Lessen uit de Vlaamse geschiedenis

www.doorbraak.be – door Marc Platel

Zondag 14 oktober 2018 is voorbij. Afspraak dus binnen zes jaar. Gelukkig is er nog voetbal en ook Trump, zodat de media hun eeuwige zoektocht naar nieuwe inspiratie niet stilvalt. Toch is over 14 oktober nog lang niet alles gezegd.

Zo is er bijvoorbeeld de opvallende verschuiving van N-VA-stemmen naar het Vlaams Belang. Na een half uur uitslagen op de verkiezingszondag was dat overlopen van N-VA-kiezers terug naar af niet meer te miskennen. Tenminste voor wie wilde kijken. Meteen rees ook de vraag of dat niet een herhaling was van wat men in de Vlaamse electorale geschiedenisboekjes reeds had meegemaakt.

Vlaamse geschiedenis in een notendop

Het woord ‘onafhankelijkheid’ was ook daar taboe.

 

Lang-geleden, toen een te Vlaamse stem geen katholieke doodzonde meer was, lieten Vlaamse kiezers hun toenmalige Christelijke (Vlaamse) Volkspartij achter zich. Zij gingen schuilen onder de vleugels van een Vlaamse nieuwkomer, de Volksunie. Tot op de dag dat, na een lange doodstrijd, duidelijk was dat IJzerbedevaart-stemmen ook bij die Vlaamse nieuwkomer niet vonden wat ze zochten. Dat al zo vaak beloofde zelfbestuur ! Het woord ‘onafhankelijkheid’ was ook daar taboe.

Daarvoor was die nieuwe Vlaamse partij te Belgisch willen worden. Mits koninklijke goedkeuring enkele Belgische portefeuilles leveren, tot en met een Belgische generaal als afgevaardigde van de aloude Belgische staat op de Vlaamse uitvaart van de partijvoorzitter (toen al Belgisch minister van staat), dat mocht. Je moest iets willen betalen om ooit misschien het Vlaams gesprek op gang te mogen brengen. Maar het was die Vlaamse partij zelf die de Belgische rekening betaalde.

Een nieuwe weg ?

Misschien dan weer een nieuwe weg zoeken : de blijkbaar succesrijke N-VA ! Die partij durfde immers luidop zeggen dat ze voor confederalisme was.  ‘Onafhankelijkheid’ was voor later ! Wat dat moeilijke woord betekende, was niet voor iedereen even duidelijk, maar het klonk goed.

wachten op een nog warmere Vlaamse zomer

In afwachting van betere tijden werd het Vlaamse verlanglijstje in de Belgische koelkast gestopt. Men zou er voorlopig zelfs niet meer over praten. Eerst de Belgische grond omspitten, zodat Vlaamse onafhankelijkheid misschien ooit zou kunnen. Het wordt dus wachten op een nog warmere Vlaamse zomer.

Een zomer met Belgische N-VA-ministers op zak, N-VA-excellenties als Vlaams-Belgische lijfwachten om de Belgische koning te begeleiden bij de viering van diens Belgische ‘nationale’ feestdag. De Volksunie had het in die richting ook geprobeerd, maar bleef verstrikt in wat men omschreef als staatshervormingen met onwaarschijnlijke taalfaciliteiten.

Vlaamse lessen uit Belgische geschiedenis

En toen kwam 14 oktober 2018. Verlies bij de nieuwkomer was winst voor de vorige partijpolitieke heraut van de Vlaamse stem  Die kon zich weer laten zien en horen. Het zag er naar uit dat het zo beruchte cordon sanitaire zou kunnen sneuvelen. Te zwart-geel moest nu maar schuchter groen worden.

Belgische grenzen weer harder aan te trekken

Vlaamse lessen trekken uit nochtans feitelijke Belgische geschiedenis is er dus niet bij. Zo nodig staan Vlaamse pers en een bataljon Belgische ‘deskundigen’ klaar om die Belgische grenzen weer harder aan te trekken. Een opfrissertje voor wat Vlaanderen niet wil begrijpen : het was in 1912 — of meer dan een eeuw geleden — dat de Waalse politicus Jules Destrée zijn ‘Lettre au Roi sur la séparation de la Wallonie et de la Flandre’ schreef !  Later was de Belgische koning present bij de onthulling van een standbeeld voor diezelfde Destrée.

Koninklijk Paleis Brussel

Marc Platel

Marc Platel is oud-hoofdredacteur van Het Belang van Limburg.