door Jurgen Ceder in ’t Pallieterke .
Op 24 augustus was het een half jaar geleden dat Russische troepen de grens met Oekraïne overstaken, ondanks wekenlange verzekeringen vanwege Poetin dat dit niet ging gebeuren. 24 augustus is ook de Oekraïense nationale feestdag. In zijn gelegenheidstoespraak was Zelensky duidelijk over het oorlogsdoel van zijn land : “Deze vlag zal overal wapperen waar ze het recht heeft te wapperen. Zowel in de Donbas als de Krim. Wat is het einde van de oorlog voor ons ? Eerst zeiden we : vrede. Nu zeggen we : overwinning.”
In de Russische propaganda is Oekraïne een instrument van het Westen om Rusland te treffen. Op sociale media zie ik ook regelmatig het idee opduiken van Oekraïne als pion van het Westen. Die misvatting overschat de strijdvaardigheid van het Westen evenveel als ze de vastberadenheid van Oekraïne onderschat. De staart kwispelt met de hond, zoals Amerikaanse journalisten soms schrijven wanneer een mindere speler het gedrag van de groten bepaalt.
Integendeel, het Westen zou toegevingen verwelkomen als die tot vrede zouden leiden. Biden gaf Zelensky al een voorzet door openlijk te stellen dat het aan Oekraïne is om te beslissen of het gebieden wil afstaan aan Rusland, wat eigenlijk op een overwinning voor Poetin zou neerkomen. De Oekraïense president verklaarde dat hij onder druk staat van bepaalde Europese politici om de oorlog te beëindigen via territoriale toegevingen. Men vermoedt dat hij de Duitse Bondskanselier Scholz en de Franse president Macron bedoelt. Die laatste had ook al gezegd dat Poetin de kans moet krijgen om vrede te sluiten “zonder gezichtsverlies”.
Niets beweegt nog
Een Oekraïense twitteraar reageerde gevat op de houding van de Europese leiders : “Het voorstel van Scholz en Macron om grondgebied af te staan, zodat Poetin niet vernederd wordt, is een goed idee. Nu moeten we alleen nog bepalen welke stukken van Duitsland en Frankrijk we hem geven.” In zijn toespraak op de nationale feestdag vertolkte Zelensky de mening van zijn volk. Een peiling zegt dat 82 procent van de Oekraïners niet bereid is tot enige gebiedsafstand om de oorlog te beëindigen. Het “gespleten land”, zoals Samuel Huntington het ooit beschreef, is eensgezinder dan ooit.
Als Poetin niet terug kan, omdat hij een nederlaag politiek niet zou overleven, en Zelensky geen toegevingen kan doen, omdat zijn eigen volk in opstand zou komen, ligt een onderhandelde vrede niet in het verschiet. De oorlog, die al zes maanden aan de gang is, is vermoedelijk niet eens halfweg.
Militair beweegt er immers even weinig als politiek. Na de Russische terugtrekking uit het noorden is het front al vier maanden nagenoeg stabiel, op enkele kilometers na. Het grote Russische offensief in de Donbas viel stil na de duurbetaalde inname van Severodonetsk. Oekraïne is maandag wel aan het lang aangekondigde offensief in het zuiden begonnen, met de bedoeling Cherson te heroveren. Het is nog te vroeg om te zeggen of dat in staat zal blijken om gaten te slaan in de Russisch verdediging. Mogelijk is het vooral bedoeld om de druk op de Donbas te verminderen en twijfelende westerse sponsors gerust te stellen.
Het Westen zou Oekraïense toegevingen verwelkomen als die tot vrede zouden leiden
De drievuldigheid van de zege
Drie factoren bepalen de uiteindelijke overwinnaar van een langdurige oorlog : mankracht, materieel en moreel.
De eerste factor, de grootte van de beschikbare troepenmacht, is minder in het voordeel van Rusland dan je zou denken. Oekraïne heeft meer dan 40 miljoen inwoners, Rusland iets meer dan 140 miljoen. Maar de mobilisatie is veel groter in Oekraïne. Het land heeft nu al een miljoen mensen ingezet voor de oorlog, waarvan 700.000 in het leger. Rusland is nog niet overgegaan naar een algemene mobilisatie, omdat Poetin vreest dat die tot binnenlandse onrust zou leiden. Hij kondigde vorige week wel aan dat hij 137.000 manschappen aan het staande leger gaat toevoegen (verhoging met 10 procent), maar het is niet duidelijk hoe hij dat kan verwezenlijken zonder de dienstplicht drastisch uit te breiden. De huidige vacatures raken nu al niet ingevuld.
Moreel
Op gebied van moreel moet Zelensky zich ook weinig zorgen maken. Zijn soldaten hebben al sinds het begin van de oorlog blijk gegeven van uitzonderlijke motivatie. Aan de Russische kant blijkt telkens weer het omgekeerde : demoralisering, weigering om bevelen op te volgen en desertie. In een afgeluisterd telefoongesprek vertelt een Russische soldaat aan zijn moeder dat zijn kameraden op zoek zijn naar Oekraïense munitie om elkaar mee te verwonden en zo weg te raken van het front.
Ook het Oekraïense volk gelooft erin. Zelenksy krijgt nog steeds de steun van 90 procent van zijn burgers. Peilingen wijzen uit dat een overgrote meerderheid van de Oekraïners er trouwens gerust in is dat de oorlog gewonnen zal worden. Betrouwbare cijfers over de steun van het Russische volk voor de oorlog zijn er niet, maar de omzichtigheid van Poetin inzake mobilisatie en de moeilijkheden om rekruten te werven, laten vermoeden dat daar heel wat minder enthousiasme heerst.
HIMARS
Het materieel was in het begin het zwakke punt van Oekraïne. De Turkse drones en westerse antitankwapens konden het eerste Russische offensief stoppen, maar wanneer de frontlijnen stabiliseerden, liet het gebrek aan zware wapens zich voelen. De superieure Russische artillerie dwong de verdedigers regelmatig tot terugtocht. Daar komt nu verandering in. Vooral de door Amerika geleverde HIMARS slaan zwaar toe, tot ver achter de frontlijnen.
Het Russische materieel raakt intussen op. Er worden steeds meer resten uit de Sovjettijd van onder de spinnenwebben gehaald. De westerse boycot heeft minder effect op de Russische economie dan verhoopt – experten verwachten de echte impact pas binnen een aantal maanden – maar het afsnijden van de toegang tot westerse onderdelen laat zich wel voelen op het krijgstoneel.
De zwakke schakel
Op papier ziet het er dus goed uit voor Oekraïne. Er is echter één zwakke schakel : het Westen. Ongeveer alle kenners zijn het er over eens dat Oekraïne niet kan winnen zonder westerse hulp. Die is belangrijk voor het Oekraïense moreel en onmisbaar op gebied van materieel. Ook de Oekraïense economie is gehalveerd en ligt nu aan een westers infuus.
De vraag is hoe lang het Westen, met de korte aandachtsspanne van zijn publieke opinie, bereid zal zijn offers te brengen om Oekraïne overeind te houden. Wat zal de impact zijn van de in de winter verwachte energietekorten op de vastberadenheid van het begin ? Niet alle blijken van steun waren toen trouwens even oprecht. Sommige politici waren gul omdat ze er stiekem vanuit gingen dat Oekraïne toch snel onder de voet gelopen zou worden. Ze hebben de kracht van het Oekraïense nationalisme onderschat.
Foto’s (c) Gazet van Hove.