt het monster van de antipolitiek.’ Deze teneur was nochtans niet terug te vinden in een artikel op enkele pagina’s daarvoor, waar de krant het had over de schuinsmarcheerderij van de Waalse Marc Coucke, namelijk François Forenieri . Jawel, wanneer het gaat over zelfbediening, is de PS doorgaans niet ver uit te buurt.
Het betreft hier de Nethys-affaire, waar de heer Stéphane Moreaux evenzeer een belangrijke rol speelde (de krant maakte gewag van een ‘creatieve boekhouding’, een eufemisme voor regelrecht bedrog). De Standaard titelde op 28 januari : ‘Toen Moreau in 2018 definitief aan de deur werd gezet bij Nethys, had hij 11,6 miljoen euro mee gegrabbeld’, en onderstreepte onomwonden dat die man ééµµeen van de tenoren was van de plaatselijke PS. Blijkbaar kan dit gedrag die partij niet veel schelen.
Schandalen, corruptie, cliëntelisme
Nog iemand verwonderd dat onze Waalse kiezersvrienden eerder hun oor te luisteren leggen bij de extreem-linkse evenknie van onze PVDA dan bij de PS ? Die laatste partij heeft zelfverrijking nog net niet in haar statuten heeft ingeschreven, maar blijkt die in de praktijk een stuk belangrijker te vinden dan de klassenstrijd (die daar wel in staat). De partij kan alvast bogen op een illustere reeks van schuinsmarcheerders : Jean-Claude Van Cauwenbergh, José Happart, ‘peetvader’ André Cools, Guy Mathot en vele anderen. In hun ogen kwam het Waalse socialisme neer op : ‘Schandalen, corruptie, cliëntelisme’.
In een commentaar op de PS-mentaliteit van heden ten dage lezen we : ‘Op lokaal niveau hebben de recente schandalen nog maar eens aangetoond dat Di Rupo & Co geen andere partijen nodig hebben om het vertrouwen dat mensen hen hebben gegeven te beschamen’. En wat verder in deze beschouwing: ‘In Charleroi, Bergen, Namen, Brussel en in Luik, in de sociale huisvestingsmaatschappijen, sport, afvalmaatschappijen etc… heeft de PS met haar lokale burgemeesters, bestuurders en partijmensen aangetoond dat ze zich niets aantrekt van de bevolking.’
De collusie van de Italiaanse politiek en de maffia
Er bestaan voldoende argumenten om vol te houden dat het populisme als politieke stroming pas vorm kreeg toen Silvio Berlusconi de macht verwierf in Italië. De man zette daarmee de toon voor vele Westerse landen. De operatie Schone Handen (die haar naam kreeg van een gelijknamige Nederlandse misdaadthriller uit 2015, geregisseerd door Tjebbo Penning) leidde tot het brandmerken van de klassieke Italiaanse politieke partijen.
In de eerste plaats ging het daarbij om de christendemocratische, maar die werd al snel gevolgd door de socialistische. Zij waren dan ook een gemakkelijk slachtoffer : de banden met de georganiseerde misdaad waren bij hen nooit ver weg, en Italiaanse toppolitici van toen (de corrupte socialist Craxi) stonden algemeen bekend als bij uitstek omkoopgevoelig. Maar ook de christendemocratie liet zich op dit vlak niet onbetuigd. Iemand verwonderd dat die partij jaren later volledig de geest heeft gegeven in Italië ?
Als het establishment het volk verwaarloost…
En dan krijgt mevr. Assita Kanko gelijk, die in De Standaard van 26 januari liet weten : ‘Als het establishment het volk verwaarloost, grijpen populistische figuren hun kans, grote persoonlijkheden die weten hoe ze een menigte kunnen opzwepen en beïnvloeden.’ Zo kan het gebeuren dat onze Franstalige landgenoten, zich van de Parti Socialiste afkeerden, het wanbestuur van deze dominante partij indachtig, en in groten getale op de PTB stemmen.
Dat wijst erop hoezeer de mensen het spektakel van de geconsacreerde politieke partijen beu zijn, want wie stemt voor extreemlinks ? Toch niet als je enig gezond verstand bezit : nooit heeft een land bestaan, dat zich liet inspireren door het marxisme/communisme, dat niet verworden is tot een regelrechte dictatuur. Het ging dan steevast over samenlevingen waarin het volk alle vrijheid ontnomen werd en de levensstandaard erg laag bleef. Nog een mooi citaat uit de column van mevr. Kanko : ‘Als politici de brug niet willen slaan naar elkaar, dan steekt het volk die brug in brand’. Daarmee zijn wij in ons land momenteel druk bezig.