door Wannes Neukermans in ’t Pallieterke .

Perslekken vanuit parketten zorgen er vaak voor dat mensen, hoewel ze nog niet veroordeeld zijn, al stevig geschaad worden in sterk gemediatiseerde zaken. Advocaat Joris Van Cauter legt in een interview (p. 10-11 ’t Pallieterke) uit hoe dat de zaak-Reuzegom geschaad heeft en vindt dat dergelijke lekken bestraft moeten worden. Het journalistieke bronnengeheim is echter zeer sterk beschermd in ons land.

“Eén partij vond dat het onderzoek niet genoeg weerklank kreeg en vond dat de toenmalige verdachten toch al eens aan de schandpaal genageld mochten worden”, vertelt Joris Van Cauter. Daardoor raakten namen, studierichtingen, zelfs beroepen van ouders bekend van Reuzegommers, ook van mensen die uiteindelijk weinig of zelfs niets met de dood van Sanda Dia te maken bleken te hebben.

Toch oordeelt de pers niet, vindt Pol Deltour, de nationale secretaris van de Vlaamse Vereniging van Journalisten (VVJ). “De pers doet aan berichtgeving, ook over strafrechtelijke onderzoeken. En dat die berichgevingen sommigen niet aanstaat, dat kan”, reageert hij. Wel is het zo dat de publieke opinie beïnvloed wordt door wat de pers schrijft. Toch zegt Deltour niet in een ‘trial by media’ te geloven. “Maar er zijn natuurlijk wel effecten.”

Strafrechtelijk onderzoek

Het strafrechtelijk onderzoek is geheim. Die sereniteit moet een eerlijk, onafhankelijk en onpartijdig verloop van het onderzoek waarborgen. In theorie. Een inbreuk op die geheimhoudingsplicht is een misdrijf, dat bestraft kan worden met een gevangenisstraf tot drie jaar of een geldboete tot duizend euro. In de praktijk strekt de wettelijke geheimhoudingsplicht zich uit over de onderzoeksrechter, de procureur, de politie en de experten in het onderzoek. Het gebeurt slechts weinig dat het effectief tot een onderzoek of veroordeling komt.

Voor de betrokken partijen zelf geldt die geheimhoudingsplicht in principe niet. Hun vrijheid om te spreken met de pers wordt wel beperkt door het verbod van misbruik van informatie. Volledige dossiers doorgeven aan de pers, mag dan ook niet. De geheimhoudingsplicht geldt overigens ook niet voor derden, zoals journalisten, die informatie in handen krijgen.

In de praktijk worden perslekken niet bestraft en daar wil Joris Van Cauter verandering in zien komen. “Dat moet worden bestreden en uitgeroeid”, vindt hij. “Het probleem is dat men daar altijd stoot op het journalistiek bronnengeheim. Er zijn goede argumenten om dat geheim te beschermen, maar toch is het voer voor debat.”

“Een probleem”

“De verantwoordelijkheid ligt bij justitie zelf”, vindt Pol Deltour. “Het is niet onze rol om lekken te voorkomen.” Soms opent het federaal parket een onderzoek naar perslekken, omdat die het onderzoek in gevaar kunnen brengen. Bijvoorbeeld in het onderzoek naar Qatargate is dat het geval. “Het is echt ongelofelijk hoe vaak er zaken worden gelekt naar de pers”, reageert de woordvoerder van het federaal parket. “Ze zijn echt een probleem en er moet iets aan gedaan worden.”

foto’s (c) Gazet van Hove.