Grote woorden ter gelegenheid van 20 jaar N-VA
Dat de N-VA vorige week haar twintigste verjaardag in Plopsaland vierde, kan geen toeval zijn. Het themapark van studio 100 in De Panne vierde vorig jaar eveneens haar twintigjarig bestaan. Na de doffe coronaperiode tracht Plopsaland een nieuw elan te creëren door de eerste Extreme Spinning Coaster van Europa te openen. Deze achtbaan werd ‘The Ride to Happiness by Tomorrowland’ gedoopt. Geen wonder dat Bart De Wever en Valerie Van Peel zich aan een ritje waagden. De partij zit al een tijdje in een dipje en hoopt met nieuwe vergezichten en passende communicatiestrategieën de dynamiek van 10 jaar geleden terug te vinden.
‘De kracht van verandering’
De partij worstelt met een geloofwaardigheidsprobleem en is koortsachtig op zoek naar een tweede electorale adem. ‘N-VA heeft communautair nog niets verwezenlijkt’, verklaarde Bart Maddens vorige week in het Nieuwsblad. ‘Ik moet vaststellen dat we met de N-VA nog te weinig konden veranderen’, vulde De Wever aan.
Door de aaneenschakeling van verkiezingsoverwinningen denderde een gele vloedgolf aan mandatarissen doorheen de vele instellingen die het land rijk is. Nog nooit was een naoorlogse Vlaams-nationale partij zo verweven met de macht als de N-VA. In De afspraak op vrijdag klopte Founding Father Geert Bourgeois zich op de borst over de vele verwezenlijkingen die hij als minister-president verwezenlijkte, maar het valt niet te ontkennen dat Jan Jambon toch wel een erg vale indruk geeft.
Vooral in de ruimere Vlaams-nationale kringen – de biotoop bij uitstek van Jan Jambon – krijgt de gewezen voorman van de Vlaamse Volksbeweging de wind van voor. ‘Deze Vlaamse regering is al bijna twee jaar bezig en het wordt stilaan tijd dat ze haar relevantie toont’, stond deze week op de cover van ’t Pallieterke te lezen. Hendrik Vuye was voordien mogelijks nog scherper: ‘”Sterke jan” krijgt ook niets gerealiseerd en is bovendien stilaan de Guust Flater van de Belgische politiek. Het steekt dat de N-VA niet kan wat de CVP wel kon met Gaston Geens en Luc Van den Brande : Vlaanderen op de kaart zetten.’
Hilde Roosens (VVB) nodigde de Vlaamse Regering uit om ‘assertiever de grenzen van haar bevoegdheden’ op te zoeken, ‘zoals de Franstaligen doen’. ‘De kracht van verandering’ was een krachtige slogan, maar bleek meer communicatie dan realiteit.
De nieuwe CD&V
Volgens Jan Callebaut is N-VA de nieuwe CD&V. Een tijdlang kon de partij zich associëren met leiderschap en goed beheer in verschillende dossiers. Maar met de verkiezingen van mei 2019 leed de N-VA een spectaculaire verkiezingsnederlaag en werd het Vlaams Belang plots weer relevant. De N-VA heeft haar aureool als succesvolle beleidspartij verloren en weegt op federaal vlak op zowat geen enkel dossier meer.
Om haar geloofwaardigheid wat overeind te houden wordt de grote staatskundige doorbraak in 2024 naar voor geschoven. Wallonië bloedt financieel stilaan dood. Een historisch compromis met de PS moet confederalisme mogelijk maken. Daarvoor heeft De Wever een grote zak Vlaams geld veil. Binnen de partij beseft men dat 2024 het cumulatiepunt wordt van ruim twee decennia N-VA. Mislukken is geen optie…
‘Nil volentibus arduum’
Vorig jaar omschreef Bart De Wever zijn partij als ‘vadsig’, ‘die zich te vaak ongenaakbaar waant en vaak onzorgvuldig is’. Uit ‘pure noodzaak’ liet hij zich dan ook prompt voor de zesde keer tot voorzitter verkiezen. Daarmee etaleert de Antwerpenaar binnen de partij andermaal zijn keizerlijke allures. Bovendien wil de marathonloper met een groot historisch akkoord een notoire plaats in de geschiedenisboeken veroveren.
De Wever heeft zich altijd kunnen herkennen in de Romeinse protagonisten van de Late Republiek en het vroege Keizerrijk. In De Tijd liet De Wever ooit eens optekenen : ‘Augustus heeft zijn macht kunnen consolideren door economische en fiscale hervormingen door te voeren. Daarin herken ik mezelf.’ Even later verklaarde hij in dezelfde krant dat het maar beter is om – net als Augustus – concessies en compromissen te sluiten ‘om zo de vader te worden van de Westerse beschaving’.
De Wever ziet zichzelf graag als een bruggenbouwer en iemand die coalities smeedt, maar Bart Maddens omschreef de N-VA en Bart De Wever eerder als ‘confronterend en antagonistisch’. De samenwerking met andere partijen verloopt steeds hobbelig. Het federaal avontuur van de Vlaams-nationale partij tijdens Michel I liep op een sisser af en werd vooral gekenmerkt door het constante gebekvecht tussen de Vlaamse partijen, met de N-VA-voorzitter die op de achtergrond steeds fel van leer trok. Op die manier is Bart De Wever niet zozeer de ‘Augustus’ van de Wetstraat, maar eerder Piet Piraat, op zoek naar confrontatie, straffe verklaringen en gebalde oneliners. Menig politieke tegenstrever werd reeds verbaal tegen de vlakte gemept. Het speelt De Wever stilaan parten, want wie wil nu nog in zee gaan met Piet Piraat ?
Onvervulde kinderwensen
De N-VA is er niet alleen in geslaagd om het politieke landschap te doen kantelen, maar heeft er ook een vaste plaats in verworven. Daarnaast is het de partij gelukt om de natiegedachte uit de marginale sfeer te halen en op de voorgrond te plaatsen. Anderzijds is de partij niet in staat gebleken om belangrijke communautaire vraagstukken op de agenda te plaatsen.
De Wever heeft zich al verschillende keren miskeken op de weerbarstigheid van de Belgicistische en Franstalige hegemonie. Wil De Wever denken aan een begin van een ontmanteling van de Belgische structuren, zal daar niet enkel strategisch denkwerk aan moeten voorafgaan, maar zullen de nodige allianties met medestanders moeten worden gesloten. De partij zal zichzelf moeten overstijgen wil ze niet verworden tot een partijpolitiek Plopsaland, vol met onvervulde kinderwensen en politieke sprookjes.