NIEUWS – door Herman Matthijs – www.doorbraak.be .
Een Amerikaanse Apache helikopter met zijn bewapening – foto © Wikimedia Commons
De federale regeringsonderhandelingen krijgen er een probleem bij : het ongenoegen van de NAVO over de Belgische militaire besteding.
In de gelekte nota van formateur De Wever staat dat België tegen 2029 voor defensie-uitgaven aan 1,8% BBP komt. Dat is een heel stuk verwijderd van de NAVO- eis om in 2024 aan 2% BBP te komen. Bovendien loopt binnen de NAVO het idee om dit percentage te verhogen naar 2,5% BBP.
De NAVO krijgt het overigens stilaan op zijn heupen als het over de budgettaire militaire achterstand van België gaat. Zo wordt er mee gedreigd om het IT-centrum van de verdragsorganisatie in Nederland of Duitsland te vestigen. Dat zou een politieke opdoffer van formaat zijn voor dit land. Het zou meteen ook de deur openzetten voor een volledige verhuis van de NAVO en/of SHAPE van Brussel en Bergen naar een/andere NAVO-lidstaat/lidstaten.
Begroting
Als we de laatste NAVO-cijfers van juni 2024 bekijken, dan klopt het : België bengelt met zijn militaire uitgaven achteraan. De NAVO raamt dat we in 2024 hooguit 1,3% BBP aan defensie gaan besteden. Liefst 23 landen voldoen aan de NAVO norm van 2% BBP in 2024. Ten aanzien van de (ook belangrijke) NAVO-investeringsnorm van 20% voldoen twee landen niet : onder hen dit koninkrijk met 15%.
Volgens de NAVO-methodologie besteedt België in 2024 7,9 miljard euro aan defensie. Om aan die 2% BBP te geraken is dat 4,1 miljard euro te weinig. Om aan de 20% investeringssom te geraken moeten we in de begroting van 900 miljoen naar minstens 1,2 miljard gaan.
Wat aankopen ?
De vraag is dan ook wat er met het bijkomend geld de volgende jaren zeker moet (bij) gekocht worden. Hierna een lijst van mogelijke prioriteiten :
- Munitie : aangezien er amper voorraden zijn bij het Belgisch leger, lijkt dit een absolute topprioriteit ;
- De marine : de NAVO vraagt geen derde fregat (kostprijs rond de 1,2 miljard euro) maar bijkomende goede bewapende patrouillekorvetten voor de Noordzee à la de Noorse Skyjodd corvet. Deze zijn zeker bruikbaar om een van de drukste vaarroutes ter wereld, het Kanaal, en ook de Antwerps-Brugse haven te beschermen. Zo’n korvet kost 40 miljoen euro. Momenteel heeft de marine twee van deze kleinere schepen in dienst;
- Bijkomende gevechtsvliegtuigen zijn nuttig en nodig. We hebben elf F35a-toestelen te weinig besteld; de NAVO-norm ligt op 45. Stel dat we er 16 bijkopen om effectief aan 50 vliegtuigen te geraken, dan kost dat 1,3 miljard euro;
- Transportvliegtuigen : momenteel zijn er zeven M400 Airbus-toestellen in dienst. Hier kan men zeker vier bijkomende toestellen gebruiken. Kostprijs : 700 miljoen euro;
- Transporthelikopters : die hebben we al helemaal niet. Nederland heeft de nieuwste versie van de Chinook. Als we er zes kopen kost dat 600 miljoen euro;
- Gevechtshelikopters : ook die hebben we niet. Dan spreken we over toestellen à la Apache of Tigre. (Twaalf van deze heli’s kosten ongeveer 1 miljard euro);
- Dit land heeft geen luchtafweer en/of antiraket-systeem. En dat dus in het thuisland van de EU, de NAVO, de tweede Europese haven, kerncentrales en meer. Zo komen we bij het Patriot systeem dat kan worden ingezet tegen ballistische raketten, vliegtuigen en kruisraketten. Wel is een dergelijke unit erg duur : 900 miljoen euro per stuk. Stel dat we er vijf bestellen, dan is dat een budgettaire kost van rond de 4,5 miljard euro.
Het voorgaande betekent tegelijk dat we geen tanks meer kopen. Wel zal er ook bijkomend geld moeten gaan naar de ADIV (de buitenlandse inlichtingendienst), de cyberdiensten en de artificiële intelligentie. Geld voor uitrusting én geschoold personeel. Bovendien zal er ook geld nodig zijn voor bijkomende gebouwen en infrastructuur.
Conclusie
Om al die tekorten op te vullen zal van het defensiebudget één op drie euro naar investeringen moeten gaan. Tegelijk is het personeelsbestand van 21.300 mensen te krap om te doen wat moet.
Heel veel geld dus. Al moet deze bijkomende zware budgettaire inspanning voor landsverdediging gezien worden als de verzekeringsprijs voor democratie, veiligheid en vrijheid.
Bovendien hebben militaire bestedingen ook gunstige effecten voor de binnenlandse industrie en de algehele economie.
De onderhandelende federale politieke partijen hebben dus werk aan de winkel.
foto’s (c) Gazet van Hove .