door Filip Michiels – www.doorbraak.be .
Universiteiten richten zich steeds meer tot internationale studenten – foto © KU Leuven
Ben Weyts (N-VA) zegt zich te blijven verzetten tegen de ‘ontnederlandisering’ van ons hoger onderwijs. Op het terrein horen we een ander verhaal.
Als we onze universiteiten moeten geloven, is de verdere verengelsing van het hoger onderwijs vooral een zaak van prestige en internationale uitstraling. Kijken we naar de cijfers, dan lijkt toch vooral het financiële plaatje de doorslag te geven. Nederland ging ons op dat vlak voor, maar daar krijgen universiteiten, professoren én studenten intussen de rekening van de ‘internationalisering’ gepresenteerd.
Is het glas van de verengelsing nu halfvol of halfleeg ? Volgens Michaël Devoldere, woordvoerder van Vlaams minister van Onderwijs Weyts (N-VA), loopt het daar vooralsnog niet zo’n vaart mee. ‘De quota voor mogelijke anderstalige opleidingen zijn op dit moment niet eens volledig ingevuld. Terwijl tot 35 procent van de masteropleidingen anderstalig mogen zijn, halen onze universiteiten nu ongeveer 22 procent’, geeft hij aan.
Een professor verbonden aan de UGent, die liever anoniem wenst te blijven, ziet het enigszins anders. ‘De voorbije jaren werden er stelselmatig kleine stapjes gezet die de taalwetgeving stelselmatig verder uithollen. En ook op de werkvloer ontstaan daar almaar vaker conflicten over. En laat ons wel wezen : de toegevingen van de voorbije jaren stonden niét in het regeerakkoord van deze Vlaamse regering.’
Die toegevingen kwamen er onder druk van de universiteiten zelf, daarin fors ondersteund door het bedrijfsleven. Met als meest recente wapenfeit de aanvraag van drie Vlaamse universiteiten om – tegen de bestaande taalregeling in – tien masteropleidingen enkel nog in het Engels aan te bieden. Enkele maanden geleden hield KUL-rector Luc Sels in De Standaard nog een vurig pleidooi om de in zijn ogen te strenge taaleisen voor buitenlandse professoren te versoepelen. Van hen wordt nu verwacht dat ze binnen een termijn van vijf jaar het niveau B2 halen, een behoorlijk gevorderd niveau van Nederlands. ‘Die vereiste heeft een afschrikwekkend effect en kan op termijn de instroom van buitenlands talent belemmeren’, zei Sels.
Hulp om buitenlandse studenten te weren
In vergelijking met de situatie in Nederland, dat al enkele decennia bewust op buitenlandse studenten mikt, lijkt het kalf in Vlaanderen nochtans nog niet helemaal verdronken. Terwijl in Vlaanderen vandaag zowat 1 op 4 studenten voor een Engelstalige masteropleiding kiest, liep dat percentage in Nederland de voorbije jaren op tot 70 procent.
‘Met alle dramatische gevolgen vandien’, concludeerde Kris Versluys vorig jaar op de gespecialiseerde Nederlandse webstek Science Guide. Versluys – zelf hoogleraar Engels aan de UGent en in deze dus een onverdachte bron – stelde daar de dramatische gevolgen van het Nederlandse beleid aan de kaak : ‘Gelokt door de belofte dat meer studenten ook meer centen zouden opleveren, werden instellingen voor hoger onderwijs daar aangespoord actief te werven, ook internationaal. Dat hebben ze ook lustig gedaan. Dat is hen zelfs zo goed gelukt dat ze nu zelf de hulp moeten inroepen van diezelfde overheid om de instroom te beperken.’
Heel wat Nederlandse universiteiten teren op buitenlandse studenten, maar dat beleid is intussen zo doorgeschoten dat je in pakweg Maastricht, of Twente nog amper les kan volgen in het Nederlands. Een onbedoeld neveneffect van die internationalisering is ook dat de aula’s bomvol zitten, professoren het nog amper kunnen bolwerken en de prijzen voor een ‘studentenkot’ in Nederland astronomisch hoog liggen. Het besef dat de situatie er volledig doorgeschoten is dringt nu ook bij de Nederlandse universiteiten én politici door.
