GENOEG GEFEEST !

De Oost-Vlaamse provincieraad besliste geen 11 juliviering meer te organiseren. Argument : er wordt al genoeg gefeest.

door Karl Drabbe – www.doorbraak.be .

We schrijven het jaar des Heeren 1789. In Parijs brandt het. De revolutie is er nog niet begonnen haar kinderen op te eten. De Terreur lonkt om de hoek. In de Zuidelijke Nederlanden vindt ook een revolutie plaats. Maar zoals zovele revoltes in de Nederlanden, is het ook deze keer een conservatieve revolte. Tegen machtsusurpatie van de hogere heer, vinden de oude Nederlandse gewesten het nodig hun eigen wetten en costuimen te verdedigen. En dus verklaren ze zich onafhankelijk. Het hertogdom Brabant bijt de spits af, daarin gevolgd door het graafschap Vlaanderen. In het altijd rumoerige Gent wordt een nieuwe acte van verlatinghe opgesteld. Op 4 januari 1790 wordt met het Manifest van de Provincie Vlaanderen de Vlaamse onafhankelijkheid afgekondigd van de Habsburgse kroon, ‘het Huis Oostenrijk’.

Vlamingen lijken wel genetisch aangelegd om hun verleden te vergeten. Of te misbruiken. Terwijl er niets mis mee is het verleden te koesteren. En te gedenken. Zoals Conscience – die trouwens in het woord vooraf van zijn De Leeuw van Vlaanderen al de vinger legde op de financiële transfers van noord naar zuid – al schreef : ‘gedenkt wat Vlaanderen eertijds was, wat het nu is en nog meer wat het worden zal, indien gij de roemrijke daden uwer voorvaderen vergeet !’ Of de latere wallingantische koning Albert I : ‘Vlamingen, gedenkt de Slag der Gulden Sporen’.

Vlaams-volksvertegenwoordiger Goedele Vermeiren

En bij gedenken en herdenken horen de nodige feestelijkheden. Zoals niet 4 januari 1790, maar wel 11 juli 1302 jaarlijks wordt herdacht als de nationale feestdag van de Vlaamse Gemeenschap. Sinds Luc Van den Brande mag het zelfs elf dagen lang gevierd worden. Maar de datum werd al vastgelegd in 1973 door de voorloper van het Vlaams Parlement.

Als officiële Vlaamse feestdag – hoewel nog steeds geen vakantiedag – is er dus niets mis mee die dag ook te feesten. Zo niet in Oost-Vlaanderen. Hoewel de traditie wou dat ook de provincie jaarlijks een officiële sporenviering organiseerde, wordt die dit jaar van de agenda geschrapt. Onder het motto ‘er wordt al genoeg gefeest’. Uiteraard geldt dat voor 11 juli, en niet voor 21 juli. De feestelijkheden op die andere dag die herinnert aan de eedaflegging van de protestants Duitse vorst Leopold I gaan gewoon door in Oost-Vlaanderen en worden niét in vraag gesteld.

De gouverneur van Oost-Vlaanderen is nochtans aangeduid door de N-VA. Alleen, als voorzitter van de bestendige deputatie heeft hij geen stem in het kapittel. De tricolore meerderheid CD&V-Open Vld-sp.a (39 zetels versus een 33-koppige oppositie, waarvan 21 N-VA en 6 VB) besliste erover om een streep te trekken onder de 11 julitraditie.

Daarbij wordt volledig voorbij gegaan aan de ‘suzerein’, de Vlaamse overheid, waar de provincie volledig aan ondergeschikt is en vanwaar ook de financiën komen. N-VA-fractievoorzitter in de provincieraad Tim Moens stelt ‘dat de provincie ofwel zowel op 11 juli als 21 juli een viering moet inrichten, ofwel op geen van beiden’.

In Gent houden ze er blijkbaar van om hun voogdijoverheid tegen de schenen te stampen. ‘Nie pleuje’ wordt er nu wel letterlijk genomen. Er was duidelijk geen vijf minuten politieke moed nodig om een streep te trekken door het ‘feest van de Vlaamse Gemeenschap’. Nu maar hopen dat dit geen voorbode is van Oost-Vlaamse secessie. Of Vlaanderen zou (de provincie) Oost-Vlaanderen moeten afschaffen, natuurlijk.

p1040885

Foto’s (c) Gazet van Hove