Financiële plaatje
Voor alle duidelijkheid : er is ook in Vlaanderen vanzelfsprekend een stevige markt voor die Engelstalige opleidingen. Alleen al de Vlaamse hogescholen met een Engelstalig aanbod kregen dit academiejaar tot soms dubbel zoveel studenten over de vloer voor de Engelstalige opleidingen. Het gaat dan, voor alle duidelijkheid, niet om Erasmus-studenten maar om internationale studenten die hier hun opleiding willen volgen of om Belgische studenten die een opleiding in het Engels wenselijk achten.
In tegenstelling tot wat ze zelf graag laten uitschijnen, kiezen onze universiteiten heus niet enkel vanwege de internationale uitstraling voor het Engels. Vooral het financiële plaatje speelt een doorslaggevende rol. Meer studenten betekent ook meer financiering, maar daarnaast moeten studenten die niet uit de EU afkomstig zijn ook nog eens fors meer inschrijvingsgeld ophoesten. Gemiddeld tellen zij 6.000 euro neer – voor een Vlaamse student schommelt dat rond 1.000 euro – en voor sommige masters kan het zelfs oplopen tot 10.000 euro.
Spookopleidingen
Ben Weyts heeft zich altijd uitgesproken tegen wat hij de ‘ontnederlandsing’ van ons hoger onderwijs noemt. Met het oog daarop verplichtte hij universiteiten ook om voor anderstalige opleidingen telkens ook een (deels) Nederlandstalig equivalent te voorzien. Toch rijzen ook daar almaar meer vragen bij : gaat het om een effectieve maatregel, of is het toch vooral symboolpolitiek ?
De kritiek dat die verplichte equivalente opleidingen vaak spookopleidingen blijken, nam de voorbije jaren fors toe. Universiteiten zouden de wetgeving omzeilen of zo breed mogelijk interpreteren. Bijvoorbeeld door bepaalde vakken als Nederlandstalig voor te stellen, terwijl alle werkcolleges door Engelstalige assistenten worden gegeven. Of door uitsluitend Engelstalige cursussen aan te bieden. Weyts kent die verhalen ook, en daarom zet hij nu naar eigen zeggen regeringscommissarissen in om te controleren op spookopleidingen.
‘Daarnaast hebben we ook de Codex Hoger Onderwijs aangescherpt rond de taal van het personeel en een nieuwe controlewijzer uitgerold om de taalregeling te controleren’, zegt zijn woordvoerder. ‘Het is net omdat de regeringscommissarissen zijn gaan focussen op de zogenaamde spookopleidingen dat de universiteiten nu ook een aanvraag hebben ingediend om die equivalente Nederlandstalige opleidingen dan maar volledig te schrappen. Een aanvraag die wij dus hebben afgewezen.’
Subjectiviteit
Kristof Slagmulder, Vlaamse parlementslid voor Vlaams Belang en lid van de Commissie Onderwijs in het Vlaams Parlement, vindt het enigszins merkwaardig dat die regeringscommissarissen blijkbaar amper spookopleidingen zien, terwijl de klachten daarover nochtans toenemen. ‘Wanneer zij spookopleidingen moeten detecteren en aan banden moeten leggen, maar het tegelijk ontbreekt aan een gedegen definitie van wat als een volwaardige equivalente opleiding kan worden beschouwd, dan zit je natuurlijk al snel in een schemerzone. En dan ben je ook onderhevig aan de subjectiviteit van de desbetreffende commissaris. Wij vinden dan ook dat de Vlaamse overheid hiervoor een duidelijker beoordelingskader moet opstellen.’
Filip Michiels is zelfstandig journalist/auteur en schrijft voor diverse Belgische kranten, weekbladen en websites. Hij won tweemaal de Citi Persprijs voor economische journalistiek en was eenmaal genomineerd voor de Belfius Persprijs. In 2022 publiceerde hij de biografie van Bessel Kok: “Chaos & Charisma”.
foto’s (c) Gazet van Hove .